Armoede op Madagaskar doet kinderarbeid dramatisch toenemen

Sinds begin dit jaar is de kinderarbeid op Madagaskar met een kwart toegenomen, zeggen de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO), het VN-Kinderfonds (Unicef) en het Nationaal Instituut van de Statistiek van Madagascar (Instat) in een nieuwe studie.
In Ambalakely, een stadje op het platteland in het zuiden van het eiland, werken meer dan honderd kinderen in een steengroeve. Samen met hun ouders slaan ze er rotsblokken aan stukken. Het is afmattend werk, maar voor de gezinnen die er werken is het de enige manier om het hoofd boven water te houden.

Vrije wil

“We staan ‘s ochtends vroeg op om op tijd in de groeve te zijn, en we keren pas ‘s avonds laat naar huis terug”, zegt Jeannine Raheriniaina, een moeder van vier. “De kinderen zijn hier uit vrije wil”, haast ze zich eraan toe te voegen. “Ze weten wat hun ouders doormaken”. Maar haar zevenjarige zoon Mamitiana klaagt over het zware werk.
Veel van de ongeveer 1,8 miljoen kinderen tussen 5 en 15 die werken op het eiland, doen gevaarlijk werk, schrijven de auteurs van de studie. Ze werken onder meer in de landbouw of de visserij, in steengroeven en in fabrieken. Meisjes helpen ook vaak in het huishouden van andere families.

Schoolverzuim

Meestal gaan de werkende kinderen helemaal niet meer naar school. Andere kinderen duiken af en toe op, als ze die dag geen werk hebben, zegt Berthine Ralaivelo, de directrice van de lagere school van Ilempona. In haar school is dit jaar maar 20 procent van de kinderen uit de buurt ingeschreven, tegen 50 procent vorig jaar.
Kinderarbeid is verboden op Madagaskar, maar de armoede doet ouders hun bedenkingen opzij zetten. In 2005 moest bijna 70 procent van de bevolking rondkomen met minder dan een euro per dag. Dat aandeel is waarschijnlijk nog fors toegenomen sinds het begin van de politieke en economische crisis in januari. Kinderen die in een steengroeve werken, verdienen ongeveer 70 eurocent per dag.
Vier jaar geleden lanceerde de Internationale Arbeidsorganisatie een nationale campagne tegen de kinderarbeid, maar die haalde weinig uit. “Het is moeilijk om ouders die niet rondkomen, bij te brengen hoe belangrijk het is hun kinderen naar school te sturen”, zegt Ralaivelo.