Irak erfde IS en soennitische woede

Twaalf jaar na de Amerikaanse invasie in Irak werd in Bagdad de avondklok opgeheven. Er is echter weinig reden tot juichen. Terwijl Barack Obama in 2013 opgelucht het einde van  een decennium Amerikaanse interventie in Irak aankondigde, bevindt Amerika zich vandaag opnieuw in volle Iraakse oorlogszone. Terwijl de internationale coalitie overging tot een luchtoorlog tegen Islamitische Staat, groeien de frustraties van de Iraakse soennieten.

  • © Reuters/Thaier Al-Sudani Een soennitische strijder bekijkt de buit na een raid: een vlag van Islamitische Staat en munitie. Maart 2015, al-Alam Salahuddin, Irak. © Reuters/Thaier Al-Sudani
  • © Jonathan McIntosh Amerikaans protestbeeld tegen Amerikaanse invasie in Irak © Jonathan McIntosh
  • © United States Forces Iraq Amerikaanse ambassade in Bagdad © United States Forces Iraq

maa20 rt is het twaalf jaar geleden dat de VS en Groot-Brittannië Irak binnenvielen. De Amerikanen en de Britten negeerden daarmee de tegenadviezen van de VN-Veiligheidsraad. Ze negeerden ook de miljoenen burgers die zich over de hele wereld in ongeziene massademonstraties uitspraken tegen de Irakoorlog.

De claim van de zogenaamde Coalition of the Willing dat Irak massavernietigingswapens had, viel een jaar later al, in 2004, als een kaartenhuisje in elkaar.

De Amerikaanse interventie, die een hoogtepunt bereikte in 2007 met een troepenmacht van 170.000 Amerikaanse soldaten duurde tot einde 2011. In december hadden de VS de meeste soldaten teruggetrokken.

Amerika hield echter een stevige Amerikaanse poot in Irak met een ambassade die tien keer groter was dan de tweede grootste ambassade in de wereld: de Amerikaanse missie in Peking. Het “monster van Bagdad”, zoals de ambassade door de Irakezen wordt genoemd, telt tot vandaag een civiele personeelsbezetting van 5500, en 5000 tot 7000 internationale huursoldaten om de Amerikaanse missie te beschermen. 

Meer dan een klein beetje oorlog

‘Een decennium van oorlog is voorbij’, zei Barack Obama in 2013, in een speech na zijn herverkiezing als president van de Verenigde Staten. Hij verwees daarbij rechtstreeks naar het einde van de Amerikaanse militaire missie in Irak en naar de troepenafbouw in Afghanistan.  

Dat woorden minder wegen dan daden, is twee jaar later alweer bewezen. Vandaag bevinden zich opnieuw minstens 3000 Amerikaanse militairen —geen gevechtstroepen, maar ‘militaire adviseurs’ — in Irak. Op nog geen jaar tijd voerden de Amerikanen 1500 luchtaanvallen uit tegen IS in Irak. De Amerikaans geleide interventie tegen IS startte 15 juni 2014, na de machtsovername door IS van Mosoel, de tweede grootste Iraakse stad.

De VS kregen aanvankelijk steun van Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, Canada, Australië, Turkije, Italië, Polen en Denemarken. Later, toen IS oprukte naar Bagdad en vooral naar de Koerdische Autonome Regio groeide de internationale steun tegen IS. De ‘globale coalitie tegen IS’ bevat maar liefst 62 staten — waaronder ook België, dat in oktober deelnam aan de luchtaanvallen tegen IS.

© Jonathan McIntosh

Amerikaans protestbeeld tegen Amerikaanse invasie in Irak

Sektarische barsten in offensief

Bij het luchtoffensief krijgt de coalitie de steun van grondtroepen van het Iraakse leger, Koerdische milities en Iraanse eenheden. En ook een aantal soennitische of gemengde Iraakse stammen schaarden zich aan de zijde van het IS-tegenoffensief.

Soennieten hebben slechte herinneringen aan het ‘Soennitische Ontwaken’

Maar de steun van de soennitische stammen is een dubbeltje op zijn kant. In de eerste plaats hebben de soennieten slechte herinneringen aan de “Sunni Awakening” zoals de Amerikaanse-Iraakse Sahwa-campagne in 2007 werd genoemd. Dat jaar verhoogden de VS hun troepenaanwezigheid om het groeiende sektarische geweld in Irak de kop in te drukken. Tegelijk betaalden en bewapenden de Amerikanen stammenmilities om als ‘proxies’ te vechten. Na de Sawha-campagne lieten de Amerikanen de soennitische leiders echter vallen. Gevolg: voormalige soennitische strijders werden wraakdoelwitten van het Iraakse — sjiitische — leger en doodseskaders van de nationale politie.

Na de Amerikaanse terugtrekking in 2011 ging de Iraakse regering echter, samen met de Iraakse veiligheidstroepen, steeds meer de sektarische kaart trekken. De toenmalige premier Nouri al-Maliki (regeringsleider van 2006 tot augustus 2014), marginaliseerde daarbij doelbewust soennitische leiders in het politieke veld. De soennitische politici die overbleven waren diegenen die volgens velen verzaakten aan hun rol als vertegenwoordigers van de soennitische Irakezen.

Daarop groeide, mede geïnspireerd door de Arabische Lente in 2011, een grote protestbeweging tegen de regering. In april 2013 kwamen bij een ‘zuiveringsactie’ door de Iraakse Veiligheidstroepen meer dan driehonderd burgers om in het anti-regeringsprotestkamp Hawija. Dat bracht de woede van de Iraakse soennieten tot een hoogtepunt.

Genoeg is genoeg

Begin 2014 opende de Iraakse premier, onder druk van Amerikanen, soennitische leiders en gematigden in zijn regering, toch een charmeoffensief naar de soennitische stammen. Zijn doel was strategisch: hij aasde op de steun van de stammen in de strijd tegen Al Qaeda en andere strijdende milities, genre Sahwa-campagne. Net zoals de Amerikanen in 2007 deden, deelde ook Maliki wapens uit. Bovendien beloofde hij de stammen werkzekerheid, pensioenen en loyale uitkeringen voor nabestaanden van strijders aan de zijde van de regering.

Zonder politieke beloften blijft elke alliantie tussen de stammen en de regering extreem fragiel

De politieke oplossing voor de soennitische participatie of een dialoog daarover bleef echter uit. Maliki weigerde om de ondervertegenwoordiging van de soennieten in de regering recht te zetten, het zoveelste verraad in de ogen van de soennieten.

‘Zonder politieke beloften blijft elke alliantie tussen de stammen en de regering extreem fragiel’, waarschuwde Maria Fantappie, de Iraakse analiste voor de International Crisis Group toen.

Ze kreeg gelijk. Toen IS in juni Mosoel innam, was dat mede dankzij de steun van sommige soennitische stammen die zich bekocht voelden en hun geloof in een politieke oplossing hadden opgegeven.

Dialoog is de oplossing

© United States Forces Iraq

Amerikaanse ambassade in Bagdad

Steeds meer bevinden soennitische Iraakse burgers zich tussen hamer en aambeeld. Zo spreken getuigen, na de bevrijding van de Turkmeense stad Amerli einde augustus, over oorlogsmisdaden tegen soennieten door de bevrijdingsmilities. Huizen en winkels zouden daarbij verwoest zijn. Human Rights Watch documenteerde deze en ook andere oorlogsmisdaden tegen soennitische burgers tijdens grondoperaties tegen IS, in een rapport dat woensdag 18 maart verschijnt.

Het is een zoveelste episode die Irak wegduwt van de weg naar vrede en stabiliteit. De huidige Iraakse premier al-Abadi staat voor een moeilijke keuze. Wanneer hij in dialoog gaat met de opstandige soennitische stammen tegen IS, loopt hij het risico dat ze, na een overwinning op IS, zouden trachten om de controle te krijgen over de soennitische provincies. Gaat hij niet in dialoog, dan vergroot de kans dat meer soennitische stammen zich aansluiten bij IS.

Intussen lieten twee belangrijke soennitische stammenleiders uit de opstandige Anbarprovincie weten dat de enige garantie om van IS af te geraken is, ”een politieke deal voor de soennieten is’.

In een recente analyse schrijft de Amerikaanse Nicolas Davies, auteur van Blood on our hands, waarom soennitische Irakezen IS als een minder kwaad zouden zien dan ‘de Iraakse doodseskaders die steun krijgen van de VS’. Volgens Nicolas Davies is het duidelijk: tien jaar bezetting en bemoeienissen door de Amerikanen in de vorm van een brutale militaire oplossing voor de politieke crisis in Irak hebben alleen maar chaos, vernietiging en chaos gebracht.

‘Het enige dat de Amerikaanse leiders nooit geprobeerd hebben, is wat ze de Iraakse burgers beloofden bij het begin van de invasie: een nieuwe politieke orde met het volle respect voor burger- en politieke rechten van àlle Irakezen.’

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.