Respect voor verschillen, respect voor mensen

‘Kosmopolitisme begint met het eenvoudige idee dat we binnen de menselijke gemeenschap, net als binnen nationale gemeenschappen, gewoonten moeten ontwikkelen om samen te leven’, schrijft de Ghanees-Engelse filosoof Kwame Anthony Appiah. De rest van het verhaal is een stuk complexer en daarom schrijf hij er een stevig filosofisch boek over: Kosmopolitisme. Nieuwe ethiek voor wereldburgers. Hieronder een uittreksel waarin Appiah ingaat op de lange traditie van vermenging en de ondiepe betekenis van authenticiteit.
In de laatste boodschap die mijn vader mij en mijn zusters achterliet, schreef hij: ‘Vergeet niet dat jullie wereldburgers zijn.’ Als leider van de onafhankelijkheidsbeweging in wat toen Goudkust heette, zag hij nooit een conflict tussen partijdigheid in eigen land en een universele moraal -tussen deel uitmaken van de plaats waar je bent en deel uitmaken van een bredere menselijke gemeenschap.
Dankzij mijn opvoeding door deze vader en een Engelse moeder, die zowel diepe banden had met onze familie in Engeland als volledig geworteld was in Ghana, waar ze nu al een halve eeuw woont, zijn mijn banden met familie en stam altijd veelzijdig en overlappend geweest: niets was vanzelfsprekender.

En natuurlijk ís er ook niets vanzelfsprekender. In geologische termen is het maar een oogwenk sinds de eerste mensen uit Afrika vertrokken, en er zijn maar weinig plekken waar we ons niet hebben gevestigd. De drang om te trekken is niet minder ‘natuurlijk’ dan de dwang om ons te vestigen.
De meesten van ons die talen en gewoonten van andere plaatsen hebben geleerd, hebben dat niet enkel uit nieuwsgierigheid gedaan. Sommigen waren op zoek naar voer voor hun gedachten; de meesten waren op zoek naar voedsel. Algemene onwetendheid over de gebruiken van anderen is voor het grootste deel het privilege van machtigen. Er is een even grote kans dat de bereisde polyglot tot de minst bedeelden behoort als tot de best bedeelden - en hij kan net zo goed worden gevonden in een shantytown als aan de Sorbonne.

Die met de zuurtjes


Kosmopolitisme moet dus niet worden beschouwd als een verheven verworvenheid. Kosmopolitisme begint bij het eenvoudige gegeven dat we binnen de menselijke gemeenschap, net als binnen nationale gemeenschappen, gewoonten moeten ontwikkelen om samen te leven: conversatie betekent van oorsprong ‘samenleven, verkeer hebben’.
Ook in de moderne betekenis van het woord wil het dat zeggen.
De stad Kumasi, waar ik ben opgegroeid, is de hoofdstad van het Asantegebied in Ghana, en toen ik nog een kind was heette de belangrijkste handelsstraat Kingsway Street. In de jaren vijftig kwam je, als je naar het centrum liep, eerst langs Baboos bazaar, waar geïmporteerde levensmiddelen werden verkocht en die werd geleid door de heer Baboo -een charmante, hoffelijke Indiër- bijgestaan door zijn groeiende gezin.
Meneer Baboo was actief in de Rotaryclub en men kon altijd rekenen op zijn bijdrage aan de verschillende liefdadigheidsprojecten die tot het tijdverdrijf van de middenklasse van Kumasi behoorden, maar ik herinner me meneer Baboo vooral om zijn grote voorraad snoep en zijn eeuwige glimlach. Ik kan me de tocht door onze stad langs de rest van de straat niet meer precies herinneren, want niet elke winkel had zuurtjes als geheugensteuntje.
Maar ik weet nog wel dat we rijst haalden bij de Iraanse broers en dat we vaak aanliepen bij verschillende Libanese en Syrische gezinnen, moslims of maronieten, en zelfs een filosofische druus, meneer Hanni, die geïmporteerde stoffen verkocht en die, toen ik wat ouder was, altijd wel wilde praten over de problemen in zijn geboorteland Libanon.
Er waren ook “vreemdelingen” onder ons: in de militaire barakken in het centrum zaten veel noorderlingen onder de “andere rangen”: gewone soldaten en lagere officieren, wier gezichten de kenmerken van hun etnische afkomst droegen.

En dan kwam er ook nog wel eens een Europeaan langs -de Griekse architect, de Hongaarse kunstenaar, de Ierse arts, de Schotse ingenieur, een paar Engelse advocaten en rechters, en een vreemd internationaal gezelschap van professoren, van wie er, anders dan van de koloniale ambtenaren, veel na de onafhankelijkheid bleven hangen. Ik vroeg me als kind nooit af waarom die mensen zo ver reisden om in mijn vaderstad te komen wonen en werken; maar ik was blij dat ze het hadden gedaan.

Gesprekken over grenzen heen kunnen beladen zijn, zeker nu de wereld kleiner wordt en de risico’s groter worden. Het is daarom de moeite waard je te herinneren dat ze ook een genot kunnen zijn. Een wereld waarin gemeenschappen netjes van elkaar zijn afgescheiden lijkt niet langer een serieuze optie, als het dat al ooit geweest is. En de weg van segregatie en afsluiting is altijd een anomalie geweest voor onze altijd reizende soort. Kosmopolitisme is geen hard werk; het verwerpen ervan wel.

Weg met die honkbalpet!


Je kan mensen niet dwingen om aan hun oorspronkelijke gewoonten vast te houden, akkoord,  maar dan nog zou je zou kunnen denken dat een kosmopoliet aan de kant staat van diegenen die over de hele wereld actief zijn om ‘culturen te  beschermen’ en zich verzetten tegen ‘cultureel imperialisme’. Maar achter dergelijke leuzen tref je soms vreemde vooronderstellingen aan. Neem bijvoorbeeld ‘cultuur beschermen’.
Het is één ding om mensen hulp te bieden wanneer ze bepaalde kunsten willen behouden. Ik ben helemaal voor festivals van de Welshe barden in Llandudno, gesubsidieerd door het Welsh Arts Council, zolang er mensen zijn die willen voordragen en mensen die het de moeite vinden om te luisteren. Ik ben heel blij met het Ghanees Nationaal Cultureel Centrum in Kumasi, waar je traditioneel Akandansen en -trommelen kunt leren, vooral omdat er uitstekend cursus wordt gegeven en de klassen vol zitten.
Restaureer het in verval geraakte filmmateriaal van de vroege Hollywood-films; behoud Oudnoorse, vroeg-Chinese en Ethiopische manuscripten; leg de orale tradities van Malay en Masai en Maori vast, schrijf ze uit en analyseer ze: al die dingen zijn waardevolle onderdelen van het menselijk erfgoed. Maar cultuur behouden -in de zin van culturele kunstvoorwerpen in de brede zin des woords- is iets anders dan culturen beschermen.
Cultuurbeschermers spannen zich in om te zorgen dat de Huli van Papoea-Nieuw-Guinea, of voor mijn part de sikhs in Toronto of de Hmong in New Orleans, vasthouden aan hun ‘authentieke’ gebruiken. Maar wat maakt een culturele uiting authentiek? Moeten we de import van honkbalpetjes naar Vietnam stoppen, opdat de Zao hun kleurige rode hoofdtooien blijven dragen? Moeten we dat niet aan de Zao vragen? Moet het niet hun keuze zijn?
‘Ze hebben niet echt een keuze,’ zeggen de cultuurbeschermers misschien. ‘We hebben goedkope westerse kleren op hun markten gedumpt; en ze kunnen zich niet langer de zijde veroorloven die ze altijd droegen. Als ze hadden wat ze werkelijk willen hebben, dan zouden ze zich nog steeds traditioneel kleden.’ Bedenk dat in zo’n geval niet de authenticiteit het pijnpunt is.
De bewering is dat ze zich iets niet kunnen veroorloven wat ze graag zouden doen, iets wat een identiteit uitdrukt die ze belangrijk vinden en willen beschermen. Dat is een echt probleem, dat mensen in veel gemeenschappen raakt; ze zijn te arm om het leven te leiden dat ze willen leiden. Als dat waar is, dan is het een argument om te proberen hen te helpen rijker te worden. Als ze echt rijker worden en nog steeds in t-shirts rondlopen, dan is dat, lijkt mij, pech voor de authenticiteit.

Niet dat dit probleem zich veel voordoet in de echte wereld. Mensen die het zich kunnen veroorloven vinden het meestal fijn om af en toe traditionele kleding aan te doen. Amerikaanse jongens dragen een rokkostuum naar hun schoolfeesten. Ik ben ooit getuige geweest op een Schotse bruiloft. De bruidegom droeg natuurlijk een kilt. (Ik droeg een kente-doek. Andrew Oransay, die ons door het gangpad doedelzakte, fluisterde ergens in mijn oor: ‘Daar staan we dan allemaal, in onze stamkledij’.)
In Kumasi vinden mensen die het zich kunnen veroorloven het leuk om hun kente-doeken te dragen, vooral de meest traditionele, die zijn geweven in kleurige zijden banen in de stad Bonwire, waar ze al een paar eeuwen worden gemaakt. (De prijzen zijn gedeeltelijk gestegen omdat de vraag buiten Asante is gestegen. Een mooie kente voor een man kost nu meer dan een gemiddelde Ghanees in een jaar verdient. Is dat slecht? Niet voor de mensen in Bonwire.)

Pogingen om de een of andere authentieke cultuur op te sporen kunnen lijken op het afpellen van een ui. De stoffen waarvan de meeste mensen denken dat ze authentiek West-Afrikaans zijn, staan bekend als Javaanse bedrukte stoffen, en kwamen binnen met de Javaanse gebatikte stoffen die door de Hollanders werden verkocht. De traditionele dracht van de Hererovrouwen stamt van de kleding van negentiende-eeuwse Duitse zendelingen, hoewel ze onmiskenbaar Herero is, niet in de laatste plaats omdat de stoffen een vrij onlutheraanse kleurenpracht vertonen. En zo is het ook met onze kentekleren: de zijde werd altijd geïmporteerd, verhandeld door Europeanen, gemaakt in Azië.
Die traditie was ooit een vernieuwing. Moeten we haar verwerpen omdat ze zo bezien niet-traditioneel is? Hoe ver moeten we teruggaan? Moeten we de jonge mannen en vrouwen veroordelen die naar de Universiteit voor Wetenschap en Technologie, een paar kilometer buiten Kumasi, gaan, omdat ze bij hun afstuderen Europese toga’s dragen, afgebiesd met kente-stroken (zoals ze nu ook doen aan Howard en Morehouse). Culturen bestaan uit continuïteit en verandering, en de identiteit van een samenleving kan door die veranderingen heen overleven.

Hoera voor de hutsepot


Achter veel van het geklaag over de culturele effecten van de globalisering gaat een beeld schuil van hoe de wereld vroeger was -een beeld dat zowel onrealistisch als onaantrekkelijk is. Met een goede oude Afrikaan als gids zouden we beter weten. Publius Terentius Afer, beter bekend als Terentius, werd in Carthago, in Noord-Afrika, als slaaf geboren en tegen het einde van de tweede eeuw van onze jaartelling naar Rome gevoerd.
Het duurde niet lang of zijn toneelstukken werden algemeen bewonderd door de literaire elite van de stad; gevatte, elegante stukken die, samen met de eerdere, minder verfijnde stukken van Plautus, feitelijk alles zijn wat we van de Romeinse komedie overhebben. Terentius’ eigen manier van schrijven -zijn vrije samenvatting van vroegere Griekse stukken tot één Latijns werk- stond bij de Romeinse literatoren bekend als ‘besmetting’. Het is een suggestieve term.
Als mensen zich uitspreken voor een ideaal van culturele zuiverheid, als ze de authentieke cultuur van de Asante of van de Amerikaanse gezinsboerderij verdedigen, dan voel ik mezelf aangetrokken tot de besmetting als cultureel tegenideaal. Terentius kon uiteenlopende menstypes zeer treffend neerzetten: ‘Zo veel mensen, zo veel zinnen’ was een van zijn stellingen.
En in zijn komedie De zelfkweller vindt u een citaat dat als de gouden regel van het kosmopolitisme geldt: Homo sum: humani nil a me alienum puto. ‘Ik ben een mens: niets menselijks is mij vreemd.’ De context is verhelderend: de hoofdpersoon van het toneelstuk, de bemoeizieke boer Chremes, krijgt van zijn overwerkte buurman te horen dat hij zich met zijn eigen zaken moet bemoeien: de homo sum-leuze is zijn luchtige antwoord. Het is niet bedoeld als een regel van hogerhand: het is gewoon een smoes om te roddelen.

Het ideaal van de besmetting heeft ongetwijfeld geen welsprekender voorvechter dan Salman Rushdie, die beweerde dat de roman die een fatwa over hem afriep ‘de hybriditeit, onzuiverheid, de vermenging en vervorming huldigt die voortkomen uit nieuwe en onverwachte combinaties van mensen, culturen, ideeën, politieke overtuigingen, films en liedjes. Hij verheugt zich in vuilnisbakkencultuur en vreest het absolutisme van het Zuivere. Melange, hutspot, een beetje van dit en een beetje van dat, zo komt iets nieuws de wereld binnen. Dat is de grootse kans die massamigratie de wereld geeft, en ik heb getracht die te omarmen.’

De moderne massamigratie was niet nodig om die grootse kans te scheppen. De vroege cynici en de stoïcijnen namen hun besmetting van de plaatsen waar ze geboren waren mee naar de Griekse steden waar ze lesgaven. Velen van hen waren vreemden daar; het kosmopolitisme werd uitgevonden door besmetters die in hun eentje migreerden. En de migraties die de grotere wereld hebben besmet, waren lang niet allemaal modern.
Alexanders rijk vormde zowel de staten als de beeldhouwkunst van Egypte en Noord-India; grote delen van Azië werden bepaald door eerst de Mongolen en vervolgens door de Mogols; de Bantoemigraties bevolkten het halve Afrikaanse continent. Islamitische staten reikten van Marokko tot Indonesië; het christendom bereikte Afrika, Europa en Azië binnen enkele eeuwen na de dood van Jezus van Nazareth; het boeddhisme migreerde lange tijd geleden vanuit India naar een groot deel van Oost- en Zuidoost-Azië. Joden en mensen wier voorvaderen uit vele delen van China kwamen hebben lang in de diaspora geleefd. De handelaars van de zijderoute hebben de kleding van de Italiaanse elite veranderd; iemand kocht Chinees porselein voor een vijftiende-eeuwse Swahili-begrafenis. Ik heb horen vertellen dat de doedelzak zijn oorsprong heeft in Egypte en met de Romeinse infanterie in Schotland terechtkwam. Niets van dit alles is modern.

Ieder zijn Coca Cola


Natuurlijk kun je over ‘vermenging’ even gemakzuchtig en vals utopisch doen als over ‘zuiverheid’. Toch ligt de grotere menselijke waarheid bij Terentius’ besmetting. We hebben geen vaste gemeenschap, geen homogeen waardensysteem nodig om een thuis te hebben, en die hebben we ook nooit nodig gehad.
Culturele zuiverheid is een contradictio in terminis. De kans is cultureel gezien groot dat u nu al een kosmopolitisch leven leidt, verrijkt door literatuur, kunst en film van vele plaatsen en invloeden van nog veel meer plaatsen. En de tekenen van kosmopolitisme in een afgelegen Asante-dorp - voetbal, Muhammad Ali, hiphop - zijn hun leven net als het onze binnengekomen als vermaak, niet als werk. Er zijn westerse producten en verkopers die de mensen in de rest van de wereld aanspreken omdat ze worden beschouwd als westers, als modern: Mc-Donald’s, Levi’s. Maar zelfs daar is culturele betekenis niet iets wat in de hoofdgebouwen van de grote bedrijven wordt verordonneerd.

Mensen op ieder continent dragen Levi’s. In sommige plaatsen is het een informele dracht; in andere is het juist chic. Je kunt ook op ieder continent Coca-Cola kopen. In Kumasi krijg je het bij begrafenissen. Niet, voor zover ik weet, in het westen van Engeland, waar men hete Indiase thee met veel melk geschikter acht. Het punt is dat mensen op iedere plaats op hun eigen manier gebruikmaken van de bekendste wereldproducten.

Een houdbaar kosmopolitisme verzacht het respect voor de verschillen met respect voor de mensen zelf - en met een gevoel dat het best wordt samengevat in de slogan, ooit grappig, nu een gemeenplaats, die door die voormalige slaaf uit Afrika werd neergeschreven. Maar weinig mensen weten wat Chremes vervolgens zei, maar het is net zo belangrijk als de zin die iedereen aanhaalt: ‘Misschien wil ik het voor mezelf uitzoeken en misschien wil je raad geven: denk ervan wat je wilt. Als je gelijk hebt, dan doe ik wat jij doet. Als je ongelijk hebt, dan verbeter ik je.’

Kosmopolitisme. Nieuwe ethiek voor wereldburgers door Kwame Anthony Appiah wordt uitgegeven door Bert Bakker. 215 blzn. ISBN 978 90 351 3177 4

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.