De steeds hardere maatregelen van de door de Amerikanen geleide strijdmachten in de grotendeels soennitische al-Anabarprovincie ten westen van Bagdad, treffen de burgerbevolking meer dan ze het verzet verlammen. Het aantal sluipschutters van het verzet neemt alleen maar toe.

De Koerdische leiders in Irak krijgen het meer en meer aan de stok met de regering in Bagdad over de olievoorraden in het noorden van Irak. Het conflict zal waarschijnlijk nog verergeren als de Koerdische regering een oliewet voorlegt in het regionale parlement.

Geweld tussen soennieten, sjiieten en Koerden in het Iraakse stadje Baquba dreigt de hele provincie Diyala in vuur en vlam te zetten. Vertegenwoordigers van soennitische moslims beschuldigen het Amerikaanse en het Iraakse leger ervan de andere kant op te kijken bij willekeurige arrestaties van soennieten en de plundering van hun huizen.

Goed 71 procent van de Irakese bevolking wil alle troepen van de VS en hun bondgenoten binnen het jaar weg wil uit Irak. Dat blijkt uit een nieuwe opiniepeiling van een Amerikaanse universiteit. Vier op vijf respondenten denken dat het VS-leger in Irak “meer conflicten veroorzaakt dan voorkomt”.

Huiszoekingen door Amerikaanse en Iraakse veiligheidstroepen maken de Irakezen woedend. De veiligheidssituatie in Irak wordt er alleszins niet beter op.

De Amerikaanse troepen gebruiken collectieve strafmaatregelen tegen burgers in de Iraakse provincie al-Anbar. Ze proberen zo het verzet te breken. Dat zeggen inwoners en functionarissen uit steden in al-Anbar.

Door toenemend geweld lopen de spanningen tussen etnische groepen in de Noord-Iraakse stad Kirkuk op. In de media klinken geruchten over een burgeroorlog, met Kirkuk als startpunt. Maar de inwoners zelf geloven daar niet in.

De gesprekstoon in de straten van Bagdad is er een van verbondenheid met de Libanezen. Veel Irakezen zien gelijkenissen tussen de situatie van de Libanese burgers en hun eigen positie drie jaar geleden. Dat heeft al geleid tot enkele grote betogingen tegen de Israëlische aanvallen.

De sjiitische meerderheid in Irak begint hardop te dromen van een zuidelijke regio waar ze alles voor het zeggen heeft. Veel sjiieten zien daarin de enige uitweg uit het geweld dat Irak blijft verscheuren. Verzoening tussen de grote bevolkingsgroepen lijkt onhaalbaar.

De regering van de Amerikaanse president George W. Bush vermindert de uitgaven voor democratisering in Irak aanzienlijk. Een opmerkelijk zet, aangezien de president bij zijn tweede inaugurele rede, in januari, nog het belang van democratisering in het Midden-Oosten benadrukte.

Sinan Abdul-Ilah al-Mashadani, een student aan de universiteit van al-Mustansiriya University, werd eind vorige maand vermoord tijdens een militaire operatie in Fallujah. Volgens ooggetuigen is de executie het werk van elitetroepen getraind en uitgerust door het Amerikaanse leger.

Lokale journalisten zijn veel vaker slachtoffer van aanslagen dan westerse correspondenten in Irak. Vooral freelancers lopen risico’s, zegt Frank Smyth van het Committee to Protect Journalists in New York.