Doorweekt Nicaragua krijgt honger

Felix trof de oostkust van Nicaragua op 4 september. Het noodweer kostte aan 102 mensen het leven, terwijl er ook nog altijd 130 mensen vermist zijn. Volgens de Nicaraguaanse overheid leden ongeveer 220.000 Nicaraguanen schade.

Maar de onophoudelijke regen wordt nog een veel grotere ramp. Nu krijgen vooral de westkust, het noorden en het zuiden van het land het zwaar te verduren. Op 19 oktober riep de regering de nationale noodtoestand uit.
Het Nicaraguaanse rampencentrum Sinapred schat dat al 216.000 mensen lijden onder overstromingen. Onvolledige tellingen komen aan een totaal van 22.000 beschadigde huizen, acht weggeslagen bruggen en 3.000 kilometer wegen die onbruikbaar zijn.
Toen in de stad Matagalpa de rio Grande buiten haar oevers trad, verdronken daar acht mensen terwijl er ook tien inwoners vermist raakten. Er worden nog meer overstromingen verwacht. De afgelopen week regende het op sommige plaatsen meer dan 100 milliliter per dag.
”Dit is erger dan Mitch”, verklaarde de Nicaraguaanse president Daniel Ortega. Die orkaan trof in 1998 700.000 Nicaraguanen en kostte het land bijna 1,5 miljard euro.
Volgens minister van Land- en Bosbouw Ariel Bucardo zijn er al meer dan 143.000 hectaren met rijst, bonen en maïs verloren gegaan, de basislevensmiddelen in Nicaragua.
Laura de Clementi, de vertegenwoordigster van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN (FAO) in het Midden-Amerikaanse land, waarschuwt dat er de komende maanden voedseltekorten kunnen optreden. Volgens haar moet de Nicaraguaanse regering minstens 2 miljoen euro investeren in zaaizaad. Ook internationale hulpverleners kunnen maar beter de zeilen bijzetten om ervoor te zorgen dat alle akkers ingezaaid raken voor het begin van het droge seizoen, van november tot april. “Als we nu niet zaaien, moeten de boeren binnen enkele maanden aankloppen voor voedselhulp”, voorspelt de Clementi.
De Europese Unie, de VS, de VN, Cuba en enkele buurlanden leveren Nicaragua al noodhulp.
De natuurrampen waarmee Nicaragua de voorbije jaren af te rekenen kreeg, hebben er de kloof tussen arm en rijk nog breder gemaakt. Volgens de VN moeten ruim 2,5 van de 5,4 miljoen Nicaraguanen rondkomen met minder dan een dollar per dag.
De armste gebieden worden het zwaarst getroffen. In het noordoosten leefde al voor de doortocht van Felix 80 procent van de mensen in extreme armoede. De regering gaf dit jaar toe dat de bevolking in verscheiden gebieden met ondervoeding kampt. De internationale hulpverlening slaagt er niet in dat probleem uit de wereld te helpen.
In de hoofdstad Managua dreigt intussen de internationale luchthaven onbruikbaar te worden door grondverschuivingen en overstromingen. Vanuit heuvels die het zuiden van de stad omsluiten, komen stromen water en aarde naar beneden. “Dit is geen natuurramp meer”, zegt burgemeester Dionisio Marenco, “de oorzaak is de wilde ontbossing in de bergen.” Marenco heeft een programma beloofd om de kwetsbare gebieden te herbebossen.
 
Volgens het ministerie van Milieu had Nicaragua in 1950 nog acht miljoen hectare bossen. Daarvan schieten er nu nog drie miljoen over. De regering was dit jaar met een herbebossingscampagne begonnen die het bosareaal elk jaar weer met 60.000 hectare moet doen stijgen. Maar nu ligt dat werk alweer stil door de noodtoestand waarin het land verkeert.