Alweer en recordjaar voor lobbyisten in Washington

Voor elke dag dat het Amerikaanse Congres in 2007 zitting had, gaven lobbyisten 17 miljoen dollar uit om het beslissingsproces te beïnvloeden. Dat zegt het Center for Responsive Politics (CRP), een instituut dat de invloed van financiële macht onderzoekt op het politieke bedrijf in Washington.

De cijfers geven een hele nieuwe betekenis aan het oude gezegde dat de democratie in de VS ‘de beste is die je voor geld kan kopen’. Bedrijven, vakbonden, regeringen en andere belangengroepen gaven in 2007 2,79 miljard uit om het beleid te beïnvloeden. Dat is 200 miljoen dollar en 7,7 procent meer dan in 2006. Sinds het einde van de jaren negentig groeit de sector met gemiddeld 8 procent per jaar.

“Net nu onze economie misschien in een recessie terechtkomt, is de lobbysector groter dan ooit”, zegt CRP-directrice Sheila Krumholz. “Lobbyen lijkt niet erg conjunctuurgevoelig. Sommige belangengroepen worden zelfs actiever als de economie slabakt.”

Ook dit jaar hebben lobbyisten hun slag kunnen thuishalen. De grootste lerarenvakbond slaagde erin de verlenging tegen te houden van het programma “No Child Left Behind” dat president Bush in 2001 introduceerde. Blackstone Group en andere privé-investeerders slaagden erin een voorstellen af te weren om hun winsten zwaarder te belasten. Zowel de vakbond als Blackstone voerden daarvoor hun lobbyuitgaven op met meer dan 400 procent.

Return on investment

“Het is soms moeilijk in te schatten of de lobbyisten hun geld waard zijn”, zegt CRP-woordvoerster Massie Ritch. Bij de toekenning van overheidscontracten kan het resultaat soms astronomisch zijn. Soms volstaat 100.000 dollar aan lobbygeld om een contract van miljoenen dollars in de wacht te slepen.

De gezondheidssector was in 2007 de beste klant, met een totaal van 444,7 miljoen dollar investeringen voor lobbywerk bij de federale overheid. De sector van de banken, verzekeringen en vastgoed kwam op de tweede plaats met 418,7 miljoen dollar.

Per specifieke industrietak voeren de geneesmiddelenfabrikanten de lijst aan met 227 miljoen lobbydollars, een kwart meer dan in 2006. In de voorbije tien jaar gaf de farmaceutische sector in Washington 1,3 miljard dollar uit. Op de tweede plaats komen verzekeringsfirma’s met 138 miljoen dollar, gevolgd door de fabrikanten van elektronica, computer- en internetbedrijven en ziekenhuizen.

De Amerikaanse Kamer van Koophandel was in 2007 de grootste individuele investeerder in lobbywerk (52,8 miljoen dollar). Op de tweede plaats komt General Electrics (23,6 miljoen dollar), gevolgd door de belangenvereniging van de farmasector (22,1 miljoen dollar). Verderop in het lijstje staan ook General Motors, Exxon Mobil en de wapenfabrikanten Northrop Grumman, Boeing en Lockheed Martin.