“Pingen” om de Brusselse fietspaden te verbeteren

Vandaag (31 mei) hebben 540 fietsers, die vaak in Brussel fietsen, een “pinger” gekregen. Het apparaatje kun je overal aan vast maken en is via bluetooth verbonden met de applicatie Bike Citizens “Ping if You Care” dat geïnstalleerd wordt op een smartphone.

Bike Citizens is opgericht door een Oostenrijker en heeft als doel veilige fietswegen aan te bieden. De app bevat stadsplannen van steden over heel Europa. De fietser geeft aan waar hij of zij heen wil en de applicatie toont de meest fietsvriendelijke weg.

De Pinger is verbonden met de app, die aan de hand van GPS-locatie weet waar de fietser zich bevindt. Als er wordt gepingd door op de drukknop te duwen, onthoudt de app de locatie en kan de fietser na de rit aanvullen wat het probleem was, zoals een gat in de weg of een moeilijke oversteekplaats.

540 enthousiastelingen

Leen De Graeve is een van 540 mensen die de pinger hebben gekregen. ‘Ik doe mee omdat ik dagelijks levensgevaarlijke situaties zie zoals fietspaden die abrupt stoppen. Gelukkig zie ik elk jaar het aantal fietsers stijgen, wat me hoop geeft.’

‘De knelpunten zijn al in kaart gebracht, waarom dan nog dit project doen?’

Kwinten Lambrechts is ook blij met zijn Pinger, maar heeft toch zijn bedenkingen. ‘Politiek en infrastructuur gaan niet goed samen. Het Gewest en de negentien gemeenten discussiëren vaker dan dat er iets gedaan wordt.’

Ook de fietsersbond is gereserveerd. ‘Het is een goed idee mensen te betrekken, maar wij [de fietsersbond] hebben al, samen met CyCLO en andere fietsorganisaties, een kaart opgesteld met alle knelpunten voor fietsers in Brussel’, zegt Wiens Callens van de fietsersbond. ‘We hopen dat dit project dan eindelijk de pijnpunten zal aanpakken.’

Mobiel 21 wil de twee kaarten samenvoegen om een duidelijker beeld te hebben. ‘Zo hebben we input van de fietsers zelf en hun organisaties’, zegt Elke Franchois van Mobiel 21.

Bovendien brengt “Ping if you care” niet enkel de problemen in kaart. ‘Dankzij de app kunnen we de fietsers in Brussel ook beter leren kennen’, zegt Elke Franchois. ‘We zullen bijvoorbeeld kunnen zien wie de fietsers zijn: Brusselaars of eerder mensen die pendelen.’

Getest en goedgekeurd

Ik ben na het introductiemoment zelf de pinger gaan uittesten in Brussel. Mijn traject was redelijks simpel. Van het gemeenteplein van Molenbeek naar de Hallepoort, quasi altijd rechtdoor. En toch was het niet zo eenvoudig als gedacht.

De Pinger is heel gemakkelijk te verbinden met de smartphone. Het apparaatje komt aan mijn stuur, mijn gsm in mijn tas en hops, we zijn de baan op.

Na de brug ga ik rechtsaf op de Boulevard Barthélémy waar geen fietspad is en ik op dezelfde rijstrook als de auto’s moet. De auto’s kunnen me bovendien niet voorbijsteken want er is maar één rijbaan, dat maakt ze nogal zenuwachtig. Ping nummer één.

Ping, ping

Juist voor de kruising aan de Ninoofsepoort zijn er werken. Het eerste stuk daarvan fiets ik nog altijd samen met de auto’s op één rijvak. Ping twee.

Op de Boulevard Poincaré moet ik voorbij twee auto’s die op het fietspad geparkeerd staan, ik ping twee keer. De hele tijd fiets ik tussen de auto’s omdat er geen apart fietspad is. Ping, ping. Enkel aan de verkeerslichten is er op de grond het symbooltje van een fiets, dat me bevestigt dat ik geen fietspad heb gemist.

Wanneer ik Brussel-Zuid voorbij fiets ben ik blij dat de weg in twee wordt gesplitst: doorgaand- en plaatselijk verkeer. Er zijn minder auto’s op de weg, maar dat duurt niet lang. Al snel kom ik bij Hallepoort, mijn bestemming, aan.

Toch afstappen

Ik rijd de Hallepoortlaan op, maar wanneer ik op het kruispunt met de Fontainasstraat kom, weet ik niet hoe ik links kan afslaan. Ik ben twee rijvakken verwijderd van de strook waar ik moet zijn om naar links te kunnen. De auto’s zijn zelf druk bezig met van rijvak te verwisselen waardoor ze gefocust zijn op het niet botsen met andere voertuigen en dus niet aan fietsers zullen denken. Ik besluit af te stappen en de rest te voet te doen. De redactie is niet zo ver meer.

‘Aan de hand van de antwoorden weten we of infrastructuur of rijgedrag het grootste probleem is.’

Op de redactie aangekomen neem ik mijn smartphone en geef ik feedback op mijn rit. De applicatie is vlot en gemakkelijk te gebruiken. Het merendeel van de opmerkingen gaan over de infrastructuur van de wegen. Meer specifiek, het ontbreken van aparte fietspaden.

Aan de hand van de antwoorden wordt het voor de makers van de app duidelijk waar de problemen zich voornamelijk bevinden: infrastructuur of eerder het rijgedrag van de andere weggebruikers. ‘Zo kunnen we gerichter actie ondernemen’, zegt Elke Franchois.