Olivia U. Rutazibwa (1979) is doctor in de politieke wetenschappen en voormalig Afrikaredacteur bij MO*.
Kortetermijngeheugen
Tripoli (Libië), 29 november 2010 — Het handjevol Belgische journalisten dat 24 uur eerder mee op het Belgisch ministeriële vliegtuig klom, verzamelt zich rond Yves Leterme voor de persbriefing van de dag. We draperen ons zo dicht mogelijk rond de premier, dictafoons, micro’s en camera’s strategisch opgesteld, pen en papier in de aanslag om geen woord te missen.
- De wereld aan je voeten (Kristof Clerix)
- Een eenzaam volk (Gie Goris)
- Roze Kauwgom (Tine Danckaers)
- In straten en op pleinen (Alma De Walsche)
- Een compromisloze stem (Samira Bendadi)
- Weids, uitputtend, opwindend, intriest (John Vandaele)
Eerder die dag hadden we la grande entrée van de Libische leider Muammar Khadafi in het congresgebouw licht geamuseerd gade geslagen. Mat-grijze batmobiel voor de deur, wapperend wit gewaad om zijn lijf en een batterij stoere amazones aan zijn flanken. De verzamelde wereldpers struikelde over de eigen voeten om de Leider der Leiders op het netvlies van het wereldoog te branden. Als was het voor de laatste keer.
Er loopt een bizarre, lichtelijk misplaatste rode draad van trots door Leterme’s persmoment. Hij herinnert ons eraan dat Khadafi in 2004, aan het einde van zijn internationaal isolement, eerst en vooral België aandoet. Nog trotser: in Tripoli is België een van de weinigen die een één-op-één krijgt met het Libische monument. ‘We hebben drie zaken besproken’, brieft de premier ons. ‘De speciale relatie tussen onze landen, zijn visie op de toestand in Zuid-Soedan, en de economische opportuniteiten voor België in Libië.’ Hij gaat zelfs in detail: België aast op contracten in de satelliet-, bagger- en bouwsector. ‘Hopelijk houdt hij rekening met onze interesse, want de economie in Libië is zeer centraal gestuurd.’ Khadafi’s vlijmscherpe kritiek op de internationale financiële instellingen (‘even terroristisch als Al-Qaida’), zijn dreigement om de migratiesluizen open te zetten en zo christelijk Europa binnen de kortste keren inktzwart te kleuren, worden geruststellend afgedaan als de Grote Leider’s recht op een eigen mening en zijn welbekende flamboyante stijl.
Amper drie maanden later scheuren onze Belgische F-16s door het Libische luchtruim om datzelfde flamboyante Khadafi regime aan flarden te schieten. Vergeten is de heel eigen stijl waarin Khadafi zich uitdrukt. Als hij orakelt miljoenen opstandelingen te zullen neermaaien, zal hij dat ook wel doen.
In augustus 2011 schrijft diezelfde Leterme: ‘Dit regime had alle legitimiteit verloren.’ Hij prijst het Libische volk dat ‘na 42 jaar een einde heeft gemaakt aan de repressie van Khadafi’s Jamahiriya-regime.’ En voegt daar, sans gène, met dezelfde misplaatste trots aan toe: ‘Het kon daarbij rekenen op de steun van de internationale gemeenschap, die met economische en politieke middelen de druk op het regime stelselmatig heeft opgedreven.’
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2798 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Nieuws
-
#WijZijnHier
-
Reportage