Hooggeschoolde migranten op zoek naar werk

Slechts drie procent van alle nieuwkomers vindt een baan die overeenkomt met zijn of haar opleidingsniveau. Vluchtelingenorganisaties en tewerkstellingsdiensten slaan de handen in mekaar om daar verandering in te brengen.

  • Lieven Van Assche Elene Melikidze van Eminenta: 'Speelt je vreemde naam een rol of spelen andere dingen mee, zoals je buitenlandse diploma?' Lieven Van Assche

Vluchtelingen@work zoekt hoogopgeleide vluchtelingen voor begeleiding.’ Dat niet-alledaags zoekertje staat op de website van Vluchtelingenwerk Vlaanderen. ‘We willen hooggeschoolde niet-Europese vluchtelingen begeleiden in een succesvolle zoektocht naar een baan op hun niveau’, zegt Nan Valckx van Vluchtelingen@work. In 2010 besloot Vluchtelingenwerk Vlaanderen om actief in te spelen op de vaststelling dat hoogopgeleide nieuwkomers niet gemakkelijk een baan vinden, laat staan dat ze in hun eigen kennis- en ervaringsniveau aan de bak komen op de Belgische arbeidsmarkt. ‘Nochtans hebben die mensen vaak een brede werkervaring en stevige kenniscompetenties. We willen voorkomen dat die vaardigheden onbenut blijven voor de samenleving’, zegt Valckx, die er meteen ook de gloednieuwe brochure Het talent zit in de wachtkamer bijhaalt. Met die brochure wil Vluchtelingenwerk consulenten in tewerkstellingsdiensten informeren over het hindernissenparcours dat hooggeschoolden moeten doorlopen. De traditionele arbeidsbemiddeling is immers vooral op laaggeschoolde werklozen gericht, er gaat te weinig aandacht naar het probleem van onderwaardering van talent en buitenlandse kwalificaties.

Hooggeschoolde allochtonen, zowel nieuwkomers als “oudkomers”, doorlopen het dubbele van de wachttijd van autochtonen vooraleer ze een eerste job kunnen aanvatten, schrijft onderzoeker Steven Lenaers van de Universiteit Hasselt in zijn rapport Allochtoon Talent. Slechts drie procent van alle nieuwkomers vindt een job die overeenkomt met zijn of haar opleidingsniveau, stellen Antwerpse onderzoekers in een rapport voor de Staten-Generaal voor Inburgering en Integratie (2010).

Gemiste kansen dus, en daar zijn verschillende redenen voor. ‘Het grootste struikelblok is de taal’, zegt Valckx. De taalcursussen voor laag- en middengeschoolde nieuwkomers zijn gratis, maar de lessen op universitair niveau zijn dat niet. ‘Het zijn dure, intensieve taalmodules die een vluchteling zonder werk –en vaak nog in een asielprocedure– niet kan betalen.’

Een gat in je cv

Taal is lang niet het enige struikelblok waar hooggeschoolde vluchtelingen tegenaan lopen, ook tijd kan een hinderpaal vormen. Vluchtelingen laten bij het vertrek uit hun thuisland vaak alles noodgedwongen achter door oorlog, vervolging, geweld… Bij aankomst in België kunnen ze een asielprocedure opstarten, die in ons land lang –gemiddeld een jaar– duurt. Tijdens die periode hebben asielzoekers enkel recht op materiële hulp. Ze mogen pas na zes maanden een arbeidskaart C aanvragen. Een verblijfsdocument van beperkte duur verkleint de kansen op de arbeidsmarkt echter, zeker in tijden van economische crisis. ‘Vooraleer mensen echt klaar zijn om te werken, zitten veel vluchtelingen met een gat in hun cv’, aldus Valckx.

Een ander belangrijk knelpunt zijn de buitenlandse diploma’s, die vaak niet zijn afgestemd op onze arbeidsmarkt. Houders van een buitenlands diploma kunnen de gelijkschakeling ervan aanvragen, in Vlaanderen via het National Academic Recognition Centre (Naric).

‘Het is moeilijk om diploma’s te laten erkennen’, zegt de Kameroense Ben Chuba die bij het Antwerpse minderhedenforum De 8 het forum voor hooggeschoolde allochtone nieuwkomers oprichtte. Tegelijk weet hij dat sommige diploma’s nu eenmaal niet toe te passen zijn op de Belgische situatie. ‘Iemand die rechten heeft gestudeerd, kent het gewoonterecht uit zijn land, niet het Belgische. Zo zijn er nog beroepstakken uit bepaalde landen die het heel moeilijk hebben: landbouwingenieurs uit Afrika, politicologen, psychologen, artsen… In dat geval moet je dus bereid zijn om je bij te scholen, maar dat is lang niet zo evident voor veel mensen die al een gezin hebben en zo snel mogelijk werk willen.’

‘Bedrijven staan steeds meer open voor diversiteit maar vinden de mensen niet.’
Het diploma geeft een idee over de kenniscompetenties en het curriculum dat iemand doorliep. Wat nog moeilijker te bewijzen is, is werkervaring of eerder verworven competenties. Valckx: ‘Je kan bij een lasser bijvoorbeeld wel checken welke technieken hij beheerst, maar hoe meet je kenniscompetentie? Er bestaat geen waterdicht, eenvoudig instrument om dat te meten. Enkel voor de kennisbanen van sociaal vertalers en arbeidconsulenten worden ervaringsbewijzen uitgereikt. Ervaring is belangrijk, daarom zijn we pleitbezorger van stages, waarbij mensen op korte termijn kunnen kennismaken met de Belgische bedrijfscultuur en het werkritme.’

Cultuurverschillen matchen

De Georgische Elene Melikidze is economiste en bouwkundig ingenieur van opleiding. Vandaag werkt ze mee aan Eminenta, een centraal ondersteuningspunt in Gent waar hooggeschoolde werkzoekenden en werkgevers terechtkunnen. Melikidze is coach voor Randstad Diversity, in samenwerking met de stad Gent, de VDAB en Job & Co. Eminenta, dat zich zowel op nieuwkomers als oudkomers –migranten uit de tweede en derde generaties– richt, wil de match vinden tussen vraag en aanbod. ‘Ik herken veel problemen, maar het is zeker niet zo dat er vanuit werkgeverszijde geen wil is om hooggeschoolde allochtonen aan te werven. Discriminatie bestaat zeker, dat willen we zeker niet ontkennen, maar er is soms ook een verschil tussen perceptie en werkelijkheid. Speelt je vreemde naam een rol of spelen andere dingen mee, zoals een buitenlands diploma of een gebrek aan sollicitatievaardigheden? We merken echt dat bedrijven steeds meer openstaan voor diversiteit, juist omdat ze hun eigen klanten of richtpubliek zien diversifiëren. Alleen slagen ze er blijkbaar moeilijk in de mensen te vinden. Daar willen wij aan werken, door kandidaten voor te stellen, door “fijn te tunen” op de vragen, door te sensibiliseren… Bijvoorbeeld: moet echt aan alle profielvereisten voldaan zijn?’

Eminenta, dat in oktober van start is gegaan, mikt op honderd kandidaten om te begeleiden. ‘Bedoeling is dat we mensen, na een eerste interview, een pakket op maat kunnen meegeven’, zegt Tineke Cartreul van de stad Gent. ‘Dat kan evengoed een zijtraject zoals een taalopleiding zijn als een vormingspakket op maat, via groepsgerichte en individuele begeleiding hier.’

Eminenta wil, net zoals Vluchtelingen@work, hoogopgeleide nieuwkomers leren solliciteren en omgaan met cultuurverschillen op de werkvloer. Het maakt hen ook bewust van het belang van netwerken. ‘Netwerken kan en moet je leren’, zegt Cartreul. ‘Dat geldt niet alleen voor nieuwkomers, ook voor oudkomers. Netwerken alleen zijn uiteraard niet zaligmakend, maar het is wel uiterst belangrijk op lange termijn, ook om carrière te kunnen maken.’

‘Vluchtelingen hebben vaak een uitgebreid netwerk in hun land achtergelaten’, zegt Nan Valckx. ‘Hier beginnen ze helemaal vanaf nul. Ze hebben een klein netwerk, met nauwelijks mensen binnen hun eigen kennisniveau. Netwerken en netwerksites zoals LinkedIn zijn belangrijk om je zoektocht naar een gepaste job beter te focussen.’

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2770   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2770  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.