EU en VN binden strijd aan tegen woestijnvorming

De initiatiefnemers van ‘Action Against Desertification’ trekken 41 miljoen euro uit om duurzame landbouw en het herstel van verarmde landbouwgronden in Afrika, de Caraïben en de Pacifische staten te stimuleren. Volgens de FAO is het programma belangrijk om honger en armoede te bestrijden en stabiliteit te creëren in de staten waar de klimaatverandering het hardst toeslaat.

Conflicten

Meer dan 70 procent van de mensen die in zulke droge gebieden wonen, zijn afhankelijk van natuurlijke bronnen om te kunnen overleven. Door de bevolkingsgroei en de klimaatverandering staan de ecosystemen waarin zij leven steeds meer onder druk. Hierdoor versnelt de verwoestijning van de nu al verarmde landbouwgronden.

“Dit is een serieuze uitdaging”, waarschuwt FAO-directeur José Graziano da Silva. “Bovendien kan dit leiden tot honger en armoede, die op hun beurt de oorzaak vormen van vele conflicten.” Da Silva gelooft dat de voortdurende woestijnvorming geen onoverkomelijk probleem is. “Recente successen hebben aangetoond dat we zowel de problemen met de voedselvoorziening als de klimaatverandering met succes kunnen aanpakken.”

“Honger, armoede, klimaatverandering, ontbossing, verarmde gronden, woestijnvorming en het gebrek aan biodiversiteit zijn allemaal problemen die onderling zijn verbonden”, benadrukt secretaris-generaal Alhaji Mohammed Mumuni van de ACP-groep. “We hebben een geïntegreerde aanpak nodig voor het beheer van landbouwgebieden, en nieuw beleid, investeringen en capaciteit om deze uitdagingen aan te gaan.”

Grote Groene Muur

Het investeringsproject wil niet het wiel opnieuw uitvinden, maar bouwt voort op de successen die zijn geboekt met het “Grote Groene Muur-project” voor de Sahara en de Sahel. Dit project, dat in 2007 door de FAO en Afrikaanse overheden werd opgestart, moest de effecten van de klimaatverandering en de woestijnvorming in Afrika bestrijden.

Action Against Desertification zal de lokale bevolking en de landbouwers in Burkina Faso, Ethiopië, Gambia, Niger, Nigeria en Senegal blijven ondersteunen met initiatieven voor boslandbouw en duurzame productie van landbouwproducten. Hierdoor zullen meer banen voor jongeren en vrouwen in plattelandsgebieden worden gecreëerd. Ten slotte zullen landbouwscholen en kennisuitwisselingsprogramma’s hun steentje bijdragen om landbouwers op te leiden om duurzamer te werken.

In landen in de Pacific en het Caraïbische gebied kampen boeren met gelijksoortige problemen. Niet-duurzame landbouwpraktijken leiden ertoe dat akkers verarmen, waardoor de biodiversiteit vermindert. “Action Against Desertification” wil zich vooral concentreren op staten zoals Haïti en de Fiji-eilanden, waar de nood het hoogst is. Landbouwers kunnen daar lessen trekken uit de successen die zijn geboekt door het Afrikaanse “Grote Groene Muur-project”. Hierdoor wordt het project een uitstekend voorbeeld van samenwerking tussen landen in het Zuiden.

Het programma ontvangt gedeeltelijk steun van het Europese Ontwikkelingsfonds, dat 20 miljoen euro uittrok voor dit project. Andere grote partners zijn de Afrikaanse Unie, de Britse Koninklijke Tuinen van Kew en het Waalse Gewest.