De andere leerling - Jongeren over diversiteit op school

Diversiteit op school is een veelbesproken thema. Beleidsmakers breken zich al langer het hoofd over hoe een harmonieus samenleven te creëren tussen jongeren van allerlei slag. Leeft de problematiek echter meer bij hen dan op de speelplaats? Hoog tijd om de hoofdrolspelers van dit diversiteitsverhaal aan het woord te laten: de schoolgaande jeugd.
  • Stampmedia Jongeren en diversiteit Stampmedia
Onder diversiteit -brede definitie- verstaan we, alle mogelijke verschillen die kunnen bestaan tussen mensen: geslacht, huidskleur, sociale achtergrond, seksuele geaardheid, lichamelijke en verstandelijke mogelijkheden, religie en etniciteit. Op een school ontmoeten al deze verschillen elkaar. Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet ijvert ervoor om de verschillende jongeren in contact te brengen en het samenhorigheidsgevoel te versterken. Mooi streefdoel, maar wat denken de scholieren er zelf van. Wie is nu juist anders? Betekent anders-zijn ook buitengesloten worden? Zijn er problemen tussen autochtone en allochtone jongeren? Wat doet hun school en wat moet ze doen? Om hier antwoorden op te vinden, organiseerde het jongeren persagentschap StampMedia een enquête op het internet. Een 28-tal jongeren tussen 12 en 19 jaar gaven hun mening over het samenleven met ‘andere’ leerlingen.

Wie is anders?


Jongeren willen niet in hokjes denken. Het antwoord van Sara (18 jaar) is typerend. “Iedereen en niemand is anders. We verschillen van elkaar maar we blijven ook allemaal mensen.” Vervolgens kregen de respondenten enkele kenmerken aangeboden: andere huidskleur, ander land van afkomst, ander geloof, andere kledij, handicap of andere seksuele geaardheid. Een handicap vermeldden de meeste leerlingen (13) als anders, gevolgd door een ander geloof (7) en een andere huidskleur (6). Iemand met een andere seksuele geaardheid werd het minst (2) als anders gezien.
De scholieren vinden zich verschillend van iemand met een handicap omdat zij geen beperkingen hebben en zich niet goed kunnen inbeelden hoe het leven is met een handicap. Nick (18 jaar): “We zijn niet beter maar hebben het veel gemakkelijker. Gehandicapte mensen kunnen niet altijd overal binnen. Dit is discriminerend, maar dat feit maakt hen ook anders dan anderen.” Ze benadrukken evenwel dat anders zijn niet negatief is. Nina (19 jaar): “Die persoon heeft een ernstige handicap, ik niet. Daarom zijn we anders, maar dat hoeft niet slecht te zijn.”

Wie wordt buitengesloten?


In de scholen van de bevraagde jongeren worden leerlingen vooral buitengesloten omwille van hun uiterlijk (20 vermeldingen) en kledij (12). Verwijzingen naar hun etniciteit of godsdienst zijn er níet bij. Land van afkomst scoort zelfs het laagst (5). “Dit suggereert dat de bevraagde scholieren subcultuur belangrijker vinden dan de etnische cultuur”, zegt Norbert Vanbeselaere, sociaal psycholoog en hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Leuven. “Jongeren, en mensen in het algemeen, willen een positief zelfbeeld. Dit komt mede tot stand door hun eigen opvattingen als beter te beoordelen en zich af te zetten van groepen waarmee ze zich niet identificeren. Uiterlijk en kledij zijn triggers van visies of levenswijzen van een andere subcultuur.”
Buitensluiten veroordelen ze zeer sterk. “Ik ben hier strikt tegen. Plagen is oké maar als iemand zich uitgesloten voelt, is de grens bereikt”, vertelt Gilles (14 jaar). Achttien onder hen zeggen het ook niet te doen. Elke (13 jaar): “Pesten of die dingen, dat is niet mijn aard!”

Problemen tussen autochtonen en allochtonen?


Veel aandacht gaat in de politieke en wetenschappelijke wereld naar het samenleven van autochtone en allochtone leerlingen. Van de 28 geïnterviewde jongeren zeggen 21 dat zij geen probleem tussen allochtonen en autochtonen op hun school ervaren. Het maakt hen dan ook weinig uit of er meer of minder allochtone leerlingen zouden zijn. “Als het maar personen zijn waar je plezier mee kan maken,” vertelt Caroline (14 jaar), “dan doet geloof of huidskleur er niet toe.” Nicky (18 jaar) gaat akkoord: “Zolang iedereen zich maar gedraagt, is alles oké.”
Nick (18 jaar): “Hoe meer diversiteit, hoe meer je kan leren.” De meeste jongeren beseffen dat de omgang met allochtonen, een bron van wijsheid inhoudt. Volgens Ann-Katrien (14 jaar) is dat een groot voordeel: “Je leert hun cultuur, standpunten en gewoontes kennen. Je hoeft daarom niet akkoord te gaan. Maar door meer te weten, kan je er beter over oordelen.” De jongeren haalden echter wel de misverstanden aan die ontstaan omdat iedere cultuur zijn eigen gewoontes heeft. In deze bevraging kwamen ook geen grote verschillen tussen de antwoorden van autochtone leerlingen en die met één of twee buitenlandse ouders voor.

Wat doet de school?


In het onderwijsplan van Vlaams minister Pascal Smet ligt een grote nadruk op de waarde van diversiteit. Toch zeggen 24 van de 28 jongeren dat hun school niets doet om haar diverse leerlingen bij elkaar te brengen of dat ze er toch geen weet van hebben. Directeur-generaal van het Vlaams Secretariaat van het Katholiek Onderwijs Mieke Van Hecke reageert verbaasd. “Wij hebben veel aandacht voor diversiteit vanuit het respect voor eigen-zijn. In onze lessen kijken wij naar hoe verschillende groepen omgaan met levensvragen en actuele gebeurtenissen. In onze scholen lopen diversiteitsprojecten en zetten we feesten van andere godsdiensten in de kijker. En onze leerkrachten worden begeleid in het omgaan met diversiteit. We willen de slaagkansen van onze leerlingen optimaliseren en daarvoor hebben ze een brede kijk nodig.” De andere onderwijsnetten waren niet bereikbaar voor een reactie.

Wat moet de school doen?


Over hoe contact tussen verschillende groepen nog verbeterd kan worden, is er eensgezindheid. De scholieren menen dat, samen opdrachten volbrengen of leuke activiteiten doen, de beste oplossing is. Brecht (17 jaar) wil leerlingen zelf een free podium laten organiseren. Siel (14 jaar) stelt voor om samen naar een fuif te gaan. De jongeren denken dat het samenzijn voldoende is. Het contact zal dan vanzelf komen. De Vlaamse Scholierenkoepel is ervan overtuigd dat dit een goede start is. “De onderwijsminister moet wel aandacht blijven besteden aan het thema”, zegt voorzitter Timur Michelashvilli. “Leerlingen vinden dat de school een plek moet zijn voor onderling contact en dialoog. De school moet hen voorbereiden op het samenleven in de maatschappij, wat samenleven in diversiteit betekent.”
© 2010 - StampMedia – Ruud Boeckx

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.