Russen voeren cyberaanval tegen Estland

Het monument van de Bronzen Soldaat werd op 30 april samen met de resten van 12 Sovjet-soldaten overgebracht naar een militair kerkhof buiten de hoofdstad Tallinn. De Bronzen Soldaat brengt hulde aan gesneuvelde soldaten van de tweede wereldoorlog.
De verhuis leidde tot hevige protesten van de Russische minderheid, die ongeveer een derde van de Estse bevolking uitmaakt. Ook de Russische president Vladimir Poetin reageerde negatief: “Wie monumenten schendt, beledigt zijn eigen bevolking en zaait nieuwe onenigheid en wantrouwen tussen staten en mensen.”
De aanvallen startten begin mei en komen van Russische servers. Op 9 mei, wanneer Rusland de overwinning van de tweede wereldoorlog viert, waren de sites van het Letse ministerie van Buitenlandse Zaken en Justitie onbereikbaar. Op andere sites verscheen Russische propaganda of een valse verontschuldiging. Ook de website van de Estse ambassade in Moskou werd geviseerd.
In een telefoongesprek met de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Condoleeza Rice met de Estse president zei Rice dat dergelijke aanvallen op een onafhankelijk land “onaanvaardbaar” waren, schrijft internetsite Radio Free Europe.

NAVO

De aanvallen hebben ook de aandacht getrokken van de NAVO. “Indien de communicatie van een land wordt gebombardeerd, is het een oorlogsdaad. Maar hoe noem je dat indien dezelfde installatie onbruikbaar gemaakt wordt door een cyberaanval?”, vraagt een hoge NAVO-ambtenaar zich af in de krant The Economist.
In een gesprek met de radiozender Ekho Moskvy opperde Madis Mikko, het hoofd van de communicatiedienst van het Estse defensieministerie, gisteren dat er internationale regels moeten komen tegen dergelijke cyberaanvallen. Maar de aanvallen gebeuren ook door hackers binnen Estland: de Estse politie arresteerde verleden week een 19-jarige universiteitsstudent die op internetfora adviseerde hoe je dergelijke aanvallen uitvoert.