Europese jeugd dikt zoetjes aan met frisdrank en snoep

‘De hoogste percentages zijn te vinden in Zuid-Europese en Mediterrane landen’, zegt Zsuzsanna Jakab, WHO-directeur voor Europa. ‘Wat in het bijzonder zorgen baart, is de groeiende problematiek in Oost-Europese landen, waar obesitas historisch gezien minder voorkwam.’ In 16 van de 27 onderzochte Europese landen nam obesitas toe tussen 2002 en 2014.

Jakab pleit voor ambitieuze actie om het Duurzame Ontwikkelingsdoel om obesitas een halt toe te roepen, te halen. ‘Regeringen moeten deze schadelijke cyclus van kind naar jongeren en daarna doorbreken.’

Dagelijks fruit

Gemiddeld is in Europa 4 procent van de jongeren obees, staat in het rapport. Oekraïne heeft het laagste aantal obese meisjes van 15 jaar oud: 0,7 procent. Macedonië heeft de hoogste score in een specifieke groep: 14 procent van de jongens van 11 jaar oud is obees. Gemiddeld genomen werden de laagste percentages volgens de WHO gevonden in Nederland en Noorwegen. Als ook overgewicht wordt meegeteld, is gemiddeld 19 procent van de jongeren in Europa te zwaar.

In 2014 at slechts 38 procent van de jongeren van 11, 13 en 15 jaar oud dagelijks fruit. Drie procent deed dat nooit. De dagelijks consumptie van frisdrank en snoep nam tussen 2002 en 2014 af, maar is volgens de WHO nog steeds te hoog. Bijna één op de vijf jongeren drinkt dagelijks frisdrank en één op de vier eet elke dag snoep.

Ziekten

Obesitas bij kinderen wordt gezien als een van de grootste gezondheidsrisico’s van de 21e eeuw. Kinderen met overgewicht lopen meer kans op diabetes type 2, astma, slaapproblemen en problemen met hun bewegingsapparaat. Ze lopen later in hun leven ook meer risico op het gebied van hart- en vaatziekten en hebben vaker te maken met absentie op school, psychologische problemen en sociale isolatie.

‘De meeste jongeren groeien er niet overheen. Vier van de vijf jongeren houdt als volwassene problemen met overgewicht.’

Joao Breda, programmamanager Voeding, Fysieke Activiteit en Obesitas bij het Europese bureau van de WHO, benadrukt dat overgewicht vaak langdurig invloed heeft op het leven van kinderen. ‘De meeste jongeren groeien er niet overheen. Vier van de vijf jongeren houdt als volwassene problemen met overgewicht. De chronische aard van obesitas kan de sociale mobiliteit beperken en houdt het probleem soms generaties lang in stand.’

Obesitas komt het vaakst voor bij jonge adolescenten, jongens en gezinnen met een lage economische status. Preventiebeleid moet zich volgens de WHO met name op deze groepen met een hoog risico richten.