Dertig jaar wereldwijd

Dertig jaar geleden ging het avontuur ‘Wereldwijd’ van start. Vlak voor het magische jaar 2000 mogen we u het nummer 300 toesturen. Alsof dat alles nog niet genoeg reden tot terugblikken en vieren was, is dit ook nog eens het laatste nummer van de huidige formule ‘Wereldwijd’. Vanaf januari 2000 wordt immers alles nieuw, te beginnen met uw bron van wereldwijde informatie.
Voor het journalistieke feestje dat we geven naar aanleiding van verjaardag annex vernieuwing, tappenwe uit twee vaatjes. De terugblik, het verhaal van dertig jaar vechten tegen windmolens en koppig verschijnen, wordt gedaan door Mark Fillet. De opdracht voor Wereldwijd, zegt hij, is altijd geweest ‘Vlaanderen thuisbrengen in de wereld’. De vooruitblik was voer voor drie vooraanstaande journalisten: Yves Desmet, Dirk Tieleman en Kristien Bonneure. Is er nog toekomst voor het soort blad en het soort berichtgeving waarvoor Wereldwijd staat, vroegen we hen. ‘Ben je bereid om ervoor te vechten?’, was de teneur van het antwoord. Volgende maand krijgt u een volmondig ‘Ja!’ op die vraag. Deze maand alvast de vragen en bedenkingen over wereldwijde berichtgeving in de toekomst.

De toekomst van de wereld in onze berichtgeving

DE SLAG OM OUAGADOUGOU

De koffie was onberispelijk eerlijk en rechtvaardig, de croissants groot en Brussels. Een ochtendlijk rondetafelgesprek over het belang van de wereld in de berichtgeving vráágt gewoon om dergelijke versterkende middelen. Nog voor ze aan hun drukke dagtaken begonnen, kwamen Kristien Bonneure (VRT Radionieuws), Yves Desmet(hoofdredacteur De Morgen) en Dirk Tieleman (TV1, Koppen) bij Wereldwijd van gedachten wisselen en van mening verschillen.

De laatste restjes ontbijt zaten nog rond de kiezen, als de gespreksleider met dienst de openingsstelling citeerde uit ‘Nieuws over de Wereld’, een recent internationaal onderzoek: ‘Wat de traditionele nieuwsmedia betreft, is er de jongste jaren een grote toename in de aandacht voor het binnenland, veelal ten koste van hard buitenlands en internationaal nieuws. Dit heeft onder andere te maken met de groeiende concurrentie op de binnenlandse markten, de toegenomen commerciële druk op de meeste media-actoren en algemene financiële redenen zoals de kostprijs van een correspondentennetwerk en van buitenlandse reizen.’

DIRK TIELEMAN ‘Het is inderdaad erg moeilijk geworden om op tv nog buitenland te slijten. Maar ik vind dat niet per se een negatieve evolutie. Er zijn mensen die zeggen dat de tendens naar meer regionale berichtgeving een versterking betekent van de bekrompenheid van de geesten, een opstap eigenlijk voor verdere verrechtsing. De andere mening is dat lokale berichtgeving gewone de eerste stap is in het opwekken van interesse in de wereld. Ik neig sterk naar die laatste stelling. Ze verplicht ons ook te stoppen met het elitaire soort journalistiek dat we jarenlang bedreven hebben.’

KRISTIEN BONNEURE ‘Ik ben het daarmee niet eens. Méér binnenland betekent gewoon minder buitenland, tenzij je meer tijd voorziet voor de journaals. Er is een noodzakelijk evenwicht en dat moet gerespecteerd worden. Tegenwoordig zijn we al zo ver dat de berichtjes uit het buitenland nog snel aan het einde van het journaal gegeven worden. Al pleit ik niet voor méér berichten over regeringscongressen in Ouagadougou. De aanpak moet veranderen, net zoals de Wetstraat niet meer de enige straat is die ons voor de binnenlandberichten interesseert. Ook in het nieuws over het buitenland moeten mensen meer centraal komen te staan.’

YVES DESMET ‘Buitenlandberichtgeving is altijd al een ondergeschoven kindje geweest. En dat heeft gewoon te maken met de beperkte middelen die voor Vlaamse media voorhanden zijn. Onze nationale omroep is -op wereldschaal- eigenlijk een regionale omroep, onze nationale kwaliteitskranten zijn eigenlijk goedbedoelde stadskranten. Wij worden daardoor afhankelijk van het nieuwsaanbod van persagentschappen, die meestal een overaanbod hebben van nieuws uit de VS en een onderaanbod van nieuws uit het Zuiden.

KRISTIEN BONNEURE ‘Wij zijn inderdaad kleine actoren in de wereld van de mediagiganten, maar dat geeft ons ook de mogelijkheid om een eigen meerwaarde toe te voegen. Als er op die conferentie in Ouagadougou een markante uitspraak gedaan wordt, heb je die sneller op de redactie in Brussel dan dat je die doorgebeld krijgt naar Brussel. Wij kunnen en moeten ons daarom richten op de menselijke verhalen, die vroeger gezien werden als ‘in de rand van’ het belangrijke gebeuren, terwijl ze eigenlijk de essentie van de berichtgeving uitmaken. De conferenties gaan toch over menselijke problemen, dan kan je de mensen ook maar beter centraal stellen in je berichtgeving.’

YVES DESMET ‘Wat de jonge Paul Jambers achteraf toch nog gelijk geeft. Hij stelde in zijn Panorama-tijd al dat je de mensen zelf aan het woord moest laten, en niet telkens een ‘loog’ of een ‘peut’ moest opvoeren om er verstandige praat over te verkopen. De commentaarschrijvers en de sociologen zijn zo in het reservaat van de opiniepagina’s terechtgekomen. De toegenomen concurrentie maakt bovendien dat elke financiële uitgave dubbel afgewogen wordt. Als je met een zo klein mogelijke investering een zo groot mogelijk publiek moet aanspreken, ja, dan kies je toch voor binnenland, niet? Het kost minder en elk marktonderzoek bevestigt dat binnenland meer mensen aanspreekt. Berichten uit het buitenland brengen, doe je dus niet uit marktoverwegingen, maar vanuit een missionaire houding, een soort ouderwets journalistiek eergevoel. En dat verdwijnt hoe langer hoe meer uit de journalistiek. Vroeger was de houding: dit is wat je moet weten. Vandaag vragen we: wat wil je graag weten?’

Werkt die ‘mensgerichte’ aanpak ook voor wat het buitenland betreft? Stel dat de journalist toch naar Ouagadougou trekt en niét in Hotel Independance op het congres gaat zitten, maar de wijken intrekt en de mensen aan het woord laat, zijn de lezers dan wel geïnteresseerd?

DIRK TIELEMAN ‘Ik denk het wel, ja. Al weet ik niet of je alles kan personaliseren, of je alles in persoonlijke verhalen kan vatten. Toch moet de journalistieke missionaris verdwijnen.

Het is wachten, denk ik, op de volgende beweging van de slinger, op het moment dat het buitenland opnieuw in de belangstelling komt van het publiek. En dat komt eraan. Een recente opiniepeiling stelt vast -tot mijn verbazing- dat de Noord-Zuid problematiek op nummer drie staat van de thema’s die mensen bezighouden, tegenover nummer negen vorig jaar. Op lange termijn komen er dus opnieuw mogelijkheden voor concrete verhalen vanuit de verre wereld. Voorwaarde is natuurlijk wel dat het verhaal boeiend verteld wordt.’

KRISTIEN BONNEURE ‘Het soort verhalen dat kans maakt om gelezen, beluisterd of bekeken te worden, zijn de verhalen die een haakje hebben in de Belgische realiteit. Oorlogsgebieden waar ‘Onze Jongens’ naartoe trekken, landen of situaties waaruit vluchtelingenstromen ontstaan: die landen blijven zeer lang in de actualiteit’

Jörgen Oosterwaal, momenteel XXX bij De Standaard, schreef in Streven van maart 1997 over kranten en tv-stations die hun publiek via enquêtes laten bepalenover welke thema’s er wordt gerapporteerd en waarover politici worden geïnterviewd. Gaan we daar naartoe?

DIRK TIELEMAN ‘Dat gaat ver natuurlijk, maar het is toch ook de uitdrukking van de nieuwe positie van de journalist. Schreef de editorialist zijn stukken vroeger ver boven de massa verheven, dan wordt hij nu bij wijze van spreken verplicht om zijn stukken te gaan voorlezen op de Grote Markt in Antwerpen. De mening van de hoofdredacteur ontstond vroeger in een cenakel en werd daarna bewierookt. Vandaag wordt ook die mening bevraagd door iedereen.’

YVES DESMET ‘Het voorbeeld van Oosterwaal ken ik van bij O Globo in Brazilië. Daar hebben ze een telefoondienst die elke dag 1000 lezers opbelt in een doorschuifsysteem, zodat iemand maximaal 10 dagen in het syteem zit. Het bericht dat door die steekproef gesignaleerd wordt als het meest opvallende van de dag, wordt ‘s anderendaags het hoofdartikel op bladzijde één.

KRISTIEN BONNEURE ‘Dat is toch écht te gek.’

YVES DESMET ‘Mij hoef je daarvan niet te overtuigen, maar in mijn kwaadste dromen vrees ik wel eens dat we ooit die weg opgaan. Een krant maken per televoting is natuurlijk waanzin. Dan degradeer je journalisten tot copywriters.’

DIRK TIELEMAN ‘We staan nog maar aan het begin van de evolutie, van de commercialisering. Het is typisch dat Kristien hiertegen het scherpst reageert, omdat de radionieuwsdienst nog in een afgeschermde omgeving opereert.’

De concurrentie en de belangen van de aandeelhouders in de nieuwe, commerciële mediaomgeving zijn bepalend voor de inhoud van het medium. De Amerikaanse mediawatcher Noam Chomsky voegt daaraan toe dat de ideologische controle in de westerse media vooral uitgeoefend wordt door, bijvoorbeeld, te zweren bij de ‘human interest’ en de socioloog met zijn analyses te bannen. En door de gesprekken kort en leuk te houden.

YVES DESMET ‘De man heeft gelijk. Telkens ik in tv-land optreed, verbaas ik mij erover hoezeer de aanpak van tv bepaald wordt door de zap-factor. Een programma moet elk moment boeiend, flitsend en anders zijn. Iemand die te lang aan woord is, wordt onderbroken. Zo wordt het natuurlijk onmogelijk om een wat meer diepgaand verhaal te brengen. Anderzijds brengen wij in De Morgen wel eens een verhaal dat langer is dan één pagina, maar dan beklaagt zelfs een intellectueel als Dirk zich erover dat hij daaraan niet graag begint.’

DIRK TIELEMAN ‘Ik wil mijn informatie zo kort mogelijk aangeboden krijgen. Als ik dan zo’n lang stuk zie, dan denk ik: jongens, kan dat niet gebalder, tot de essentie herleid? Met het gevaar dat alles zo kort wordt, dat niet meer de essentie, maar enkel gebakken lucht overblijft.’

Er is een toegenomen interesse voor vreemde spiritualiteiten. Alles wat oosters, indiaans of Afrikaans en religieus is, kan rekenen op belangstelling. Kan dat een kapstok zijn voor maatschappelijk relevante berichtgeving over die continenten?

YVES DESMET ‘Ik denk dat wel. Je merkt dat de laattwintigste-eeuwse mens zijn grote raamverhalen kwijt is. De Muur is gevallen, de kerken zijn leeg. Toch blijft de mens een religieus wezen. Hij blijft kampen met de vraag naar het wat en waarom van het leven. Hoe groot die behoefte is, merk ik door bijlages te geven bij de krant over wereldreligies of over filosofie. Daardoor verkoop ik liefst 15.000 kranten méér dan anders.’

DIRK TIELEMAN ‘Momenteel worden programma’s over vreemde religies nog gemaakt buiten de nieuwsdienst en handelen ze over een Braziliaanse indianenstam met vreemde rituelen of een Zuid-Afrikaans inwijdingsritueel. Het blijft iets hebben van een programma rond vreemde diersoorten. Oeigoeren en koalabeertjes worden op dezelfde manier benaderd. Toch denk ik dat het mogelijk is om de interesse in allerlei spiritualiteiten te koppelen aan maatschappelijk relevante berichtgeving. Dat is voor mij duidelijk geworden in de periode rond de Iraanse revolutie.’

KRISTIEN BONNEURE ‘Dat lijkt me evident in dat geval. Ik zie het ook nog wel gebeuren met die hele toestand rond de Falun Gong in China. De communisten beven en bibberen, dus wordt die spirituele beweging politiek relevant. Dàn kan je ermee terecht in het journaal. Maar vaak is de vanzelfsprekende band tussen spiritualiteit en sociale werkelijkheid er niet en dan zie ik niet in hoe je dat in je berichtgeving kan integreren.’

De Franse schrijver Michel Houellebecq zegt daarover: ‘De problemen die mij interesseren, komen in de politiek niet aan bod. Ik geloof dat vragen over religie, wetenschap en techniek voor de mensen meer belang hebben dan de traditionele politieke kwesties.’

DIRK TIELEMAN ‘Ik denk ook dat we in het journaal de lef moeten hebben om zaken te brengen, gewoon omdat ze boeiend en relevant zijn.’

YVES DESMET ‘We maken vaak de fout om vast te houden aan het axioma dat er een crisis moet zijn, een ongeluk, een ramp, een aanslag eer we een bericht kunnen brengen. Journalisten hollen van de ene persconferentie naar het volgende incident en lopen intussen voorbij aan de onderstromen die momenteel het leven van de mensen écht bepalen. Zaken die er echt toe doen -zoals angst of vereenzaming in de grootstad- doen we pas als de één of andere pipo er een persconferentie over organiseert.’

DIRK TIELEMAN ‘De feiten die het tot nieuws te brengen, zijn ook vaak heel erg geselecteerd: door de persagentschappen, door individuen op de redactie.’

YVES DESMET ‘Zo gaat dat. Er zijn tientallen zaken die je moét doen, waar je bij moet zijn en dan blijven er nog drie journalisten over die mogen nadenken over wat er verder aan belangwekkende tendensen zijn, bijvoorbeeld in Ouagadougou. En dan zal je zien dat tegen het einde van de dag er toch weer drie feiten bijkomen, waardoor Ouagadougou alweer een dag uitgesteld wordt.’

De conclusie is duidelijk: een medium dat zich op de markt moet waarmaken, verdringt het buitenland ten voordele van het binnenland en vervangt de analyse door het menselijke verhaal. En dan onstaan er eilanden waar de meer diepgaande aanpak toch nog kansen krijgt. Ontstaat er zo geen diepe kloof tussen het nieuws voor de massa en het nieuws voor de ‘intellectuele elite’?

KRISTIEN BONNEURE ‘Dat geldt zelfs voor de radio, waar de concurentie nog niet speelt. Over een jaar hebben we op de verschillende radionetten ‘gedifferentieerd nieuws’, zoals dat zo fraai heet. Concreet betekent dat nog meer schrappen. Op Donna en Studio Brussel zullen alléén de feiten overblijven, geen schijn van achtergrond meer. Ik vind het de opdracht van een openbare omroep om een staalkaart van het nieuws te brengen voor elk soort publiek. Anders zeg je eigenlijk tegen de Donnaluisteraar: zoek het zelf maar uit, je verdient niet beter.’

YVES DESMET ‘Die evolutie is op de krantenmarkt al jaren bezig. Je zal op Studio Brussel inderdaad nog slechts 3 minuten feiten gepresenteerd krijgen, maar van de weeromstuit zal je merken dat de vraag naar kwaliteit harder zal klinken. Waarom zijn het uitgerekend de kwaliteitskranten die de voorbije jaren hun oplage zien stijgen, terwijl de grotere publieksbladen hun oplage zien stagneren of zelfs krimpen? Het publiek is geen amorfe massa, maar bestaat uit verschillende doelpublieken. En er is een publiek dat vraagt naar langere stukken, naar serieuze duiding, naar een verhaal uit het buitenland. Er zijn mensen die de verpulping en de verkleutering beu zijn. Het is toch niet de verantwoordeljkheid van de journalist om de onderwijzer uit te hangen en te zeggen wat de luisteraar moét beluisteren.’

DIRK TIELEMAN ‘Je hebt verschillende zenders en dus moet je ook je aanbod differentiëren. De journaals van TV1 en van Canvas zouden verschillende journaals moeten zijn.’

Reuven Frank, de vroegere voorzitter van NBC News, omschreef nieuws als ‘datgene waarvan mensen niet weten dat ze erin geïnteresseerd zijn tot ze erover gehoord hebben. De taak van de journalist is het om de belangrijke zaken op te pikken en er boeiende zaken van te maken.’ Serge Halimi van Le Monde Diplomatique noemt die definitie ‘bijna ontroerend als je ze vergelijkt met met de huurlingenintenties van de nieuwsleveranciers van vandaag.’

DIRK TIELEMAN ‘Volledig akkoord. Mààr, dat heeft niets te maken met de lengte van je stukken of programmaonderdelen. Het is zelfs moeilijker om die opdracht te vervullen voor een publiek dat moeilijk te interesseren is dan voor een publiek dat al nieuwshonger heeft.’

YVES DESMET ‘Wie op een breed publiek mikt, moet van taal veranderen; moet aansluiting zoeken bij interesses die niet vanzelfsprekend de zijne of de hare zijn. Er is niets zo makkelijk als het schrijven van een lang artikel. Zoals Oscar Wilde zei: ‘Excuseer mij voor de lengte van mijn brief, maar ik had geen tijd om een korte te schrijven. Trouwens, echt diepgravende analyses en achtergrondverhalen, die zal je toch moeten zoeken in maandbladen of boeken.’

DIRK TIELEMAN ‘Een krant, een tv-omroep en een radiojournaal putten ook niet alle mogelijkheden uit. Als consument heb je zoveel mogelijkheden om inzicht te krijgen in verbanden en tendensen.’

Er zijn inderdaad heel verschillende soorten media en opgeteld kunnen die een veelheid aan benaderingen geven. Alleen lijkt het er op dat iedereen op zijn plek dezelfde logica volgt en dezelfde trucjes toepast: overal moet het korter, met meer beeld, minder analyse, meer concrete verhalen. Zo komen we natuurlijk nooit tot die mooie mix van benaderingen.

DIRK TIELEMAN ‘In die zin is concurrentie inderdaad niet heilzaam. Dat werd ons in 1989 wel voorgehouden en even heeft dat een schok teweeggebracht, maar nu leidt dat tot nivellering. TV1 moet momenteel noodzakelijk lijken op VTM.’

YVES DESMET ‘Het probleem van vandaag is niet meer waar je informatie kan vinden, maar eerder dat er een teveel aan informatie is. Het nieuwsaanbod is nog nooit zo uitgebreid geweest, maar niet iedereen gaat daar op dezelfde manier op in. De rol van een kwalitatief medium is om de mensen te gidsen in dat informatieaanbod, een selectie te maken uit dat gigantische arsenaal van berichten, verbanden te tonen. We stappen uit de informatiebusiness en gaan naar de kennisbusiness. Voor een grote groep mensen is de inspanning om zich te informeren te veel gevraagd is. In de toekomst krijgt zowel de pulplezer als de kenniszoeker steeds meer mogelijkheden om zijn eigen krant of tv-avond samen te stellen. De consument zal krijgen wat hij wil, niet wat de journalist vindt dat hij moet krijgen.’

Waarop Noam Chomsky antwoordt dat de consument alleen krijgt wat hij vraagt als het binnen de strategie van de mediagroep past. ‘De grote meerderheid van de mensen’, zegt hij, ‘is voorstander van een drastische inkrimping van de hoeveelheid reclame op tv. Op internet is men al helemaal tegen advertenties. Naar die stem van de consument wordt niét geluisterd.’

YVES DESMET ‘Dat is volledig juist, ja. Ik heb al tientallen boze lezersbrieven gekregen van mensen die de Vacature niet bij hun krant willen. Toch blijven ze die krijgen, want daardoor worden inkomsten geschapen die geïnvesteerd kunnen worden in journalistieke projecten zoals ‘Van Jabbeke tot Tirana’ of de ‘Aids in Afrika’-reportages. Het is zelfs zeer de vraag of de tegenstanders van reclame bereid zijn om voor hun advertentievrije krant 100 BEF te betalen. ‘

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.