Cuba kampt met ergste droogte sinds 1901

Het Wereldvoedselprogramma (WFP) start volgende maand met een noodoperatie op Cuba. Zo’n 773.000 Cubanen zullen voedselhulp krijgen. Dat is een aanvulling op de inspanningen van de Cubaanse regering, die al extra voedselpakketten levert aan de meest kwetsbare gezinnen in het oosten van het land, zegt Rosa Inés Antolín van het WFP. De eerste drie maanden trekt het WFP zelf 3,7 miljoen dollar uit, daarna moeten de Europese Unie en andere donoren over de brug komen.

Door het uitblijven van de regen hebben de oostelijke provincies Guantánamo, Granma, Santiago de Cuba, Las Tunas en Holguín te kampen met voedseltekorten. Ook de centrale provincie Camagüey is getroffen.

Het wordt een erg zwaar jaar voor de Cubaanse bevolking, zegt Antolín. Veel gezinnen hebben dit jaar geen oogst omdat er geen water was om de akkers te irrigeren. Op Cuba wordt er geoogst in mei. Veel gezinnen zullen tijdens de komende zomermaanden door hun voorraad heen raken.

Naast bonen, rijst en olie verdeelt het WFP ook containers om water in op te slaan. Eén op zes Cubanen heeft geen drinkwater uit de kraan. De Cubaanse regering probeert de nood te lenigen door water aan te voeren met tankertrucks. Zo’n 1,4 miljoen Cubanen zijn nu afhankelijk van tankertrucks, vooral in de provincies Camagüey, Las Tunas en Holguín.

In die provincies bood het WFP vorig jaar ook al hulp. Tussen juni en november kregen 140.000 kinderen er voedselhulp.

De huidige droogte begon in 2003. Cubaanse meteorologen zeggen dat de droogte de ergste is sinds 1901. De helft van de 241 dammen en reservoirs in het land staan onder hun gemiddelde waterstand. 17 procent is buiten gebruik omdat het peil te laag staat. (MM/PD)