Eindelijk akkoord na 60 jaar gewapend conflict in Colombia, maar echte vrede is er nog lang niet

Eindelijk is het dan zover, de onderhandelaars van de Colombiaanse regering en de rebellengroep FARC kondigden woensdagavond het officiële einde aan van zestig jaar gewapend conflict. Maar er wachten nog heel wat uitdagingen op de weg naar echte vrede, schrijft Wies Willems van Broederlijk Delen.

  • The Real Estreya (CC BY-NC 2.0) Pamplona, Colombia (1985) The Real Estreya (CC BY-NC 2.0)
  • Policía Nacional de los colombianos (CC BY-SA 2.0) Leden van de federale politie in Colombia Policía Nacional de los colombianos (CC BY-SA 2.0)

Met de officiële aankondiging van woensdag komt er een einde aan de gesprekken in Cuba, die bijna vier jaar duurden. Voordien waren er al deelakkoorden gesloten over verschillende thema’s die op de agenda van de onderhandelingen stonden. In juni bereikten de regering en de FARC een akkoord over wapenstilstand, het laatste grote onderdeel van de onderhandelingen. De Colombiaanse bevolking moet in een referendum (voorzien voor 2 oktober) de akkoorden wel nog goedkeuren.

Zonder grond, geen vrede

Broederlijk Delen is verheugd met deze historische stap. Maar zoals we al benadrukten in onze campagne Met een leven speel je niet, wachten er nog heel wat uitdagingen op de weg naar duurzame vrede. Effectieve inspraak voor lokale gemeenschappen over de ontwikkeling van het platteland is een cruciale voorwaarde om duurzame vrede te bereiken.

De grootste slachtoffers van het conflict hekelen het feit dat ze amper betrokken zijn geweest bij de vredesgesprekken.

Organisaties van inheemsen, Afro-Colombianen en boeren hekelen bijvoorbeeld het feit dat ze amper betrokken zijn geweest bij de vredesgesprekken. Zij zijn nochtans de grootste slachtoffers van het conflict. Hun gemeenschappen hebben niet alleen te lijden onder het geweld van gewapende groepen. Ze worden ook verdreven van hun gronden door bedrijven en paramilitaire groepen, die vaak actief zijn in opdracht van grootgrondbezitters en verantwoordelijk zijn voor het grootste deel van de mensenrechtenschendingen in het Colombiaanse conflict.

Het economische ontwikkelingsmodel, gebaseerd op de grootschalige ontginning en export van grondstoffen en landbouwproducten, is dan ook een ernstige bedreiging voor echte vrede. Voor mensenrechten- en milieuactivisten is Colombia bovendien nog steeds één van de gevaarlijkste landen ter wereld.

De rol van de EU-landen

De post-conflictfase belooft een lange en moeilijke weg te worden, die niet ophoudt bij het akkoord met de FARC. Ook de internationale gemeenschap draagt hierin verantwoordelijkheid.

Verschillende EU-landen (België niet) beloofden al financiële steun voor vredesopbouw in Colombia. Een goede zaak. Maar het is ook cruciaal dat de EU en België hun verantwoordelijkheid opnemen in de handels- en investeringsrelaties met het land. De activiteiten van onze bedrijven en de invoer van producten uit Colombia mogen niet gepaard gaan met conflict en mensenrechtenschendingen.

Een nauwgezette opvolging van de mensenrechtensituatie in het land, en een bindend regulerend kader voor bedrijven dat de rechten van lokale gemeenschappen en het milieu respecteert, zijn daarbij van fundamenteel belang. Broederlijk Delen zal deze punten onder de aandacht van beleidsmakers blijven brengen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.