De aanval op het internationaal stakingsrecht. De ILO in crisis, deel 4

Gezien de actie- en stakingsbeweging van de laatste weken in België, die ongetwijfeld nu reeds historisch kan worden genoemd, staan ook hier het stakingsrecht of minstens de modaliteiten ervan ter discussie.

  • Zwitserse bemiddeling, toen nog met uitzicht op een oplossing (02-09-2013), F. Maupain (ILO), R. Gonzalez (WN), L. Cortebeeck (vz WN), V. Berset-Bircher (Zw), amb. J-J. Elmiger (Zw), G. Ryder (DG ILO), G. de Robien (ex min. Fr), F. de Rioja (vz WG), R. Soarez (WG)

Stakingen zijn een laatste actiemiddel. Zo was het zeker nu. Als alle signalen, inbegrepen een betoging van 120 000 werknemers gewoon als ‘fait divers’ worden geklasseerd, dan restte de vakbonden geen andere keuze. Het was een enorme misschatting “even te wachten tot het vanzelf voorbij zou gaan”. Het type maatregelen, niet alleen financieel maar ook qua loopbaanplanning, arbeidsvoorwaarden en het feit dat er één groep voor opdraait vormden een mix die bij een groot deel van de bevolking niet kon passeren.

De steun voor de doelstellingen van de stakingen was heel groot (80%) en meer dan 50% van de bevolking (dat zal nog meer zijn bij de werknemers) begreep het stakingsmiddel. Dat zijn hoge cijfers, de historische stakingen in de negentiende en twintigste eeuw deden het niet beter. Stakingen werden nooit eenduidig gesteund. Maar maatregelen die ongelijkheid vergroten zijn niet alleen sociaal en ethisch onaanvaardbaar, en dus een basis van sociale onrust, de meeste spraakmakende economisten en de internationale instellingen, van de ILO over de Wereldbank, de OESO tot het IMF tonen aan dat ongelijkheid de economie schaadt.

Stakingen werden nooit eenduidig gesteund.

Het is geen toeval dat tijdens een economisch zwakke periode het stakingsrecht nationaal, Europees en internationaal onder druk staat.

Zogenaamde werkersbonden en nogal wat politici willen op een of andere wijze het stakingsrecht inperken ten voordele van het recht te werken. Daarbij vergeten beleids- en opiniemakers dat er zoiets is als het Europees Handvest waarbij het stakingsrecht juridisch is vastgelegd, dus ook geldend voor België, ook al is het stakingsrecht in ons land zelf niet wettelijk geregeld.

Sedert 50 à 60 jaar erkent de jurisprudentie van de ILO een internationaal stakingsrecht. De meeste democratische landen werken dat niet verder uit, het zijn uitgerekend de dictaturen die de werkstaking opnemen in hun wetgeving, om het recht te beperken, natuurlijk.

De geschiedenis van het internationaal stakingsrecht vind je vroeger in deze kleine reeks. Maar sedert 2012 hebben de werkgevers de aanval op het internationaal stakingsrecht ingezet. Het begon met een ‘motie van wantrouwen’ ten aanzien van de experts die jaarlijks rapporteren aan de ‘Commissie van de Normen’ die zich tijdens de jaarlijkse Internationale Arbeidsconferentie uitspreekt over 25 gekozen gevallen. Het gaat dan over 25 landen die een conventie van de ILO in de wet en of de praktijk niet respecteren. De werkgevers zegden hun vertrouwen op in de experts, deze zouden niet objectief zijn. Steen des aanstoots was hun interpretatie van het stakingsrecht. Sedertdien mag men zonder overdrijven stellen dat het controlesysteem van de ILO in crisis is. Niet alleen wordt het quasi onmogelijk nog gezamenlijke conclusies te bereiken over het niet respecteren van het stakingsrecht, het gaat ook over moederschapsbescherming, het einde van de loopbaan, de bescherming van inheemse volkeren…

Een nieuwe generatie werkgeversvertegenwoordigers diende zich aan, advocaten die werken in opdracht van Britse en Amerikaanse advocatenkantoren gespecialiseerd in het vermijden of uitsluiten van vakbonden. In de Verenigde Staten mogen we echt spreken over ‘union-bashing’. De aanduiding van deze mensen was een bewuste keuze van de werkgeversgroep, alhoewel een aantal werkgeversorganisaties stilaan spijt krijgt van deze strategie. Inmiddels berokkent ze veel schade.

De ILO zelf spaarde middelen noch moeite om de partijen bij elkaar te brengen. Ook vanuit de werknemersgroep doen wij er alles aan om uit dit conflict te komen, een dispuut dat enkel schadelijk is voor de werknemers. De ILO is opgericht om werknemers te beschermen.

In 2012 werden informele tripartite vergaderingen georganiseerd, zonder resultaat. De werkgevers weken niet van hun standpunt. De regeringen namen wel deel aan de besprekingen maar meenden dat het aan de sociale partners was eruit te geraken. Daarom besloot de Zwitserse regering in 2013 werkgevers en werknemers samen te brengen en in hun besprekingen te bemiddelen. De contouren van de problemen werden duidelijker, maar een oplossing kwam er niet.

Directeur-generaal Guy Ryder nam dan zelf initiatief. Hij baseerde zich terecht op de Grondwet, de Constitutie van de ILO zelf die zegt dat in geval van dispuut over de interpretatie van een conventie, ofwel een daartoe opgerichte interne rechtbank uitsluitsel moet geven of dat de zaak moet doorverwezen worden naar het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.

Globalisering zonder sociale regulering?

Aparte natiestaten en zelfs de Europese Unie krijgen het steeds moeilijker om die multinationals nieuwe stijl sociaal en fiscaal binnen de lijntjes te laten kleuren.

De werkgevers weigeren beide pistes. In een normale rechtsstaat gaat diegene die niet akkoord gaat met een bepaalde wet naar het Grondwettelijk Hof, dat weigeren de werkgevers te doen, bovendien blokkeren ze de anderen die recht willen zoeken bij het Hof. Tijdens de Raad van Bestuur van de ILO namen voor het eerste de regeringen actief deel aan het debat. De Europese en Latijns-Amerikaanse landen steunden samen met de werknemersgroep de verwijzing van het dispuut naar het Hof. De werkgevers bleven tegen en een aantal regeringen vooral uit Azië twijfelden. De Afrikaanse regeringen waren ronduit tegen, meerdere landen hebben om andere redenen schrik van Den Haag, vooral van het Internationaal Strafhof. Niet dat iemand uit is op een stemming, maar we zouden nipt de meerderheid niet gehaald hebben. De Raad van Bestuur eindigde in een crisissfeer.

In februari wordt het thema opnieuw besproken door een bijzondere representatieve vergadering van werkgevers, werknemers en regeringen. Zo zou de Raad van Bestuur van maart voorbereid worden. Inmiddels wordt opnieuw via informele contacten gezocht naar mogelijke uitwegen.

Het bizarre van dit verhaal is dat de spinnenwebben van de globale bevoorradingsketens, de zogenaamde supply-chains en de financiële netwerken die achter deze ondernemingen zitten, zich verspreiden over de gehele wereld. Aparte natiestaten en zelfs de Europese Unie krijgen het steeds moeilijker om die multinationals nieuwe stijl sociaal en fiscaal binnen de lijntjes te laten kleuren. De aanval op het stakingsrecht en de sociale conventies op wereldvlak tonen aan dat die economische netwerken geen sociale regulering dulden. De werknemers zijn voor een geglobaliseerde economie, maar dan wel sociaal gereguleerd. Hoe moeilijk men het ons ook maakt, daar blijven wij voor gaan in de hoop en de overtuiging dat we nog meer regeringen aan onze kant krijgen dan in november het geval was. (Einde reeks ‘De ILO in crisis’)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Werknemersvoorzitter en vice-voorzitter van de IAO

    Luc Cortebeeck is werknemersvoorzitter en vice-voorzitter van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO/ILO), voorzitter van Wereldsolidariteit en adjunct-voorzitter van het Internationaal Vakverbo

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.