Jean Pierre Ricot, PAPDA

Geen vooruitgang in Afrika zonder een sterke staat en een stevig georganiseerd middenveld. Maar wat weten we eigenlijk over de civiele organisaties in Afrika? MO* sprak de voorbije dagen met acht leiders van het Afrikaanse middenveld over de uitdagingen waar hun land mee te maken heeft, hoe zij de toekomst zien en welke rol Europa daarin kan spelen.

Wat is de belangrijkste uitdaging voor Haïti?

Jean Pierre Ricot (PAPDA): De uitdagingen in Haïti zijn tweevoudig. Enerzijds moet de politiek op een duurzame manier kunnen antwoorden op de vragen en noden van de bevolking na de aarbeving. Anderzijds is het belangrijk dat er middenveldorganisaties ontstaan die van onderuit de politieke, sociale en economische transformaties initiëren en sturen.

Wat zal de toekomst brengen voor Haïti?

Ik ben zeer optimistisch over de toekomst. Rondom mij zie ik vandaag een nooit geziene sociale dynamiek. De processen die zich nu voltrekken zullen uiteindelijk leiden tot betere sociale en democratische verworvenheden voor de Haïtianen.

Welke rol kan Europa spelen?

Voor de beving had de Europese Unie een veel prominentere rol in Haïti. Sinds de aardschok hebben de Amerikanen het heft in handen genomen. Zo is de leiding over de Tijdelijke Commissie voor de Reconstructie van Haïti (CIRH) in handen van Bill Clinton. Ons land werd als het ware een speelbal in het grote internationale spel. Bovendien maakt het niet uit of wij zelf hiermee akkoord gaan of niet, al lijdt Haïti wel onder de situatie.

Met het label ‘ACS’ (Afrika, het Caraïbisch gebied en de Stille Oceaan) duidt de Europese Unie een diverse groep landen aan die  een gemeenschappelijk verleden hebben als Europese kolonie. Vanaf het tijdperk van hun onafhankelijkheid tot vandaag sloot eerst de EEG en later de EU een aantal verdragen met deze groep, die de basislijnen vormen van de Europese ontwikkelingshulp aan deze landen. Ze verlenen de betrokken landen een aantal voordelen die partnerlanden in Zuid-Amerika of Azië niet hebben. Die akkoorden kwamen onder druk door de afspraken binnen de Wereldhandelsorganisatie die dergelijke discriminatie niet toestaan.
 
Het meest recente akkoord is dat van Cotonou. Dat verschilt van de voorgaande Lomé-akkoorden door de nadruk die gelegd wordt op het belang van het maatschappelijk middenveld voor de ontwikkeling van een land. Meer specifiek richt men zich op organisaties met politieke en maatschappelijke doelen die niet tot de overheid of de privé-sector behoren, zoals vrouwenrechtenorganisaties, milieuverenigingen, boerenbewegingen of ook vakbonden. Het verdrag van Cotonou werd getekend in 2000 en loopt nog tot 2020. Ondertussen zijn we al over de helft van deze termijn en is er nog geen nieuw samenwerkingsverdrag in de maak. Om daarover overleg te plegen, inviteerden de grote Europese Noord-Zuidbewegingen zoals 11.11.11 hun partners uit Afrika.
 
MO* maakte van de gelegenheid gebruik om bij middenveldleiders van verschillende Afrikaanse landen te polsen naar hun menig over de uitdagingen waar hun land mee te maken heeft, hoe zij de toekomst zien en welke rol Europa daarin kan spelen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.