Aminata Traoré: Afrikanen zijn rijke mensen

Aminata Dramane Traoré is geen gewone vrouw. Als politica had ze bij elke VN-instelling carrière kunnen maken. Als sociologe kon ze op elke Franstalige universiteit een leerstoel krijgen. Koppig heeft zij gekozen voor het dagjeswerk aan de basis. Na een korte minister-carrière van niet eens drie jaar, gebruikte ze haar geld en talent om in Bamako, de hoofdstad van Mali, twee café-restaurants te openen.
Terwijl mensen eten of drinken, laat ze hen genieten van alle traditionele en nieuwere kunstvormen van de Malinese volkeren. Ze wil de mannen en vrouwen van Mali hun cultuur en geschiedenis teruggeven, omdat deze de bronnen zijn waaruit zij voor Afrika toekomst kunnen scheppen. Daarom heeft ze haar lot verbonden met de antiglobaliseringsbeweging.

De eerste keer ontmoette ik Aminata Traoré in de prestigieuze congreshallen van het MECC in Maastricht. Op initiatief van Jan Pronk werd een congres gehouden over ‘good governance’, toen de toverformule voor welvaart en vrede in de Afrikaanse landen bezuiden de Sahara. De apartheid was overwonnen, de Koude Oorlog was ontdooid, de meeste militaire conflicten en burgeroorlogen in zwart Afrika bloeiden dood. Tussen de vele blanke en zwarte heren in driedelig pak en met keurig geknoopte stropdas, viel Aminata Traoré op. Niet alleen vanwege haar verrassende parfums of omdat ze zo verblindend mooi was. Op het vingerdikke tapijt van trappen en wandelgangen schreed deze dame uit Mali steeds iets plechtiger dan haar al zo statige mannelijke collega’s. In schril contrast met deze waardige uitstraling stond de grote raffia handtas die ze voortdurend met zich meesleurde. Daarin zaten niet alleen de zware congres-dossiers gepropt, maar elke dag ook enkele hotelfrisse bananen en sinaasappelen die ze tijdens de geleerde debatten ongegeneerd als tussendoortje zat op te knabbelen. Maar het waren haar scherpe tussenkomsten in de debatten die haar tot de meest opmerkelijke verschijning van dit Congres maakte. Ik hoor ze nog profetisch waarschuwen voor het fetisjisme van good governance.

In een interview zei ze me toen: ‘We moeten dringend de fetisj van de macht ontmaskeren. Nu zich in onze landen iets meer mogelijkheden voor democratie openen, stel ik vast dat te veel Afrikanen zich in een rattenkoers op de politieke macht werpen. Ze jagen macht na om de macht. De eenheidspartijen onder leiding van een ongenaakbare, veelal militaire president hebben afgedaan. Nu wordt de politiek op de straat uitgevochten. We mogen ons niet laten verblinden door de straat. Relletjes uitlokken is nog geen revolutie maken! Iedereen denkt dat hij op alles een antwoord heeft, dat hij in staat is een volk te leiden en een rechtsstaat vorm te geven. Dat is fout. Een chirurg moet zich vertrouwd maken met de hele anatomie van een menselijk lichaam, voordat hij mag gaan snijden. Het besturen van een moderne staat is een complexe opdracht. Je kunt die taak niet in de handen van gelijk wie leggen. In haast alle landen van Afrika ontwikkelt zich een litanie van politieke partijen en bewegingen. Onze landen staan zwak. Elk van onze staten is uitgehold door economische keuzes die in het buitenland zijn gemaakt. We hebben behoefte aan politici die dit onder ogen durven te zien.’

DE GAVE VAN MENSELIJKHEID

Omdat de culturele creativiteit van Afrika haar zo na aan het hart ligt, is mevrouw Traoré zich gaan opstellen in het kamp van de antiglobalisten. Ze vreest dat de materialistische leegheid van de neoliberale wereldmarkt als een pletwals over de Afrikaanse volkeren zal rijden. Dat dreigt volgens haar het drama van deze eeuw te worden. In haar lezenswaardige boek, L’Etau, l‘Afrique dans un monde sans frontières, schrijft ze: ‘Men pleegt onze landen arm en, vanwege het gebrek aan technologie en perspectieven, slecht toegerust te noemen. Het is niet toevallig dat juist in deze landen het gevoel en de zorg voor het menselijke overeind zijn gebleven. Dit in tegenstelling tot die landen waar de markt de zin voor de medemenselijkheid heeft verdreven. Daarin zou wel eens onze kracht kunnen liggen. Dit kan de unieke bijdrage van Afrika worden bij de opbouw van het werelddorp-voor-de-mens. Ons volk wordt onder voet gelopen door heren die in geacclimatiseerde kantoren op hun pc’s wetten en regels uitvinden voor onze ontwikkeling. Maar wellicht zullen deze elites van het werelddorp ooit onze volkeren nog smeken iets te realiseren van hun verloren droom.’

Toen G8 begin dit jaar in het fort van Genua de zijn top-vergadering hield, terwijl Italië’s elite-troepen daarbuiten oorlogje speelden tegen de antiglobalisten, sprak Aminata Traoré de meer vreedzame groep antiglobalisten toe in een kleinere congreszaal. ‘Vandaag beleven we een van de meest spannende ogenblikken uit de wereldgeschiedenis: de periode van de globalisering. Of wij dit nu willen of niet, vandaag wordt iedereen geconfronteerd met de rest van de wereld. Voor sommige mensen lijkt dit een dynamisch project vervuld van enorme perspectieven. Voor anderen, vele anderen, is het de dramatische realiteit van de pletwals. Afrika wordt gestraft of beloond, afhankelijk van de manier waarop het op deze ééngemaakte wereldmarkt zijn rol speelt. De nieuwe wereldmarkt, de globalisering is niet goed of slecht, maar als volwassen mensen horen wij kritisch op deze markt te staan. We moeten nagaan wie wat verkoopt, tegen welke prijs en wie daarvan beter wordt. Ik geloof dat mensen en staten de mogelijkheid, het recht en de plicht hebben correcties aan te brengen aan de vaart van de geschiedenis. Ik stel vast dat buitenlandse investeerders nog steeds naar Afrika komen om, onder hun voorwaarden en volgens hun verlangens, te grijpen wat ze willen. Afrika wordt verkracht zoals een weerloze vrouw. De wereldmarkt groeit, de economie groeit. Nooit was er in de wereld zoveel arbeid, zoveel productie, zoveel geld, zoveel vrijheid. Maar in Afrika zie ik geen arbeid, geen geld, geen vrijheid. In mijn land, in Mali, zag ik als minister het BNP jaarlijks groeien met 5 procent, terwijl in diezelfde periode het aantal armen jaarlijks toenam met 2 procent. Van de krap tien miljoen Malinezen zijn er nu zes miljoen die minder dan 180 dollar per jaar kunnen besteden. Allemaal mensen die hun baan kwijtspeelden, of kinderen van mensen die nog nooit een baan hebben gehad. Hun levensverwachting is veertig jaar, vier vijfde van hen is analfabeet, de helft van hen heeft geen gezond drinkwater, twee derde van hen geniet geen medische zorgen. Hoe zou het anders? Geen regering van Mali heeft daar vat op. De wereldmarkt groeit zonder dat Mali daarover iets kan zeggen. De elites van de wereld scheppen voortdurend nieuwe mogelijkheden en middelen om zelf rijker te worden. Ze maken daarvoor zonder scrupules gebruik van mensen en grondstoffen die hun niet toebehoren, maar die ze hebben ingeschreven als deel van hun Werelddorp zonder Grenzen. In Afrika, zo zeggen ze, moet er minder staat komen en meer markt. Dit betekent meer macht voor het anonieme kapitaal. Zelfs de politici begrijpen niet dat dit naakte feit de democratie ontmantelt. Daartegen is maar één dam op te werpen: die van de internationale solidariteit. Gemeenschappelijk dragen we de verantwoordelijkheid voor de toekomst van de mens.’

VIJF EEUWEN IS GENOEG

Aminata Traoré wil als vrouw, als Afrikaanse vrouw, haar verantwoordelijkheid opnemen. In een interview met Le Patriote, een kritische krant uit Ivoorkust, zei na de G8-top van Genua: ‘Als vrouw van het Zuiden, als een vrouw van het continent dat de zwaarste prijs voor de globalisering betaalt, ben ik solidair met alle antiglobalisten. We zijn tegen het werelddorp als dit een alibi wordt voor nieuwe vormen van onderdrukking en uitbuiting. De situatie doet me pijn en maakt me boos. Hoe welvarender de wereld wordt, des te ondraaglijker de armoede is, die Afrika lijdt. Vijf eeuwen lang waren wij de onbeschaafden die moesten worden beschaafd, de heidenen die moesten worden bekeerd, de onwetenden die moesten worden geschoold, de onbegaafden die door intellectuelen moesten worden bestuurd. Dit legitimeerde de slavenhandel en de kolonisatie. Toen werden we slachtoffers van dictaturen die dan weer moesten worden gedemocratiseerd. We werden het voorwerp van een democratiseringsproces dat ons zou leiden naar de ééngemaakte wereldmarkt. En nu stellen we vast dat we opnieuw worden ontrecht, betutteld en uitgebuit. Men doet ons geloven dat de ontrechting die we aan den lijve voelen, ons zal vrij maken. Nee. Vijf eeuwen onrecht is genoeg. Vrijheid krijgen we, wanneer nu de schulden worden kwijtgescholden, die onze landen onrechtmatig worden aangerekend. Hiervoor moeten we banden van solidariteit smeden met die groepen in het Noorden die nee durven te zeggen aan de mondialisering!’

In Porto Alegre, begin dit jaar, had ze ook al tot wereldwijde solidariteit opgeroepen. ‘Als vrouw uit Mali voel ik me verplicht de blanke inwoners van het werelddorp te interpelleren. Ik wil klacht neerleggen omdat hun wetten bij ons de dood zo banaal hebben gemaakt. Overal in Afrika werken de krachten van de dood, in gewapende oorlogen en in genadeloze burgeroorlogen. De oorzaak daarvan is te vinden in de afbraak van onze eigen economische activiteiten. De blanke wereld pleegt verraad. Hij heeft ons ooit de onafhankelijkheid toegekend. Wij dachten dat wij weer meester zouden worden van onze rijkdom en hulpbronnen, dat wij weer zelf zouden bepalen wat voor ons een leefbare wereld is. Maar we werden verplicht nog harder te werken, nog goedkoper onze grondstoffen op de markt te brengen om geld te vinden voor de opbouw van de nieuwe staat. We zijn enthousiast vastgelopen in onze dromen. Terwijl de geïndustrialiseerde landen voldoende middelen hebben om de grenzen van hun staat open te gooien en daar beter van te worden, moet Afrika met lede ogen aanzien hoe hun staten worden ontmanteld en verder geplunderd. Onze mensen raken verward en verdeeld. Ze leven voortdurend in een rampenscenario. De ene crisis volgt op de andere. We moeten wereldwijd aanvaarden dat dit niet verder kan. Onderwijs, gezondheidszorg en voedsel voor iedereen vormen de basis voor het Handvest van de Rechten van de Mens. We moeten ons wereldwijd organiseren om de strijd aan te binden tegen een mondialisering die voorbij gaat aan de fundamentele behoeften en rechten van een volk. Deze pletwals moet worden gestopt.’

In Brussel, na de vergadering van de armste landen dit jaar zei ze: ‘Ik denk dat een kleine, maar snel groeiende groep mensen in het Noorden de doorbraak voorbereidt. Het zijn mensen die denken aan een andere mondialisering. Dit is onze kans die we met beide handen moeten grijpen. Ook ik wil dat de wereld één wordt, een werelddorp van medeburgers in verscheidenheid. Ik wil begaafde mensen bijeen brengen: vrouwen en mannen met een overtuiging en met creatieve ideeën, die elkaar zeggen wat democratie betekent en hoe we deze in Afrika vorm zullen geven. Wij zijn rijke mensen in Afrika, rijk aan grondstoffen, rijk aan arbeidskracht, rijk aan vruchten van de aarde, rijk aan geloof, rijk aan verbeeldingskracht, rijk aan tradities en rijk aan culturen. Daaruit zullen we het nieuwe Afrika van morgen putten. Ik reken op onze schrijvers, schilders, dichters en musici om actief hun deel bij te dragen aan de opbouw van dit nieuwe Afrika. Ik weet zeker dat een andere wereld met een ander Afrika tot de mogelijkheden behoort. En ik zet me ervoor in dat we de strijd voor die andere wereld niet overlaten aan alleen maar de militante groepen jonge mensen uit het Noorden.’

Van Aminata D. Traoré verscheen vroeger Mille tisserands en quête du futur en in augustus 2001 bij Editions Actes Sud, in de serie Babel, L’Étau, l’Afrique dans un monde sans frontières, ISBN 2-7427-3426-0. Een nieuw boek is inmiddels in voorbereiding.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.