Risicogevoeligheid voor rampen inperken

Bedreigingen zijn natuurlijk, rampen zijn dat niet. Een vulkaanuitbarsting wordt immers pas een ramp wanneer er mensen aan te pas komen. Een gericht overheidsbeleid kan de risicogevoeligheid beperken.

  • TheHumanitarianCoalition.ca Tussen 1970 en 2010 was er een wereldwijde verdubbeling van het aantal mensen dat te maken kreeg met overstromingen. TheHumanitarianCoalition.ca

Dinsdag stelde het bureau International Strategy for Disaster Reduction van de Verenigde Naties (Unisdr) een rapport voor dat de laatste ontwikkelingen op vlak van wereldwijde vermindering van rampenrisico’s bevat. Het rapport bevat een heleboel nieuwe cijfers, trends en aanbevelingen die allemaal dienen om het risico op rampen te verkleinen. Ondanks enkele successen moet er nog heel veel worden verwezenlijkt.

Risicofactoren

Unisdr stelt een aantal belangrijke factoren voor die bepalen in hoeverre een individu of gemeenschap gevaar loopt. De belangrijkste zijn klimaatverandering, verstedelijking, armoede en aantasting van het milieu.

Klimaatverandering is verantwoordelijk voor een aantal nieuwe bedreigingen zoals een stijging van het zeeniveau en extreme weersomstandigheden. Deze bedreigingen doen zich voor in nooit eerder geziene proporties. Hierdoor zullen miljoenen extra mensen worden blootgesteld aan gevaren die ze nooit eerder hebben ervaren, stelt het rapport.

Daarnaast maakt een snelle en weinig of niet geplande verstedelijking een gemeenschap heel kwetsbaar. Verstedelijking is een proces dat steeds blijft toenemen, en de bevolkingsdichtheid is op verschillende plaatsen vaak nu al enorm. Tegen 2015 zullen er 33 steden zijn met minstens acht miljoen inwoners. Van deze 33 steden zullen er 21 gevestigd zijn in kustgebieden die zeer vatbaar zijn voor meteorologische bedreigingen.

Ook armoede is een belangrijke risicofactor. Uit cijfers blijkt immers dat het ontwikkelingsniveau van een land een directe invloed heeft op de ernst van de schade na een ramp. Maar ook in industrielanden geldt armoede als risicofactor: de zwaarst getroffen mensen tijdens Orkaan Katrina waren de armsten.

Ten slotte is ook aantasting van het milieu een belangrijke factor. Onder andere door ontbossing en het verdwijnen van koraalriffen worden gemeenschappen kwetsbaarder. Bossen functioneren als natuurlijke sponzen die water absorberen, zonder bomen is er dus veel meer gevaar voor overstroming. Het verdwijnen van zo’n natuurlijke buffer brengt een samenleving ernstig in gevaar.

Overstromingen en cyclonen

In het rapport worden onder andere cijfers weergegeven die aantonen dat er tussen 1970 en 2010 een wereldwijde verdubbeling was van het aantal mensen dat werd blootgesteld aan cyclonen en overstromingen.

Vooral de bevolking in Zuid-Azië, Oost-Azië en Pacific heeft te maken gehad met overstromingen. Meer dan negentig procent van de globale bevolking die werd blootgesteld aan overstromingen leeft in deze gebieden.

Ook cyclonen zijn een regionaal verschijnsel. Vooral Oost-Azië, Pacific maar ook Japan, de Verenigde Staten en Australië kregen te maken met dit natuurverschijnsel.

Sterfterisico en economisch verlies

Een natuurlijke dreiging zoals overstromingen en cyclonen hoeft echter niet meteen uit te monden in een ramp. In het rapport worden cijfers weergegeven die voor elk van de bedreigde gebieden het risico op sterfte en economisch verlies aantonen.

Hoewel het globale sterfterisicocijfer is gedaald, is er nu een steeds groter risico op economisch verlies.
Ondanks het feit dat er tussen 1970 en 2010 dubbel zoveel mensen werden getroffen door een overstroming, is het risico op sterfte ten gevolge daarvan wel gedaald. Maar ook hier zijn weer belangrijke regionale verschillen: in Latijns-Amerika, het Midden-Oosten en Afrika blijft het sterfterisicocijfer stijgen terwijl Oost-Azië en Pacific de grootste successen hebben geboekt.

Het sterfterisicocijfer ten gevolge van tropische cyclonen daalde in alle regio’s sinds 2000. Opnieuw behaalden vooral Oost-Azië en Pacific de beste resultaten.

Hoewel het globale sterfterisicocijfer is gedaald, is er nu een steeds groter risico op economisch verlies. Het globale gemiddelde jaarlijkse BNP dat werd blootgesteld aan overstromingen verdrievoudigde bijna tussen 1970 en 2010. De Oeso-landen hebben het grootste aandeel in dat percentage.

Het globale gemiddelde jaarlijkse BNP dat werd blootgesteld aan cyclonen verdrievoudigde eveneens. Hier hebben de Oeso-landen een nog groter aandeel, zij vertegenwoordigen bijna het volledige bedrag.

Hyogo Framework for Action

Elk land is dus op een bepaalde manier kwetsbaar en dat maakt het verminderen van rampenrisico’s (Disaster Risk Reduction of DRR) voor iedereen relevant. DRR omvat een aantal krachtlijnen die het risico op rampen moeten inperken. Deze krachtlijnen werden in januari 2005 - enkele weken na de tsunami die in de gebieden rond de Indische Oceaan aan 250.000 mensen het leven kostte – door 168 landen aanvaard op de tweede Wereldconferentie rond Rampreductie. Men stelde toen een tienjarenplan op met als doel zich tegen 2015 beter te wapenen tegen de impact van een natuurramp. Dit plan kreeg de naam Hyogo Framework for Action (HFA).

Heel concreet wil het HFA de veerkracht van steden en landen vergroten en de impact van rampen, de sterftecijfers en economische verliezen, tegen 2015 verminderen. Om dat te bereiken werden vijf belangrijke doelstellingen afgesproken:

  • overheden moeten van het reduceren van rampenrisico’s een prioriteit maken door middel van planning, regulering en investeringen.
  • landen moeten de risico’s waaraan ze worden blootgesteld in kaart brengen en op basis daarvan moeten waarschuwingssystemen worden ontwikkeld.
  • men moet investeren in kennis, innovatie en onderwijs. Mensen moeten bewust gemaakt worden van het probleem en zo wordt een veiligere gemeenschap gecreëerd.
  • een aantal onderliggende factoren zoals ontbossing en onveilige infrastructuur moeten worden aangepakt.
  • de bevolking moet op elk niveau voorbereid zijn op een mogelijke ramp.

Vooral op de eerste, tweede en vijfde doelstelling werd door de landen de meeste vooruitgang geboekt. De andere doelstellingen liggen voorlopig zwaar achter op schema. Het aanvaarden van een actieplan is nu eenmaal gemakkelijker dan het implementeren ervan.

Lees zaterdag het interview met Margareta Wahlström op MO.be

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2770   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2770  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.