Argentijnse daklozen zijn het zat

Het gebeurde in het zuiden van Buenos Aires, waar de meeste van de 16 sloppenwijken in de stad zich bevinden. De Huisbouwdienst van de stad had er net enkele woonblokken neergepoot, goed voor 250 appartementen.

Net op het moment dat de voormalige bewoners van ‘Villa 1-11-14’, met zijn 22.000 inwoners een van de meest bevolkte sloppenwijken, hun sleutel in ontvangst mochten nemen, bestormden 500 andere daklozen de woonblokken. Daarbij plunderden ze alles wat los stond of los te trekken viel. De situatie kalmeerde pas toen de politie opdook.

Het was niet het enige incident. Enkele weken geleden arriveerden zo’n 100 families met de vrachtwagen in ‘Villa 31’, een illegale sloppenwijk in het centrum van de hoofdstad waar zo’n 12.500 mensen wonen, en sloegen er hun tenten op. De meesten van hen bleken Bolivianen en Paraguayanen. Door dichter bij het stadscentrum te gaan wonen zouden ze sneller aan een huis te geraken, werd hen verteld.

De oorspronkelijke bewoners zagen hen niet graag komen. “Hun komst is slecht nieuws voor diegenen hier die al decennia wachten op een oplossing voor hun behuizingprobleem”, protesteerden ze.

Volgens de overheid werden in beide situaties de daklozen aangestoken door de oppositie. Maar zelfs dan nog kan niemand ontkennen dat er een probleem is. Alleen al in Buenos Aires bijvoorbeeld, zitten 86.00 gezinnen zonder woning.

En toch werd er nog nooit zoveel gebouwd in Argentinië. Meer zelfs, vorig jaar werd er nergens zoveel geïnvesteerd als in de bouwsector. Volgens officiële cijfers steeg de bouwmarkt in mei met 24 procent tegenover dezelfde periode in 2005. In dezelfde periode steeg de werkgelegenheid in de bouwsector met 30 procent.

Zowel publiek als privaat wordt geïnvesteerd in infrastructuur en behuizing, maar het probleem is dat de meeste huizen bestemd zijn voor de rijkere families. Ook de huizenbouw voor de laagste inkomens is over het hele land aan het stijgen, maar kan de vraag niet volgen.

“In 2001 was er in Argentinië een tekort aan 2.640.000 huizen op een totaal van meer dan 10 miljoen gezinnen”, zegt Ana María Mereatur, uitvoerend secretaresse van de Nationale Behuizingdienst. Ieder jaar komen er nog 120.000 aanvragen voor een huis bij.

“Nochtans zijn er in Argentinië nog nooit zoveel huizen bijgekomen als nu. Vroeger kwamen we op een jaar nooit aan 50.000 nieuwe woningen. Nu zijn we er 120.000 aan het bouwen, en in 2007 moeten er 170.000 nieuwe woningen bijkomen”, zegt Mereatur.

Het huizentekort is wel niet in heel Argentinië even groot. Terwijl in Buenos Aires maar 8,5 procent van de inwoners zonder woning zit, stijgt dat cijfer tot meer dan 60 procent in de noordelijke provincie Formosa, een van de armste provincies van het land. Het verschil: in Buenos Aires zijn ze mondiger. (JVP/ADR)