Dossier: 

De sociale voetafdruk van de EU

De EU is, mondiaal gezien, de kampioen van de sociale bescherming. Nergens elders ter wereld wordt zo’n groot deel van het inkomen aan sociale zekerheid besteed. Zijn we daarmee de sociale navel van de wereld? Het beeld is genuanceerder dan dat. Europa heeft op sociaal vlak van zijn pluimen verloren door de crisis. De EU zelf heeft weinig verdienste aan de sociale systemen; die zijn nationaal opgebouwd. Bovendien heeft de EU nooit echt geprobeerd het sociale ook te verankeren in de globalisering. Dat belet niet dat opkomende landen op een pragmatische manier wel willen leren van ons model.

‘De Europese lidstaten besteden twee keer zoveel aan sociale bescherming als andere rijke landen’, liet de Duitse minister van Financiën, Wolfgang Schäuble, zich onlangs op een Brussels ontbijtgesprek ontvallen. Zo’n vaart loopt het niet als je de cijfers van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de club van rijke landen, bekijkt.

Het klopt echter wel dat een aantal West-Europese staten – Scandinavië, België, Frankrijk, Nederland, Duitsland – een kwart van hun inkomen of meer besteden aan pensioenen, gezondheidszorg, werkloosheidsuitkeringen, kinderbijslag en dergelijke. Dat is vijf en soms tien procent meer dan andere rijke landen zoals Australië, Canada, de Verenigde Staten of Japan.

Dertig procent van het bnp van EU-lidstaten gaat naar sociale uitkeringen allerhande.

Volgens de statistieken van de Europese Unie zelf, gaat er zelfs 30 procent van het bruto nationaal inkomen van lidstaten naar sociale uitkeringen allerhande. Bovendien zijn de Europese systemen universeler van aard: toegankelijk voor bijna iedereen, terwijl bijvoorbeeld het Amerikaanse gezondheidssysteem -  zolang de invoering van Obama’s hervorming geen feit is - toch miljoenen mensen uitsluit. Dat heeft tot gevolg dat de ongelijkheid en de armoede in de meeste Europese landen kleiner zijn dan in andere rijke landen.

Ga je ook ontwikkelingslanden in de vergelijking betrekken, dan zie je dat de formele sociale zekerheidssystemen daar nog veel zwakker zijn. China besteedt drie procent van zijn inkomen aan gezondheidszorg, India 1,2 procent. Veel rijke landen besteden er meer dan tien procent aan. Ook de uitgaven voor onderwijs – die andere basisinvestering in mensen – liggen in de EU veel hoger.

CC The Lisbon Council

Europees Commissaris voor sociale zaken, Laszlo Andor. Binnen de Commissie is sociale zaken nooit een sterk directoraat geweest

Smetten op het blazoen

Europa als sociale navel van de wereld dan? Het ligt genuanceerder. Zo valt op dat de recenter toegetreden lidstaten een kleiner deel – doorgaans tussen de vijftien en twintig procent van hun inkomen – besteden aan sociale bescherming. Bovendien zijn de systemen in de oude lidstaten veel royaler. In België wordt per hoofd van de bevolking haast 9000 euro per jaar aan sociale bescherming uitgekeerd, in Bulgarije 714 euro.

Die sociale bescherming is niet de verdienste van de EU; het gaat om nationale systemen die elk land op zijn manier heeft opgebouwd. Dikwijls ontstaat zelfs de indruk dat de sociale systemen bestaan ondanks de EU. Dat met name de Europese eenheidsmarkt de sociale systemen van de lidstaten tegen elkaar uitspeelt.

De financiële crisis heeft blootgelegd dat de solidariteit tussen de EU lidstaten relatief beperkt is.

Toch bleek het tot de financiële crisis zo dat nieuwe lidstaten na verloop van tijd toegroeiden naar de historische kern van de EU, in de zin dat ook nieuwe lidstaten meer gingen uitgeven aan sociale bescherming. De crisis heeft die tendens brutaal omgekeerd, waarbij vooral de zuidelijke eurolanden de voorbije jaren dramatisch hebben gesneden in de sociale voorzieningen.

Bovendien heeft de financiële crisis blootgelegd dat de solidariteit tussen de lidstaten relatief beperkt is. Sociale systemen zijn dikwijls geen loutere verzekeringssystemen maar bevatten een graad van solidariteit waarbij de hogere inkomens de lagere inkomens bijstaan.

Dat soort solidariteit is tussen sterke en zwakke lidstaten beperkt, zo heeft de crisis blootgelegd. Dat verklaart mede waarom de ongelijkheid op continentale schaal bekeken in de EU groter is dan in de VS. Het verschil tussen Bulgarije en België is groter dan het verschil tussen arme en rijke deelstaten in de VS.

Geen structurele aanpak

De voormalige ACV-voorzitter Luc Cortebeeck, die sinds enkele jaren de werknemersgroep leidt in de Bestuursraad van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), meent dat ‘het natuurlijke gezag van de EU op sociaal gebied is aangetast door wat er tijdens de eurocrisis is gebeurd. De EU is steeds minder een model voor de rest van de wereld.’

De Europese Unie heeft alvast nooit echt geprobeerd om haar sociale model te verankeren in de globalisering door het te beschermen tegen de ergste vormen van sociale dumping en concurrentie op basis van uitbuiting. Pogingen om de vijf minimumnormen van de IAO (verbod op kinderarbeid, dwangarbeid en discriminatie; vrijheid van vereniging en collectief onderhandelen) te doen respecteren door alle leden van de Wereldhandelsorganisatie werden maar halfhartig gesteund door de Europese Unie, zo ontdekte Jan Orbie, professor internationale relaties aan de UGent. ‘Toen de kwestie vanaf halverwege de jaren tachtig op tafel kwam, waren lidstaten als België en Frankrijk daar wel voor maar Duitsland en het Verenigd Koninkrijk waren er tegen gekant’, zegt Orbie.

De EU probeert de vijf basisakkoorden van de IAO nu op te nemen in de bilaterale handelsverdragen, zegt Luc Cortebeeck. ‘Europees Commissaris Karel De Gucht heeft me dat onlangs nog bevestigd maar hoe sterk is dat instrument? En wat zijn de sanctioneringsmogelijkheden? ’ Zo is de vrijheid van vereniging – vakbondsvrijheid onder meer - een van de meeste fundamentele IAO-normen en die wordt in China niet echt gerespecteerd. Nochtans is China de belangrijkste handelspartner van de EU.

Professor Jan Orbie (zie foto) vindt dat de EU in deze veel te defensief is: ‘De EU pakt zelden uit met haar sociaal model in de rest van de wereld. Ik heb de indruk dat de EU op dit vlak minder zelfvertrouwen heeft dan pakweg tien, vijftien jaar geleden. Enerzijds omdat de kritiek van neo-kolonialisme in ontwikkelingslanden meer wind in de zeilen gekregen heeft door de opkomst van nieuwe donoren zoals China. Anderzijds omdat de EU sinds halfweg de jaren 2000 meer centrumrechts is geworden en als reactie op de crisis zijn welvaartsstaten afbouwt.’

‘Men onderschat hoezeer dit knaagt aan de impact van de EU in de wereld. Belangrijker dan een defensiemacht ontwikkelen of een nieuwe instelling als de Europese Dienst voor Extern Optreden oprichten, is een intern beleid voeren dat als een model gezien wordt en een zekere aantrekkingskracht heeft in de rest van de wereld. In die zin werkt het soberheidsbeleid van de EU averechts voor Europa’s internationale invloed.’

Professor Orbie vindt dat de EU te defensief is: ‘Belangrijker dan een defensiemacht ontwikkelen of een nieuwe instelling oprichten is een intern beleid voeren dat als een model gezien wordt en een zekere aantrekkingskracht heeft in de rest van de wereld.’

Wel leren van de EU

Dat belet niet dat landen nog geregeld aankloppen bij Europese lidstaten om te leren van de Europese welvaartstaat. Ive Marx, professor sociaal beleid aan de Universiteit Antwerpen, werd een tijd geleden in China uitgenodigd op een conferentie over sociale bijstand.

‘Het ging over hoe men mensen wiens inkomen onder een bepaalde drempel zakt,  kan bijstaan’, zegt Marx. ‘Een bijzonder lucide partijlid stelde me daarover zeer gerichte vragen. Werkten we met een middelentoets? Wat vraag je in ruil van diegene die de bijstandsuitkering ontvangt?’

Marx bevestigt dat er in Azië verschillende landen werken aan de uitbouw van sociale beschermingssystemen. ‘Ze doen dat elk op hun manier. China werkt meer vanuit de staat. In Zuid-Korea spelen de bedrijven en vakbonden een veel grotere rol en is er daardoor een sterke link tussen je sociale statuut en je positie op de arbeidsmarkt.’

Marx ziet daarbij wel interesse in het Europese model, maar ‘zonder dat ze dat als het ideaal zien. Ze kijken niet meer met een open mond naar ons op. Ze willen wel leren van ons: goede elementen overnemen zonder te denken dat ons model een panacee is. Ze zoeken eigen oplossingen zoals die voorwaardelijke kinderbijslag die de Brazilianen met veel succes invoerden: je krijgt kinderbijslag op voorwaarde dat je kinderen naar school gaan.’

Wiens brood men eet

Marx plaatst een en ander in een veranderde tijdsgeest die erkent dat economieën ook goed kunnen functioneren met een sterke sociale zekerheid. Marx: ‘Je ziet die trendbreuk ook in een instituut als de OESO: de neoliberale lijn van zo weinig mogelijk regulering op de arbeidsmarkt is doorbroken. Men is nu opnieuw voor minimumlonen en collectief onderhandelen. Men erkent dat de welvaartstaten een rol hebben gespeeld bij het opvangen van de crisis.’

Ook Cortebeeck stelt vast dat een land als China geïnteresseerd blijft om bij te leren over bepaalde specifieke aspecten van ons sociaal model. Cortebeeck: ‘Dan vragen ze of ze nog eens in België, Duitsland, Frankrijk of Zweden mogen komen kijken hoe wij dat doen. Latijns-Amerika werkt eveneens aan klassieke sociale modellen. Traditioneel keken ze daarbij naar de EU. Dat is nu toch minder het geval. Ze gaan nu sneller de IAO als richtsnoer gebruiken. Dat heeft ook te maken met emancipatie: men gaat niet zomaar naar de EU opkijken. Vroeger kwam er ook veel geld uit Spanje. De crisis heeft dat veranderd, en zoiets heeft uiteraard ook gevolgen voor de invloed die je kan uitoefenen. Wiens brood men eet, diens woord men spreekt.’

Morgen in deel 2: De sociale voetafdruk van Europa in de wereld hangt niet enkel af van hoe het intern solidariteit organiseert, maar ook van hoe het zich opstelt tegenover dat deel van de mensheid dat in grote armoede leeft. Dat is dan het klassieke ontwikkelingsdebat.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.