China en India worden locomotieven wereldeconomie

De onzekerheid rond de Sars-epidemie en de oorlog in Irak zetten in de eerste helft van 2003 nog een domper op de economische groei, maar daarna schakelde een aantal grote landen in een hogere versnelling. Daardoor groeide de wereldeconomie vorig jaar uiteindelijk met 2,5 procent. In 2001 en 2002 bleef dat cijfer onder de 2 procent. Voor dit jaar voorspellen de VN een groei van 3,5 procent.

India en China scoren ver boven die gemiddelden. De Indiase economie nam in 2003 met 6,1 procent toe, na een eerder tegenvallende 4,5 procent het jaar daarvoor. Voor dit jaar wordt 6,2 procent voorspeld. India heeft intussen meer dan 100 miljard dollar aan buitenlandse deviezen opgepot. De Chinese groeicijfers zijn nog indrukwekkender: 8 procent in 2002 en 8,5 procent in 2003. Dit jaar zou even goed worden.

De VN verwachten veel van China en India. Aanhoudende sterke groei in deze twee grote lage-inkomenslanden zal de hele wereldeconomie ten goede komen, de armoede in de wereld terugdringen en andere ontwikkelingslanden aansporen, schrijven de auteurs van het rapport. Volgens VN-ondersecretaris-generaal voor Economische Aangelegenheden Jose Antonio Ocampo wordt China het handelscentrum van Azië en is het ook snel op weg een locomotief voor Japan te worden.

Voorlopig blijven de VS de belangrijkste motor achter de heropleving van de wereldeconomie. Het herstel is er uitzonderlijk sterk, en voor dit jaar wordt er een groei van 4 procent verwacht. Maar de onevenwichten in de Amerikaanse economie kunnen de rest van de wereld in de nabije toekomst zwaar parten spelen. De VS hebben een tekort van meer dan 500 miljard dollar op hun lopende rekening. Als de dollar verder aan waarde verliest en er een plotse correctie komt waarbij de Amerikaanse investeringen in het buitenland en de consumptie en de import in de VS zwaar worden teruggeschroefd, raakt de wereldeconomie waarschijnlijk opnieuw in het slop. Ook nu al lenen de VS zoveel geld dat de interestvoeten er wereldwijd door zouden kunnen gaan stijgen. Dat zou de investeringen overal ter wereld kunnen doen afnemen, en dus ook de economische groei.

In Japan ontwaren de VN een mogelijke trendbreuk na jaren van stagnatie en negatieve groei. De Japanse economie, die in 2002 nog met 0,4 procent kromp, ging er in 2003 met 2,5 procent op vooruit. Ook dit jaar zou het groeicijfer boven de 2 procent uitkomen. De Europese economie blijft volgens het rapport sputteren, maar er zijn aanwijzingen voor een bescheiden heropleving.