Honduras op Bolivariaanse toer
24 september 2008
De Hondurese president Manuel Zelaya ondertekende op 25 augustus een verklaring om lid te worden van het Bolivariaans Alternatief voor de Amerika’s (ALBA), een linkse alliantie onder leiding van Venezuela. Het lidmaatschap gaat pas in wanneer ook het Hondurese parlement zijn goedkeuring geeft, maar dat staat veeleer weigerachtig tegenover het initiatief.
‘180 jaar onafhankelijkheid heeft een proletarische massa gecreëerd’, zegt Zelaya. ‘We hebben nieuwe alternatieven nodig, gebaseerd op solidariteit en waardigheid.’ Die mogelijkheden hoopt Zelaya te vinden bij het anti-imperialistische ALBA, dat in 2004 door Cuba en Venezuela is opgericht en zich zowel op gezondheidszorg, cultuur en onderwijs richt als op pure economische samenwerking. Ook Bolivia, Nicaragua en het kleine eilandstaatje Dominica sloten zich aan. Met Honduras erbij zal het ALBA zes landen tellen.
Dat de liberale president Zelaya wil toetreden tot het ALBA is een verrassing. Als pragmatisch politicus ijvert hij zowel voor vrijhandelsakkoorden als voor alternatieve samenwerkingsverbanden, zolang Honduras er maar voordeel bij heeft. In eigen land en zelfs binnen zijn eigen partij kan Zelaya’s toenadering tot het ALBA evenwel niet op veel steun rekenen. ‘Niemand weet exact wat het ALBA inhoudt en welke voordelen Honduras eruit zou kunnen halen’, meent liberaal parlementslid Ricardo Rodriguez.
Politici en ondernemers vrezen voor slechtere relaties met de Verenigde Staten als Honduras scheep gaat met Hugo Chávez, die vaak overhoop ligt met Washington. Voor Honduras zijn de Verenigde Staten de belangrijkste handelspartner, goed voor 38 percent van de uitvoer en tal van investeringen. Voor Robert Armstrong, Amerikaans handelsattaché in Honduras, is het geen probleem dat Honduras aansluiting zoekt bij het ALBA, zolang het vrijhandelsakkoord met de Verenigde Staten maar gerespecteerd wordt.
Naar ALBA-leden voert Honduras minder dan een honderdste uit van de export naar de Verenigde Staten. ‘Venezuela heeft geen aantrekkelijke markt voor Hondurese producten als bananen, koffie, garnalen, meloenen en textiel’, vindt Óscar Galeano, ondervoorzitter van de Hondurese werkgeversorganisatie Cohep. Voor hem is het ALBA een politiek samenwerkingverband met goede intenties maar zonder concrete inhoud. Bij het ALBA worden de samenwerkingsakkoorden pas na aansluiting uitgewerkt, en die vaagheid werkt het wantrouwen in de hand. (ws)