Mensensmokkel: ongelukkige mensen, gelukkige smokkelaars

Bepaalde studies tonen aan dat elk jaar zo’n half miljoen mensen Europa worden binnengesmokkeld. Het gaat om mensen die zich blauw hebben moeten betalen en vaak nog jaren in de greep van de maffiose handelaars blijven. Europese staten reageren met een vooral repressieve aanpak. Maar dit lijkt de mensensmokkel enkel maar lucratiever te maken.
Van mensensmokkel is er sprake wanneer iemand tegen betaling een beroep doet op een tussenpersoon om op illegale wijze een grens over te steken. In ruil voor geld kan die tussenpersoon verschillende diensten aanbieden: transport, (vervalste) reisdocumenten, informatie, onderdak, zwartwerk. De markt van de mensensmokkel kende vanaf het begin van de jaren negentig een boom. Volgens een studie van de Amerikaanse regering - waaraan naast de immigratiediensten en het ministerie van Justitie ook de CIA en de FBI meewerkten - worden elk jaar zo’n half miljoen mensen Europa binnengesmokkeld. Duitsland schat dat veertig tot zeventig procent van de clandestiene migratie via mensensmokkelaars gebeurt. In Italië alleen al arriveren elke nacht dertig à veertig supersnelle rubberboten van de Albanese maffia met ongeveer dertig mensen aan boord. In Spanje staken vorig jaar naar schatting zevenendertigduizend Marokkaanse en Afrikaanse clandestienen in levensgevaarlijke vissersbootjes de Straat van Gibraltar over. Mensensmokkel is ook erg lucratief: de omzet van de Chinese triades, de best georganiseerde en meest brutale trafikanten, wordt geschat op 3,5 miljard dollar.

Aantrekkingskracht

Vraag die dan ook gesteld moet worden is waarom het verschijnsel zulke proporties aanneemt. Het is een open deur, maar de belangrijkste verklaring is dat steeds meer mensen uit hun land weg willen om elders een betere toekomst te zoeken. De wortels van migratie liggen in de landen van oorsprong: oorlog, mensenrechtenschendingen, bevolkingsaangroei, mensonterende armoede. Komt daar nog bij dat obstakels uit het verleden verdwenen zijn. Na de val van het Sovjetimperium verdween niet enkel de Muur van Berlijn maar kwam in Oost-Europa en de voormalige Sovjetunie een einde aan de zeer strenge controles op het verkeer van personen. Gevolg: Moskou is nu één van de belangrijkste doorvoerhavens voor Aziaten die richting West-Europa uitgaan. Ook technische evoluties werken mensenmokkel in de hand. Dankzij de paraboolantennes bekijken Albanezen elke avond de quizzen op de Italiaanse Rai waar blondines kwistig luxeprijzen uitdelen. Aanlokkelijk: vooral als je maar honderd dollar per maand verdient. Ook de uitbouw van een wereldwijd luchtvaartnet maak grenzen relatiever dan vroeger.

Maar deze factoren kunnen enkel verklaren waarom zoveel mensen weg willen uit hun land. Niet waarom ze gebruik maken van mensensmokkelaars. Dat laatste heeft veel te maken met het feit dat de landen van bestemming het de laatste jaren erg moeilijk hebben gemaakt om legaal binnen te raken. In de jaren zeventig kondigen de meeste Europese staten een migratiestop af. De deur werd op een kier gezet. Vreemdelingen konden enkel binnen via de vluchtelingenprocedure, de mogelijkheid tot gezinshereniging, als visumtoerist en als (tijdelijk) student. Na de val van de Berlijnse muur gingen de meeste West-Europese landen over tot een strakker vluchtelingenbeleid waardoor de opening nog kleiner werd. Net als bij de drooglegging in de Verenigde Staten ontstond een gat in de markt voor personen die zich niet laten weerhouden door wetten. Mensensmokkel is des te aantrekkelijker omdat de straffen relatief licht zijn. Easy money.

Wie zijn dan die mensensmokkelaars?

Stellen dat het hier louter om zware, georganiseerde criminelen gaat is onjuist. Er zitten ook amateuristische ritselaars tussen: eigenaars van bootjes, taxi’s of vrachtwagens die relatief weinig geld vragen om af en toe een kleine groep mensen over de grens te helpen. Mensensmokkel is niet hun belangrijkste bron van inkomsten, eerder een interessante bijverdienste. Dan zijn er de gespecialiseerde mensensmokkelaars die niet echt in een georganiseerde structuur werken: de paspoortvervalsers bijvoorbeeld die in Istanbul of Tirana de goedkope hotels afschuimen. Verder zijn er de meer gespecialiseerde trafikanten die slechts één etappe van de reis verzorgen: onder andere eigenaars van rubberboten die voor 500 dollar iemand van Albanië naar Zuid-Italië vervoeren. Wat er daarna met hun passagiers gebeurt, is hun zorg niet. Ten slotte zijn er de georganiseerde mensensmokkelaars. Hier gaat het om echte maffiastructuren met internationale vertakkingen. Zij bieden volledige reizen aan: vals paspoort, vervoer, onderdak incluis. Wegens hun internationale karakter zijn ze ook erg flexibel: beslist een land om de mensensmokkel strenger aan te pakken, dan nemen ze gewoon een andere route en wijken ze uit naar een ander land waar ze evengoed kunnen terugvallen op contactpersonen en omgekochte ambtenaren. Deze vorm van mensensmokkel is ongetwijfeld de meest zorgwekkende. Niet enkel omdat deze netwerken moeilijk te bestrijden zijn, maar ook omdat zij vaak zulke hoge bedragen voor hun diensten vragen dat zij hun ‘klanten’ nog jarenlang in hun greep houden: als goedkope arbeidskracht, drugsdealer of prostituee.

Deze georganiseerde trafikanten opereren als echte bedrijven: als de concurrentie toeneemt, pakken ze uit met promotieacties: ze nemen kinderen gratis of tegen gereduceerd tarief mee, of bieden een geheel verzorgde reis aan: hotel, transport, papieren, all-in.

De Chinese triades zijn ongetwijfeld de best georganiseerde en meest gewelddadige. Ze maken zich schuldig aan uitbuiting, afpersing, gijzeling en moord. Geen Chinees komt nog naar het Westen zonder de hulp van een bende uit de Volksrepubliek China. De triades maken bijna allemaal gebruik van hun oude opiumroutes, alleen zitten er nu geen drugs maar illegale Chinezen in hun busjes. In China beschikken zij over speciale boekingsbureaus waar de prijs van de reis onderhandeld wordt. De oversteek naar de Verenigde Staten kost tussen de twintig- en de dertigduizend dollar, voor een reis naar Europa betaalt een Chinees al snel zo’n 600.000 frank. Slechts weinigen kunnen dat in één keer op tafel leggen. Vandaar dat ze na hun aankomst nog een hele tijd bij een Chinese ondernemer, meestal een restauranthouder, moeten werken om de rest van de reissom af te betalen. De restauranthouder maakt meestal deel uit van het netwerk en betaalt een hongerloon. Vaak moet een gesmokkelde Chinees vijf jaar of langer werken vooraleer hij zijn of haar reis heeft terugverdiend. Ze werken dagen van achttien uur, zeven dagen per week. Voor een schamele tienduizend frank per maand. Om de huur uit te sparen, rollen ze na sluitingstijd hun matje uit in de keuken van het restaurant. Tussen de potten en de pannen. De Chinese triades kampen momenteel wel met een probleem: de markt raakt oververhit. Op dit ogenblik willen er zoveel Chinezen naar het Westen dat er onvoldoende plaats is om ze in restaurants ‘op te vangen’. In doorvoersteden als Moskou wachten heel wat Chinezen om naar Europa te komen. Maar de smokkelaars zijn creatief en hebben al een nieuwe strategie uitgedokterd: onder andere in Nederland ‘parkeren’ ze hun klanten voor een tijdje in een asielcentrum.

Dat de bazen van de Chinese triades handige jongens zijn, blijkt ook uit volgende voorbeelden. Vier jaar geleden merkten de Spaanse autoriteiten dat het sterftecijfer onder de Chinese gemeenschap uitzonderlijk laag lag. Achteraf bleek dat de documenten van overleden Chinezen gerecycleerd werden voor nieuwe illegale migranten. In Praag ontdekte de politie dat een Chinees restaurant met slechts acht tafels meer dan achthonderd mensen in dienst had. Het restaurant was enkel geopend om arbeidscontracten te produceren.

Smokkelroutes

Langs welke wegen smokkelen trafikanten hun klanten binnen? Meest bekende smokkelroute is die van Zuid naar Noord. Hiervan maken vooral (Noord-)Afrikanen gebruik. Velen steken de Straat van Gibraltar over in kleine visserssloepen: de zogenaamde patera’s. Een gevaarlijk overtocht die in 1998 het leven kostte aan naar schatting duizend mensen. Naast de maffiose Spaanse enclaves Ceuta en Melilla aan de Marokkaanse kust, is vooral de havenstad Tanger een centrum van mensensmokkel. Er zijn een tiental ‘alternatieve reisbureaus’ die voor dertig- tot hondervijftigduizend frank een ticket verkopen. De prijs hangt af van het risico dat men wil nemen. De kortste oversteek van Ceuta naar Gibraltar is veel duurder dan de veel langere tocht vanuit Tanger.

De mensensmokkelaars zijn vaak brutaal. Sommigen nemen al het geld van de migranten af. Iemand die de overtocht overleefde, vertelde hoe een passagier net voor de afvaart een angstaanval kreeg. ‘Hij weigerde op de boot te stappen, maar kreeg een mes op z’n keel.’

De kans dat een migrant in de maling wordt genomen, is trouwens reëel. Zo was er het voorval waarbij een patera, na een nacht rondjes varen, zeventien Marokkanen in Tanger afzette. Nog voor de boot het strand had bereikt, sprongen de passagiers in het water om naar de kust te zwemmen. Toen ze doorhadden dat ze niet in Spanje maar in Marokko waren aangeland, was de patera al lang uit het gezicht verdwenen. De zeventien waren zo woest dat ze degene die hen de tickets had aangesmeerd, opspoorden en hem vervolgens doodstaken.

Nog een populaire route is die via Albanië. Via de kuststeden Vlorë en Durrës steken volgens de Italiaanse kustwacht elke nacht een duizendtal mensen de straat van Otranto over. Prijs voor de overtocht: 500 dollar. Aan boord vooral Kosovaren, Koerden en Albanezen die het in hun straatarme land niet meer zien zitten. Maar op de rubberboten, de zogenaamde gommonies, zitten ook mensen uit Sri Lanka en Pakistan. Hoewel de Italiaanse kustwacht over peperdure boten beschikt, is de strijd tegen de Albanese maffia al bij voorbaat verloren. Dat heeft alles te maken met de driestheid waarmee de smokkelaars te werk gaan. Als de kustwacht hun boot te dicht nadert, gooien ze vaak enkele kinderen in het water. De kustwachters kunnen dan niet anders dan de drenkelingen te hulp snellen waardoor de rubberboot kan ontsnappen. Op een bepaald moment besloot de kustwacht om de buitenboordmotoren van de maffia stuk te schieten. Maar ook daarop hadden de maffiosi snel een oplossing gevonden: ze zetten twee kinderen op de motoren. Dat verklaart waarom de kustwacht slechts vier boten per maand in beslag kan nemen.

Wie een illegaal ticket naar Italië wil kopen hoeft niet ver te zoeken. Op het Skandenbergplein in Tirana stikt het van de mensensmokkelaars. Voor diegenen die wat meer geld hebben en de gevaarlijke overtocht met de gommonie niet zien zitten, zijn er ook vliegtuigtickets en valse reisdocumenten te koop. Amerikaanse en Canadese paspoorten zijn het duurst en kosten 10.000 dollar per stuk. Voor een EU-visum betaal je 1.000 à 1.200 dollar. De deal is dat je het land van bestemming bereikt. Als de douanes bij aankomst merken dat het paspoort vals is, krijg je na terugkomst in Albanië je geld terug. De handelaars doen dat uit vrees voor represailles. In Albanië circuleren veel wapens.

De recente Kosovo-crisis heeft de mensensmokkel in Tirana nog lucratiever gemaakt. Op enkele weken tijd zorgde de komst van honderdduizenden vluchtelingen voor nieuwe zakenkansen.

Vele vluchtelingen en migranten die via Albanië naar Italië gaan, regelen hun reis niet in Tirana maar in Istanbul, die andere hoofdstad van de mensenhandel. Vooral de Koerdische afscheidingsbeweging PKK zou hier een forse vinger in de pap hebben. Vanuit het Oosten van Turkije smokkelt de PKK Koerden naar Albanië. Dat gebeurt in samenwerking met de Albanese politie die illegale migranten in dienstwagens in de havens Durrës en Vlorë afleveren. Kostprijs van zo’n reis: tachtig- tot honderddertigduizend frank.

Maar Istanbul is niet enkel de draaischijf voor Koerden. Zelfs Afrikanen komen er terecht. Officieel wonen in Istanbul negen miljoen mensen, maar in werkelijkheid zijn het er tussen de twaalf en vijftien miljoen. De vreemdelingen hebben zich per nationaliteit over de verschillende wijken verdeeld. Overal schieten hotels voor illegalen uit de grond. De kamers zijn vuil en smerig en de prijzen zijn er hoog. In zulke hotels stinkt het werkelijk naar de urine. Een feest voor tbc: heeft één van de kamergenoten tuberculose dan raken zijn kamergenoten meestal ook besmet. Vooral alleenstaande Afrikanen leven in een penibele situatie. Ze hebben weinig geld en, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de Irakezen, geen goud en juwelen om te verkopen.

Gegeven het feit dat Istanbul één van de belangrijkste doorvoerhavens is voor mensensmokkelaars, is het trouwens moeilijk te begrijpen waarom de VN-vluchtelingenorganisatie onlangs besliste om 7.700 Kosovaarse vluchtelingen vanuit Blace (Macedonië) naar Turkije te brengen. De kans dat zij vroeg of laat in handen van trafikanten vallen is groter dan in eender welk land.

Istanbul is trouwens niet enkel het vertrekpunt van de Albanië-route maar ook van de Balkan-route die via Bulgarije en Oostenrijk of Tsjechië naar Duitsland loopt. Of via Roemenië, Hongarije, Slowakije en Tsjechië naar Duitsland. De reis gebeurt meestal per vrachtwagen. Met behulp van de Turkse douanes wordt het zegel eerst verbroken, vervolgens worden de migranten ingeladen, waarna het zegel opnieuw wordt aangebracht. De reis duurt meerdere dagen, en omdat het zegel niet verbroken mag worden, moeten de passagiers in de laadbak blijven. Hun behoefte doen ze in een emmer. Ook hier laten de mensensmokkelaars weinig aan het toeval over. Als er gevaar is, floept in de laadruimte een rood licht aan. Bij het naderen van een grenspost strooien de passagiers gemalen Spaanse pepers langs de wand en binden vochtige doekjes voor hun mond. De gemalen pepers brengen speurhonden in de war, en de natte doekjes moeten de passagiers beschermen tegen het traangas dat aan sommige grensposten naar binnen wordt gespoten.

Een smokkelroute die vooral in trek is bij Aziaten loopt via Rusland en de Baltische staten naar Skandinavië. Deze weg werd aantrekkelijk na de desintegratie van de voormalige Sovjetunie. Volgens een rapport van de christelijke organisatie Caritas wachten in Moskou doorlopend 200.000 mensen op hun vertrek naar het Westen. 60.000 van hen zouden Chinezen zijn en 40.000 Zuid-Aziaten.

Mensen die met de hulp van mensensmokkelaars in ons land arriveren, hebben slechts twee mogelijkheden. Ofwel leven ze in de illegaliteit, wat hen in een uiterst kwetsbare positie brengt, ofwel wringen ze zich in de asielprocedure. Maar omdat velen van hen niet onder de vluchtelingenconventie van Genève vallen - mensonterende armoede is voorlopig niet voldoende - biedt ook dit geen oplossing. Komt daar nog bij dat de vluchtelingenprocedure door de vele aanvragen dreigt vast te lopen.

Een beleid dat weinig weerstand biedt

De westerse regeringen hebben weinig greep op de professionele en vaak brutale mensensmokkelaars. Zij houden vast aan een vooral repressieve aanpak waarbij zoveel mogelijk illegale migranten aan de grens worden tegengehouden en teruggestuurd. Op die manier worden niet de mensensmokkelaars maar hun slachtoffers geraakt.

De kostprijs van dit beleid is hoog: Italië investeert in dure politieboten en trekt gesloten centra op, Spanje bouwt hekken met camera’s in Ceuta en Melilla, Duitsland doet hetzelfde aan zijn oostgrens. België besliste onlangs om een handvol Afrikanen per privé-jet uit te wijzen. En toch blijven de illegale migranten binnenkomen. Geen wonder: velen hebben duizenden kilometers afgelegd om tot aan de Europese grens te raken. Een hek of een politieman schrikt hen niet af.

De vraag rijst dan ook of het wel intelligent is om miljarden te blijven investeren in dit beleid. Temeer daar het recente verleden bewezen heeft dat een verstrenging in de eerste plaats tot een nog lucratievere handel voor mensensmokkelaars heeft geleid. ‘Mensensmokkel is niet uit te roeien’, schrijven de Nederlandse journalisten David Jan Godfroid en Ya’l Vinckx in hun boek over mensensmokkel. ‘Eén van onze conclusies is dat het met de nadruk op de repressieve en bureaucratische aanpak vechten tegen de bierkaai is. Ook al zouden alle betrokken diensten voorbeeldig met elkaar samenwerken, dan nog zal de capaciteit ontoereikend zijn. En het toereikend maken van de capaciteit zou uiteindelijk kunnen leiden tot een soort politiestaat. Europa moet dan opnieuw een ijzeren gordijn optrekken met om de vijftig meter een grenswachter en om de honderd meter een wachttoren met grof geschut.’

Bovendien is er nog de morele dimensie: kan Europa een vluchtelingenpolitiek voeren waarbij elk jaar duizend mensen verdrinken in de Straat van Gibraltar?

Noot:

De informatie verwerkt in dit stuk is gebaseerd op de reportages over vluchtelingen en migratie die ik voor De Morgen maakte in december en januari. Verder puurde ik veel informatie uit het boek over mensensmokkel, van de Nederlandse journalisten David Jan Godfroid en Ya’l Vonckx (Meulenhoff, 1999) en uit het artikel ‘Dynamics of Migration and Crime in Europe: new Patterns of an old Exodus’ van Ernesto u. Savona, Andrea di Nicola en Giovanni de Col.

De auteur is journalist van De Morgen

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.