‘De EU moet een Arabische woordvoerder aanstellen’

In september 2007 trad de Belg Gilles de Kerchove aan als antiterrorismecoördinator van de Europese Unie. MO* had een exclusief gesprek met de hoogst geplaatste terrorismebestrijder van het Europese continent.

In de strijd tegen terrorisme heeft de EU de voorbije jaren vooral gefocust op repressie. Is het niet beter te voorkomen dan te genezen?
De Kerchove: De Europese contraterrorisme-strategie focust op vier peilers: voorkomen, beschermen, vervolgen en reageren. De voorbije jaren hebben we inderdaad veel nieuwe tools en agentschappen ontwikkeld op het vlak van repressie. Bedoeling is de coördinatie tussen lidstaten te verbeteren om terroristische activiteiten te onderzoeken en vervolgen.
Ook op het vlak van bescherming hebben we al veel ondernomen –denk bijvoorbeeld aan de bescherming van de Europese buitengrenzen. In juni hopen we trouwens een nieuwe wet aan te nemen over de bescherming van kritische infrastructuur in Europa. Op het vlak van preventie en respons hebben we al initiatieven genomen maar moet inderdaad nog veel meer gebeuren.

Werken agentschappen als Europol en Eurojust naar behoren?
De Kerchove: De uitdaging is om de instrumenten die we hebben opgezet ook te gebruiken. Het is niet omdat je een nieuw agentschap zoals Europol of Eurojust lanceert dat alle problemen opgelost zijn. Een voorbeeld zijn de joint investigation teams, een wettelijk instrument gelanceerd in 2000. Sindsdien zijn er maar weinig joint investigation teams opgezet, zeker niet mét deelname van Europol en Eurojust.
Kijk, wanneer je nieuwe agentschappen hebt, dan functioneren die vanaf dag één natuurlijk nog niet onmiddellijk honderd procent efficiënt. Ze moeten het veld verkennen, leren, betrokken zijn, het vertrouwen winnen van lidstaten. De uitdaging is ervoor te zorgen dat de lidstaten de agentschappen ook echt gaan gebruiken.

Nog zo een instrument is het Joint Situation Center, zeg maar de intelligence-poot van de EU. Hoe verloopt het delen van inlichtingen tussen de 27 lidstaten?
De Kerchove: Je moet het verschil maken tussen operationele en strategische intelligence. Wat operationele inlichtingen betreft, hebben de lidstaten beslist geen Europese inlichtingendienst op te richten. Noch in het verleden, noch vandaag, noch op korte termijn zijn de lidstaten daar klaar voor. Voor het opzetten van concrete operaties en het uitwisselen van operationele intelligence wordt tussen geheime diensten bilateraal samengewerkt.
Strategische informatie wordt wel uitgewisseld in het Joint Situation Center. Sinds 2005 onderzoeken vertegenwoordigers van interne, externe en militaire Europese geheime diensten in dat centrum de verschillende aspecten van terrorisme. Ze stellen dreigingsanalyses op die worden overgemaakt aan de Europese Raad en haar organen. Die analyses helpen de beleidsmakers om het juiste beleid uit te stippelen.

Over welke aspecten van terrorisme buigt het Joint Situation Center zich zoal?
De Kerchove: Een voorbeeld: wat weten we over bekeerlingen? Duitsland is recent getuige van een zeer verontrustende trend van in Duitsland geboren bekeerlingen die moslim worden en terrorismeplots ontwikkelen. Een ander voorbeeld is explosieven. Binnen de Europese Raad is momenteel een discussie aan de gang over een richtlijn betreffende meststoffen. Gebaseerd op wat geheime diensten ons zeggen, moeten we beslissen welk het percentage nitraten is dat je in meststoffen mag gebruiken die gewoon op de markt verkocht worden. Daar speelt het Joint Situation Center een concrete rol. Het is geen operationele informatie, maar het is heel belangrijk voor de beleidsmaker om te weten dat boven een bepaald percentage nitraatammoniak de meststof gebruikt zou kunnen worden om bommen te maken.
Andere thema’s waar het Joint Situation Center zich zoals over buigt: de rol van vrouwen in radicalsering, trainingskampen, de Sahel, Pakistan, en ga zo maar door. Al bij al verloopt de informatie-uitwisseling steeds beter. Maar Rome is ook niet in één dag gebouwd.

De Belgische antiterrorismedienst OCAD werkt aan een plan om migrantengemeenschappen in België weerbaarder te maken tegen radicale boodschappen. Een goed idee?
De Kerchove: Ja. We moeten veel proactiever een soort “tegenverhaal” voor radicale boodschappen ontwikkelen. Dat is niet alleen een kwestie van mediacampagnes. Het komt erop aan in de diepte te werken om er voor te zorgen dat we elk type van discriminatie bestrijden. Migranten moeten toegang krijgen tot een Europese islam. We moeten voorkomen dat de islam hier gedoceerd wordt door radicale imams, uitgestuurd en gefinancierd door bepaalde landen die een soort wahabhisme verspreiden, een radicale interpretatie van de islam. De EU wil voorwaarden helpen creëren waardoor gematigde stemmen het woord kunnen nemen.

Hoe doe je dat, de ontvanger van een boodschap bewerken?
De Kerchove: Ik geef toe dat het een enorme uitdaging is. In de eerste plaats omdat we moeten opletten voor het risico van stigmatisering. Het is verschrikkelijk als men je als gemeenschap de hele dag met de vinger wijst. Daarom heeft de EU een tijdje geleden een lexicon opgesteld: welke termen mogen we gebruiken, welke moeten we vermijden? Het is bijvoorbeeld een grote fout te spreken van “jihadi-terrorisme”, omdat de jihad binnen de islam ook een positieve betekenis heeft.

Welke rol speelt u als antiterrorismecoördinator in de aanpak van radicalisering?
De Kerchove: In 2005 heeft de Europese Unie een eigen strategie over radicalisering opgesteld. Het gaat om een oplijsting van een twintigtal actiethema’s. Op basis van die strategie hebben we al heel wat ondernomen, maar we moeten nog meer doen.
Ik wil een aantal van die thema’s sneller implementeren. Mijn rol is om mensen rond tafel samen te brengen. Ik zorg ervoor dat de lidstaten hun expertise inbrengen en aan de Europese Commissie het juiste project voorstellen. Die heeft immers geld voorhanden, maar iemand moet wel projecten indienen. Ik probeer de go between te zijn en een soort momentum te creëren. Preventie is sowieso steeds moeilijk. Als je een aanslag voorkomt of mensen arresteert, is dat heel zichtbaar. Preventie is niet zo zichtbaar.

Een van de thema’s uit de Europese strategie over radicalisering die u naar voor schuift, is het uitwerken van een “tegenverhaal”. Is daar al expertise rond opgebouwd?
De Kerchove: De Britten hebben er al veel rond gewerkt. Ze hebben brainstorms georganiseerd met de beste marketingsadviseurs van de privésector om de juiste manier te vinden om te communiceren. Er is een noodzaak om meer en meer uit te leggen. Ik pleit er bijvoorbeeld voor om bij de Europese Raad en de Commissie een Arabische woordvoerder aan te nemen, die aan Al Jazeera kan uitleggen wat de EU doet.
Een andere prioriteit uit de strategie is de opleiding van imams. Ik ben met de Commissie in gesprek over de oprichting van een instituut –of een netwerk van instituten– waar we academici kunnen laten samenwerken, en dat kan bijdragen aan de opleiding van imams. Een academisch platform voor islamstudie of Europese imamschool –als je het zo wil noemen. Niet alleen opleiding moet daarbij centraal staan maar ook onderzoek en het schrijven van wetenschappelijke papers.

Een ander element uit de radicaliseringsstrategie is het gebruik van internet door terroristen. 
De Kerchove: Op het vlak van internet en radicalisering heeft de EU al belangrijke maatregelen genomen. Het internet gebruiken om informatie over bommen te verspreiden, publiek te provoceren of om nieuwe terroristen te recruteren, valt voortaan onder de definitie van ‘terroristische activiteiten’.
Daarnaast heeft Duitsland  voorgesteld om binnen Europol een soort van pool van informatie samen te brengen over radicale websites –om te voorkomen dat tien lidstaten allemaal dezelfde website in hun eentje in de gaten houden. Dat is erg tijdrovend. Ten slotte gaan we ook na hoe we zelf actief het internet kunnen gebruiken om gematigde moslimstemmen te empoweren en radicale visies over de islam te neutraliseren.

Radicalisering counteren binnen de EU is één zaak. Richt u de blik ook naar buiten?
De Kerchove: Absoluut. We moeten ook derde landen helpen. In juni zal ik aan de Europese Raad voorstellen om onze hulp aan Pakistan te intensifiëren –er is een nieuwe regering die ondersteund moet worden. Europa moet die regering helpen om een alternatief aan te bieden aan groepen die al geradicaliseerd zijn of die nog kunnen radicaliseren. Dat kan door te investeren in het publieke onderwijssysteem, door een alternatief aan te bieden voor de madrassa’s. We weten dat veel van die madrassa’s een incubator van radicalisering zijn.
Naast onderwijs zijn ook economische ontwikkeling en jobcreatie belangrijk. Door mensen economische perspectieven aan te bieden, zullen ze minder snel verleid worden door iets anders.

Critici zeggen dat de EU nauwelijks een rol kan spelen in de strijd tegen terrorisme. U kan uw job niet naar behoren doen zolang er bijvoorbeeld geen gemeenschappelijke juridische ruimte is.
De Kerchove: Dat is waar en niet waar. Het is waar in die zin dat in de eerste plaats nationale staten verantwoordelijk zijn voor interne veiligheid. In het Lissabon-verdrag staat dat expliciet: voor de openbare orde en nationale veiligheid zijn de lidstaten verantwoordelijk. Je kunt de EU dus niets vragen dat haar niet is opgedragen door het verdrag. Maar dat betekent niet dat de EU helemaal géén rol te spelen heeft in de strijd tegen terrorisme.
De EU kan de lidstaten ondersteunen. Door het wettelijk kader te voorzien –de definitie van terrorisme. Door gemeenschapsgeld te mobiliseren. Door best practices uit te wisselen. Door het buitenlandbeleid te ontwikkelen. Door research en development. Door peer pressure en evaluatie. Door nieuwe agentschappen zoals Europol, Eurojust, Frontex en het Joint Situation Center te lanceren. Dat is een significante bijdrage van Europa.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.