'Afrika kan zich geen mislukt Soedan permitteren'

Mary Robinson en Martti Ahtisaari over het conflict tussen Soedan en Zuid-Soedan

De naweeën van de geboorte van Zuid-Soedan zijn erg pijnlijk, zowel voor de bevolking van het éénjarige land als voor Soedan. De Afrikaanse Unie en de Verenigde Naties willen dat de conflicten tegen 2 augustus opgelost zijn. MO* sprak daarover met Mary Robinson en Martti Ahtisaari, twee ex-presidenten met een informele diplomatieke opdracht, die pas terugwaren van een bezoek aan Zuid-Soedan.

  • The Elders/Adriane Ohanesian Mary Robinson, Martti Ahtisaari en Desmond Tutu op bezoek in het Yusuf Batil vluchtelingenkamp in Zuid-Soedan. The Elders/Adriane Ohanesian
  • The Elders/Adriane Ohanesian Mary Robinson op bezoek in het Yusuf Batil vluchtelingenkamp in Zuid-Soedan. The Elders/Adriane Ohanesian
  • The Elders/Adriane Ohanesian Martti Ahtisaari op bezoek in het Yusuf Batil vluchtelingenkamp in Zuid-Soedan. The Elders/Adriane Ohanesian

Vrijdag 20 juli dreigde de gesprekken tussen de twee Soedans opgeblazen te worden door Zuid-Soedan, dat Soedan beschuldigde van bombardementen op zijn grondgebied. AU-onderhandelaar Thabo Mbeki slaagde erin de partijen toch aan de tafel te houden, om een kleine kans op succes tegen 2 augustus te behouden. Die deadline zit vervat in Resolutie 2046 van de VN Veiligheidsraad. Er wordt nu uitgekeken naar een mogelijke tweede ontmoeting van de twee presidenten.

Kort voor die nieuwe incidenten, bezochten Mary Robinson en Martti Ahtisaari Brussel. Ze waren kort daarvoor in Zuid-Soedan als leden van The Elders, een informele club van tien gezaghebbende ex-presidenten, Nobelprijswinnaars en topdiplomaten die in 2007 van initiatiefnemer Nelson Mandela de opdracht kregen ‘vredesopbouw te ondersteunen, antwoorden te zoeken op de voornaamste oorzaken van menselijk lijden en de gedeelde belangen van de mensheid te promoten.’

Robinson is ex-presidente van Ierland en voormalig VN Hoog Commissaris voor de Mensenrechten, Ahtisaari is ex-president van Finland en kreeg in 2008 de Nobelprijs voor Vrede omwille van zijn cruciale bijdrage tot vrede in Atjeh, Kosovo en Noord-Ierland. Ook Nobelprijswinnaar Desmond Tutu, voorzitter van The Elders, was van de partij in Zuid-Soedan. Ze spraken daar onder andere met president Salva Kiir.

Het bezoek aan Zuid-Soedan was het tweede luik van een poging van The Elders om de conflict tussen de twee Soedans te deblokkeren. Eind mei bezochten Jimmy Carter en Lakhdar Brahimi de Soedanese hoofdstad Karthoem, waar ze onder andere een gesprek hadden met president Omar al-Bashir.

Mary Robinson: We hebben gezien dat de situatie in zowel Soedan als Zuid-Soedan opmerkelijk verslechterd is sinds de onafhankelijkheid van Zuid-Soedan. Er zijn militaire confrontaties geweest, interne conflicten zorgen voor vluchtelingenstromen over de grenzen heen, de olieproductie van Zuid-Soedan werd stopgezet met negatieve gevolgen voor beide landen… Daarom hebben we aan de Soedanse president al-Bashir gevraagd om de wapens het zwijgen op te leggen en humanitaire toegang te verzekeren tot conflictgebieden zoals de Blauwe Nijl en Zuid-Kordofan.

Toen onze delegatie in Juba aankwam, hebben we een lang en intens gesprek gehad met president Salva Kiir, waarin we heel sterk de nadruk gelegd hebben op het oorspronkelijke engagement om twee leefbare naties op te bouwen die in vrede met elkaar zouden leven. Daarom is het op de eerste plaats belangrijk dat alle vijandelijkheden gestaakt worden én dat de olieproductie hervat zou worden, want beide landen zijn afhankelijk van die inkomsten om hun sociaal beleid te kunnen realiseren.

Het African Union High Level Implementation Panel gaf landen op 2 mei nog drie maanden voor het oplossen van hun onderlinge problemen. Die 2de augustus zal er snel zijn.

Martti Ahtisaari: De kansen op vooruitgang zijn vandaag betrekkelijk goed, nadat de twee presidenten eindelijk rechtstreeks met elkaar gesproken hebben. Maar het is duidelijk dat nieuwe naties altijd moeilijkheden hebben bij hun ontstaan. Ze beschikken zelden over een capabele administratie en om het staatsapparaat op te bouwen zijn niet alleen de medestanders van de meerderheid nodig, maar ook het talent dat in de oppositie zit.

De EU heeft tot nu een positieve rol gespeeld in Zuid-Soedan door humanitaire steun te geven en we hopen dat er zo snel mogelijk ook ontwikkelingssteun komt, waarbij volgens mij onderwijs en infrastructuur vooraan staan. Die infrastructuur zou ook de ontwikkeling van de landbouw en de handel met Soedan vergemakkelijken.

Soedan en Zuid-Soedan zijn in feite siamese tweelingen: ze zijn voor hun overleven van elkaar afhankelijk. Dat beseften ze misschien een jaar geleden nog niet, nu zeker wel.

U klink bijna optimistisch, terwijl u toch ook geconfronteerd werd met de enorme miserie van de vluchtelingenkampen?

Martti Ahtisaari: De vluchtelingen zijn het resultaat van het geweld dat nog steeds aanwezig is. Daarom moet er zo snel mogelijk een einde komen aan de gevechten. De rol van beide presidenten is daarbij cruciaal.

Mary Robinson: Tijdens gesprekken met Thabo Mbeki, die voor de Afrikaanse Unie bemiddelt tussen de twee Soedans, leerden we dat gesprekken nergens naartoe gingen totdat de twee presidenten met elkaar spraken. Er moet nog heel veel onderlinge achterdocht weggewerkt worden, maar gelukkig spreken de AU, de VN Veiligheidsraad en alle gezanten van de buurlanden met één stem.

Naast de politieke afspraken die tegen 2 augustus tussen de landen gemaakt moeten worden, groeit echter de bezorgdheid over de humanitaire situatie, en dat niet alleen in de vluchtelingenkampen. Op dit moment zorgt de VN Voedselorganisatie voor het voedsel van een miljoen Zuid-Soedanezen, maar als er geen ommekeer komt, zal dat in de komende hongermaanden oplopen tot 4,7 miljoen mensen. Als gevolg van de economische consequenties van het stopzetten van de olieproductie stegen de voedselprijzen in de grensregio’s met 200 procent.

Er zijn hardnekkige geruchten dat beide regeringen steun verlenen aan rebellenbewegingen aan de andere kant van de grens. Hebt u daarover gesproken met de twee presidenten?

Mary Robinson: Jimmy Carter en Lakhdar Brahimi pleitten er bij president al-Bashir voor om het vechten te stoppen en Desmond Tutu hield een passioneel pleidooi bij president Kiir om zijn verantwoordelijkheid te nemen. Natuurlijk geeft Zuid-Soedan niet toe dat het de rebellenbeweging SPLM in de Blauwe Nijl en Zuid-Kordofan steunt, maar wij hebben toch het gevoel dat president Kiir een belangrijke rol zou kunnen spelen in het beëindigen van die gewapende strijd. Er zijn ook aanwijzingen dat het noorden de onrust in het zuiden aanstookt. Dat soort zaken moet zo snel mogelijk ophouden.

‘Zeventig procent van alle kinderen in Zuid-Soedan heeft nooit een klaslokaal van binnen gezien. Er is dus geen ruimte voor politieke spelletjes.’

 

Maar vooruitgang in het ene dossier mag geen voorwaarde worden om in het andere dossier iets te doen, ook al hangen geweld, humanitaire zorgen, ontwikkelingsuitdagingen en politieke stabiliteit wel samen.

Martti Ahtisaari: Ik heb het gevoel dat dit conflict oplosbaar is. Iedereen heeft er toch belang bij dat er vrede is, dat de olie opgehaald wordt en via pijpleidingen vervoerd wordt, dat er economische ontwikkeling komt? Beide landen staan toch achter het principe dat ze zich niet moeien met de politiek in het andere land? Vrede zou het overigens veel makkelijker maken om internationale donoren te overtuigen hun middelen in Soedan en Zuid-Soedan te investeren.

Volgens mij voelen beide landen en dus ook beide presidenten zich op hun plaats gezet door de onverwacht grote economische gevolgen van hun politieke opbod tegen elkaar. Dat creëert een stimulerende achtergrond voor nieuwe gesprekken.

Wat moet er -buiten het heropstarten van de olieproductie- nog gebeuren om Zuid-Soedan economisch op de been te helpen?

Martti Ahtisaari: Investeren in de landbouw. Zuid-Soedan is een vruchtbaar land met groot landbouwpotentieel. Daarnaast moet er op korte termijn een oplossing komen voor de tienduizenden jongeren voor wie oorlog een inkomen betekende. Infrastructuurwerken zijn daarvoor uitstekend, omdat je geen lange vooropleiding nodig hebt om mensen in te schakelen in wegenbouw bijvoorbeeld. En dan is er natuurlijk het onderwijs. Kinderen die uit de vluchtelingenkampen komen, moeten naar de school. Dat is voor de toekomst het allerbelangrijkste.

Mary Robinson: Unicef vertelde ons dat zeventig procent van alle kinderen in Zuid-Soedan nooit een klaslokaal van binnen gezien had. Dat is een oud probleem dat sinds de onafhankelijkheid zichtbaar geworden is, vroeger was het verborgen in de nationale statistieken van Soedan. Zuid-Soedan bengelt onderaan voor bijna alle sociale indicatoren. Er is dus geen ruimte voor politieke spelletjes.

Martti Ahtisaari: Een van de positieve ervaringen van ons bezoek was de ontmoeting met de raad van religieuze leiders, die bereid waren om in beide landen een constructieve rol te spelen.

Is het conflict tussen noord en zuid een religieus gemotiveerd conflict? En indien niet, hoe kunnen religieuze leiders dan een rol spelen in het oplossen ervan?

Martti Ahtisaari: Alleen al het feit dat christelijke en islamitische leiders een raad opstarten en zich samen achter grensoverschrijdende vredesinspanningen zetten, is een positief feit. Het is belangrijk dat zij zich niet laten gebruiken door politieke leiders om polarisering te creëren -en om te beseffen dat zulke zaken wel degelijk gebeuren, hoef je niet verder te kijken dan de recente geschiedenis van Europa.

Mary Robinson: Ook tijdens onze ontmoeting met de vrouwenorganisaties van Zuid-Soedan klonk de behoefte aan een grensoverschrijdende koepel, een uitwisseling tussen vrouwen uit noord en zuid.

Welke impact heeft de huidige destabilisering van de Sahelregio en de blijvende instabiliteit van Centraal-Afrika op de vredeskansen in de Soedans?

Martti Ahtisaari: Er is niet alleen instabiliteit in de regio, er is ook engagement tegenover de situatie in Soedan en Zuid-Soedan, dat konden we duidelijk vaststelling bijvoorbeeld in het gesprek dat we hadden met de Ethiopische vicepremier. En je kan het ook omkeren: als we er met z’n allen in slagen succes te boeken in Zuid-Soedan, dan geeft dat een belangrijke, stabiliserende impuls voor de rest van de regio.

Mary Robinson: We hebben ook vastgesteld dat er groeiende Zuid-Zuidsteun is voor Zuid-Soedan, bijvoorbeeld vanuit Ethiopië, Oeganda en Kenia. Deze drie landen detacheerden elk 200 ambtenaren naar de Zuid-Soedanse overheidsadministratie, terwijl zij wel de lonen blijven betalen. Dat geeft meteen aan dat de buurlanden zeer goed beseffen hoe cruciaal het voor iedereen is dat op die enorme landmassa van de twee Soedans twee functionerende staten liggen die in vrede met elkaar leven.

Wat is de toegevoegde waarde van een informeel initiatief als The Elders, wanneer de AU en de VN al zo sterk investeren in dialoog en onderhandelingen?

Mary Robinson: Wij zijn onafhankelijk en praten dus met idereen, inclusief met de Soedanese president al-Bashir. Dat is voor andere vertegenwoordigers moeilijk of onmogelijk omwille van zijn dagvaarding voor het Internationaal Strafhof in De Haag. The Elders krijgen toegang tot de mensen die ertoe doet. Het gesprek met president Kiir heeft hem misschien wel geïnspireerd om bij de eerste verjaardag van de onafhankelijkheid de hand te reiken aan Soedan, en intussen hebben de presidenten elkaar ontmoet. Op dat momentum kan nu verdergebouwd worden.

Martti Ahtisaari: Ik ben twee jaar na de start uitgenodigd om lid te worden van de groep. Wij kunnen inderdaad zowat iedereen in de wereld bereiken, dankzij het prestige van de groep en haar leden, maar we brengen ook een enorme breedte aan ervaringen en inzichten aan. Als we met politieke leiders spreken, doen we dat vanuit onze eigen ervaring. Onze rol is altijd om leiders te steunen en te motiveren, maar ook om anderen -met een duidelijk mandaat- te ondersteunen. Ons werk rond de Soedans staat ten dienste van wat er vanuit de Afrikaanse Unie gedaan wordt. We willen zeker niet bijdragen tot situaties waarbij allerlei onderhandelaars, bemiddelaars en raadgevers elkaar voor de voeten gaan lopen.

Het feit dat u beiden ex-president bent, maakt het makkelijker om met presidenten-in-functie te praten?

Martti Ahtisaari: Ik denk wel dat onze eigen ervaringen als beleidsverantwoordelijken met conflicten meer gezag verlenen aan wat we vertellen. Wij presenteren ons als echte vrienden van de machthebbers, en echte vrienden vertellen je niet enkel wat je wilt horen, maar ook wat je moet horen. Dat hebben we bij president Kiir dan ook gedaan.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.