Girlhood

Enkele weken nadat de hashstag #wijoverdrijvenniet welig tierde op twitter staat Bie Vancraeynest stil bij de uitlopers van seksisme in een Brusselse volkswijk.

  • © Brecht Goris © Brecht Goris

Er is weinig dat zo op mijn zenuwen kan werken als een troep tienermeisjes. Ik ben al decennia jeugdwerker, met veel plezier, maar het gekauw, gegiechel en geroddel  dat weerklinkt van zodra meer dan drie pubermeisjes zich samen in dezelfde perimeter bevinden, ik wen er niet aan. En tegelijkertijd blijft het me fascineren. Als zo’n troep het jeugdhuis binnenstuift na een schooldag -dat is in sommige Brusselse scholen heel erg kort na de middag- dan leg ik mijn oor graag te luisteren.

‘Hoe was het op school vandaag, les filles?’

‘Slecht,’ klinkt het antwoord unisono, ‘Er zijn te veel hoeren op onze school’.
‘Dans notre école, il y a trop de salopes’. Dat laatste woord spuwen ze uit, terwijl ze hun hoofd schudden.
Ik hoor het niet voor het eerst, maar wil graag weten wat ze er vandaag precies mee bedoelen.

‘Je weet toch wat er is gebeurd?’ Ze kijken me vragend aan. Iedereen weet wat er is gebeurd. Natuurlijk weet ik wat er is gebeurd. Een meisje van veertien werd gedwongen tot seksuele handelingen door een groep nauwelijks oudere jongens, op een parking. Dat werd gefilmd en vond zijn weg naar You Tube en Facebook. Er kwam politie aan te pas, en oudere broers die zaken op orde kwamen zetten. ‘Ze hebben haar aan haar haren de trap af gesleurd!’ Het houdt de gemoederen nu al ruim een week verhit, op de speelplaats en ver daarbuiten. Ik ben vooral benieuwd om te weten hoe zij met deze feiten omgaan.

Facebook bulkt van de pagina’s waarop meisjes worden ‘verbrand’. “Cramées” worden ze dan genoemd.

Ik weet dat de school in kwestie in deze niets valt te verwijten. Dit is geen alleenstaand geval.  Facebook bulkt van de pagina’s waarop meisjes worden ‘verbrand’. “Cramées” worden ze dan genoemd. Talloos zijn de pagina’s die grossieren in gore, zonder toestemming gedraaide filmpjes, printscreens van provocerende dialogen, uitdagende,  niets verhullende selfies. De pagina’s stellen meisjes tentoon en dagen bezoekers uit om hen belachelijk te maken.

Ik heb mijn eens een namiddag bezig gehouden met al die pagina’s te bekijken en te rapporteren. Een mens wordt er niet vrolijk van. Bij het aangifte doen bij Facebook ving ik aanvankelijk bot. Terwijl op een pagina een filmpje bovenaan in de kijker stond van een meisjes dat duidelijk seksueel werd misbruikt. Pas nadat ik een aantal andere mensen vraag om de pagina ook te rapporteren, verdwijnt hij.

Het voorval met het meisje maakt de tongen los. Ze vinden het ongelooflijk dat ze haar gezicht nog op school durft vertonen. Wacht eens, dat zij er nog durft komen?
Ze hebben medelijden met de jongens die een korte doortocht hebben gemaakt in een gesloten centrum. Want ze heeft het zelf wel een beetje uitgelokt. ‘Ze’, dat is een beetje een verloren meisje van nog geen vijftien.

Ik denk met pijn in het hart aan de ouders van deze meisjes. Slechts enkele van de meisjes zijn in België geboren, maar ze zijn hier ondertussen al wel even. Ze hebben hun land van oorspong, in Afrika, Latijns-Amerika, Oost-Europa achter zich gelaten om politieke of economische redenen. In elk geval om hun kinderen een betere toekomst te gunnen. En dan komen hun zonen en dochters in deze urban jungle terecht. En ze zijn al lang blij dat ze een school hebben gevonden waar hun kinderen terecht kunnen en waarin ze een blind vertrouwen hebben.

Vaak weten ze niet eens dat om de hoek, vierentwintig uur op vierentwintig, prostituees in de Alhambrawijk tippelen. Geen luxe call girls maar jonge meisjes en gewone vrouwen die klanten afwerken in dezelfde portiekjes waar scholieren schuilen voor de regen tijdens een springuur. Onmogelijk om tussen metro en schoolpoort geen prostituee of pooier te zien.

Snapchat! De app die de deur opent naar nog meer excessen.

Wat deze jongeren, uit alle uithoeken van de wereld verbindt, is de school waar ze elke dag samen in de klas zitten en de cultuur die zij hier hebben gevonden: die van  videoclips en reality-TV. Snapchat! De app die de deur opent naar nog meer excessen. Die belooft dan wel een foto of video die snel verdwijnt zodra de ontvanger die heeft gezien,  maar er zijn genoeg manieren om de beelden toch te bewaren. Jonge meisjes maken foto’s in het geheim, de tandpastavlekken op de spiegel zijn er het bewijs van. Opgejaagd door hun hormonen, uitgedaagd door wat tienerjongens van hen menen te mogen verwachten.

Wat hen verbindt zijn ‘playground dynamics’ en liedjes. Vrolijk mag ik graag zelf een lokaal hitje mee zingen, van tijd tot tijd. Eentje van Gradur bijvoorbeeld. ‘On est pas tout seul!’ (sic)
Tot ik de tijd neem, op een blauwe maandag, om te luisteren en na te lezen, wat er eigenlijk in dat nummer wordt gezegd. Mijn oren bloeden. Wat ik dacht dat een anthem was om een sfeer van verbondenheid te  creëren, verlaagt vrouwen tot. Ja, tot wat eigenlijk?
Ja, het is zover, ik ben officieel oud. Ik wil vormen van populaire muziek  censureren! Ik ben Tipper Gore geworden. (ja, u weet nog wel, Tipper Gore, de vrouw van de vroegere Amerikaanse  vice-president Al Gore en moeder van de ‘parental advisory’ stickers op cd’s)

Ik weet dat het van alle tijden is: jonge meisjes die dingen doen waar ze zich op het moment zelf, of veel later, helemaal niet prettig bij voelen. Verschil is nu wel dat er ergens een server staat te draaien waarin die beelden gebrand staan en die kunnen blijven opduiken als een nooit eindigende nachtmerrie. Dat zo’n filmpje viraal kan gaan.
Als een woordvoerster van een overheidsbedrijf er drie jaar over doet om een aangifte te doen, wat zou een jong meisje dan iets durven te beginnen tegen jongens die ze elke dag van het schooljaar nog tegen het lijf zal lopen?

Weten zij veel dat ze niet alleen zijn.

Deze meisjes tweeten niet. Ze hebben nog nooit van de hashtag #wijoverdrijvenniet gehoord, laat staan dat ze weten wie Willem Elias is. Weten zij veel dat ze niet alleen zijn. Dat waar we toelaten dat seksisme  woekert, er seksueel geweld aan het uiteinde bengelt. In talloze vormen. Dat alles verbonden is met elkaar. Ze weten niet, dat het niet hun schuld is. Het zijn vrouwen in de knop, meisjes van veertien. Met lijven die er vaak iets ouder uit zien, waar hormonen doorheen razen.

Wat gaan we er graag prat op dat er culturen zijn waar vrouwen het minder goed hebben dan “hier”, bij “ons”. Na de hoofddoek wordt in sommige scholen de lange rok geviseerd. Symbool voor de onderdrukking van de vrouw. We beperken jonge vrouwen in hoe ze zich kleden, maar slagen er niet in jonge meisjes te beschermen tegen de dingen die hen echt vernederen, in gevaar brengen…. Terwijl er tegelijkertijd lacherig wordt gedaan over vrouwen die op sociale media seksisme in al zijn vormen aankaarten.

Deze meisjes voelen dan instinctief wel aan dat er iets niet klopt, maar tegelijkertijd is dit de realiteit waarin zij opgroeien, waarmee ze  worden geconfronteerd, zodra ze hun huis verlaten. Het wordt, voor hen, de norm.

Ik weet ook dat ‘er meisjes zijn die denken dat een legging een volwaardige broek is.’  Ik ken de verhalen over meisjes “avec une sale réputation”, met een besmeurd blazoen. En ik weet ook dat meisjes onder elkaar echt vernietigend kunnen zijn.

Misschien nog meer dan over deze meisjes, maak ik me zorgen over de jongens in dit verhaal.

Het gaat mij niet over losbandige meisjes,  of jongens die zich als seksuele roofdieren gedragen. Misschien nog meer dan over deze meisjes, maak ik me zorgen over de jongens in dit verhaal. Die vaak zelf nog kinderen zijn, op zijn minst minderjarig. Wat voor man word je, als dit je eerste seksuele ervaringen zijn? Deze jongens worden op een dag allicht ook echtgenoten en vaders. Vaders van dochters. Het gaat over een aspect van straatcultuur, een dynamiek die vooral kwetsbare jongeren meezuigt in een negatieve spiraal.

Het is ook geen probleem dat zich beperkt tot onze hoofdstad of onze landsgrenzen. In een voorstad van Parijs zou een meisje vorige week zelfmoord hebben gepleegd omdat ze geplaagd werd met “sexy” foto’s die ze zelf had genomen.

Het kan alvast niet op hun “thuiscultuur” geschoven worden, want op deze school zitten er talloze nationaliteiten samen. Wat hen verbindt, is dat ze samen groot worden in deze stad. In deze samenleving. Waar wij met zijn allen de verantwoordelijkheid delen voor hun jonge levens.

Ik wil het met hen nog hebben over solidariteit onder vrouwen. Ik wil hen vertellen dat dit schema niet onvermijdelijk is, ik wil met hen praten over zelfrespect. Iets over seks en liefde en leuke jongens, die misschien niet zo hip zijn, maar wel lief. Maar voor ik een gedachte kan formuleren, zijn ze al bezig over iets anders.

Want het blijven tenslotte tienermeisjes….

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Coördinator van Vzw Toestand

    Bie Vancraeynest is coördinator van Vzw Toestand, een organisatie die leegstaande of vergeten gebouwen reactiveert tot tijdelijke en autonome socioculturele centra.

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.