Een verschuiving in fiscaliteit van arbeid naar milieu, dat is de uitdaging voor de volgende regering

Interview Servais Verherstraeten, staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling

Sinds deze maand is het beleid voor duurzame ontwikkeling een onderdeel geworden van de administratie van de premier. MO* vroeg staatssecretaris Verherstraeten of dit de urgentie van het thema gaat verhogen.

  • Reuters / Yves Herman Reuters / Yves Herman

Sinds februari zijn we een instelling rijker, het Federaal Instituut Duurzame Ontwikkeling (FIDO). De FIDO vervangt de PODDO, de vroegere Programmatorische Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling.

Zal dit een verschil maken? 

Servais Verherstraeten: De Poddo is destijds opgericht met het statuut dat die instantie telkens op het einde van een legislatuur zou opgedoekt worden. De politieke realiteit is echter dat de PODDO telkens verlengd is. We willen die nu een structureel karakter geven en omdat duurzame ontwikkeling een transversaal thema is dat op elk departement moet behandeld worden, vonden we dat de FIDO best thuis hoort bij de kanselarij van de eerste minister. Duurzame ontwikkeling moet op het eerste plan komen, zodat het een motor is die de andere departementen meetrekt. Aan het hoofd van de FIDO komt een directeur maar de invulling van die vacature zal wellicht na de verkiezingen gebeuren.

In de korte periode dat ik staatssecretaris ben, heb ik inderdaad moeten vaststellen dat er verschillende instanties rond duurzame ontwikkeling werken, dat er ook veel expertise is, maar dat mensen te veel naast elkaar bezig zijn.

Een veelgehoorde frustratie is dat er op het domein van duurzame ontwikkeling te veel naast elkaar wordt gewerkt, met weinig concreet resultaat als gevolg.

Servais Verherstraeten: In de korte periode dat ik staatssecretaris ben, heb ik inderdaad moeten vaststellen dat er verschillende instanties rond duurzame ontwikkeling werken, dat er ook veel expertise is, maar dat mensen te veel naast elkaar bezig zijn. Het is de bedoeling dat de FIDO meer gaat samenwerken met de andere instanties, zoals de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling (FRDO), het Planbureau, de cellen Duurzame Ontwikkeling en de Interdepartementale Raad voor Duurzame Ontwikkeling (ICDO).

We willen ook de ministers die in de gewesten bevoegd zijn voor duurzame ontwikkeling, samenbrengen voor uitwisseling van ervaringen. We hebben in november een eerste interministeriële conferentie georganiseerd en hebben daar een intentieverklaring getekend, onder meer om een nationale strategie uit te werken. Door de staatshervorming gaan we veel meer aangewezen zijn op samenwerking.

Duurzame Ontwikkeling krijgt een prominenter statuut, maar er worden wel minder middelen voor vrijgemaakt.

Servais Verherstraeten: Als je puur naar de cijfers kijkt, is er een besparing. Maar een aantal taken van de PODDO, zoals het secretariaat, worden nu opgenomen door de kanselarij. Dat is een besparing, terwijl het voor het functioneren van de administratie van FIDO geen handicap is. Het is trouwens op advies van de FRDO, dat de FIDO bij de kanselarij wordt ondergebracht.

Momenteel zijn er twee belangrijke werkdocumenten: de langetermijnvisie voor duurzame ontwikkeling en de studie “België naar een koolstofarme samenleving tegen 2050”. Hoe gaan die mooie teksten hun weg vinden naar de praktijk? Wiens verantwoordelijkheid is dit?

Servais Verherstraeten: Het is alvast belangrijk dat die langetermijnvisie en die studie er zijn. De langetermijnvisie heeft als rode draad de inclusie: iedereen telt mee, iedereen moet recht en toegang hebben tot waardig werk, gezondheidszorg, voeding, energie, mobiliteit. We hebben nog geen beleidsplan maar streven er wel naar om er een klaar te hebben bij het begin van de volgende legislatuur, voor de volgende minister of staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling.

Wiens taak is dit?

Servais Verherstraeten: Van elk departement. Met het departement dat verantwoordelijk is voor restaurants en voeding hebben we een actie gedaan om 20 procent minder vlees en meer seizoensgebonden groenten te eten. Ik ben momenteel verantwoordelijk voor de Regie der gebouwen. Elke verbouwing of nieuwbouw moet aan de hoogste energienormen voldoen, daar zijn we volop mee bezig. Bij mijn aantreden in 2012 had elk gebouw een apart energiecontract. We hebben toen voor heel de federale overheid geopteerd voor collectief aankopen én gesteld dat die elektriciteit 100 procent groen moest zijn. Met die samenaankoop hebben we een pak geld bespaard. Voor 2014 zijn we nog verder gegaan en hebben we opnieuw geopteerd voor 100 procent groene elektriciteit, waarvan bovendien 20 procent in België is geproduceerd. Op die manier stimuleren we ook de groene producenten in eigen land. Een kleine 20 procent van het bnp in België zijn bestellingen van de overheid, van diverse aard. Door een groen aankoopbeleid te voeren, kan je grote stappen vooruit zetten. Bijvoorbeeld door voor het wagenpark de ecologische criteria zwaarder te laten doorwegen. Twintig procent van het gewicht van de criteria moeten milieucriteria zijn (fijn stof, uitstoot, energiezuinig). Dat voorstel zit nu bij de administratie van overheidsopdrachten maar het is de bedoeling dat dit nog deze legislatuur goedgekeurd wordt.

Was er weerstand tegen zulke voorstellen?

Servais Verherstraeten: Er is discussie geweest over de maatregel voor overheidsopdrachten. Als je criteria verandert, zal dat een impact hebben en zullen er sommige spelers bevoordeeld en anderen benadeeld worden. Daar komt dan lobbying bij kijken maar we hebben de gekozen lijn strak aangehouden. Anderzijds stel ik ook vast dat de wind gunstig waait. Iedereen spreekt over duurzame ontwikkeling, duurzaam ondernemen. Als overheid hebben we hier een belangrijke opdracht als voorbeeldfunctie.

In het licht van de verkiezingen vragen de milieubewegingen een vergroening van de fiscaliteit.

Servais Verherstraeten: De fiscale bevoegdheden zijn met de zesde staatshervorming voor een deel overgeheveld van het federale vlak naar de gemeenschappen. Op het vlak van de woonbonus en het huurrecht gaan de gemeenschappen en de gewesten eigen maatregelen kunnen nemen. Je kan niets veranderen aan contracten die eerder zijn aangegaan, je mag de spelregels niet veranderen tijdens de wedstrijd. Maar in de toekomst kan men bijvoorbeeld via de fiscaliteit energiezuinige woningen stimuleren. Ook om tot een loonlastenverlaging te komen zal er een wijziging in de fiscaliteit moeten doorgevoerd worden en dat zal wellicht een verschuiving betekenen van arbeid naar milieu. Dat is dé uitdaging van de volgende regering.

Onze staatsstructuur maakt milieubeleid nog moeilijker. Kijk naar het uitblijven van de lastenverdeling voor het klimaatbeleid 2013-2020.

Servais Verherstraeten: De structuren van ons land zijn niet de meest eenvoudige. Toch denk ik dat je bepaalde principes moet behouden: 1. op vlak van milieu en duurzame ontwikkeling liggen de meeste bevoegdheden bij de gewesten. Respecteer hun bevoegdheden. 2. Als ieder voor zijn eigen stoep keert, is het hele dorp schoon. Ieder moet geresponsabiliseerd worden binnen zijn eigen bevoegdheden. En af en toe, zeker in het licht van internationale verplichtingen, kom je voor problemen, maar die zou je ook hebben zonder zo’n complexe staatsstructuur. Een land zonder interne discussies bestaat niet. Daarom moet er overleg zijn. Daarom ook hebben wij de interministeriële conferentie bij elkaar gebracht, om zulke discussies sneller te kunnen uitklaren, om korter op de bal te spelen en niet te wachten tot de zaken escaleren. In een land als het onze is nood aan veel informeel overleg. Dat werkt meestal meer constructief en oplossingsgericht dan boude verklaringen waar niemand wat aan heeft. De volgende legislatuur komt er een uitgelezen opportuniteit om grote lijnen uit te zetten omdat we wellicht vijf jaar zonder verkiezingen zullen kennen. De afronding van de zesde staatshervorming zou ook voor een grotere communautaire stabiliteit moeten zorgen.

Gaat het thema duurzaamheid in uw verkiezingscampagne aanwezig zijn?

Servais Verherstraeten: Voor ons is het heel belangrijk dat Duurzame Ontwikkeling prioritair op de agenda komt en transversaal op de verschillende departementen aanleiding geeft tot concrete acties en tot concrete resultaten, bv tegen 2020 22 procent CO2 reductie realiseren. Dat zeggen is één zaak, dat waarmaken een andere. Dat moet de verplichting zijn van de volgende regering en het moet de ambitie zijn die lat steeds hoger te leggen en verder te werken aan concrete realisaties: minder energieverbruik in onze gebouwen, een zuiniger en properder wagenpark, beleidsmatige ingrepen in fiscaliteit en regelgeving. De federale overheid moet de ambitie hebben om de beste leerling van de klas te zijn, dat is de overheid verplicht en het behoren tot de kanselarij geeft nieuwe kansen.

Maatschappelijke keuzes gaan wel eens in tegen individuele belangen en zijn niet makkelijk te verkopen.

Servais Verherstraeten: Daarom moet je weten te overtuigen, vooraf steun te winnen en draagvlak te creëren.
Ik ben ook gemeenteraadslid en we hebben beslist om de verlichting een uur vroeger uit te schakelen. Dat levert budgettair iets op, om de begroting in evenwicht te hebben, maar dat heeft ook een milieueffect. Ieder maakt keuzes waar een draagvlak voor is. Door 20 procent minder vlees en meer seizoensgebonden groenten in de overheidsrestaurants, sparen we een ecologische voetafdruk van 597 voetbalvelden en een waterafdruk van 233 olympische zwembaden. We moeten daarover durven nadenken en vervolgens stappen zetten in de goede richting.

Lees ook het interview met Philippe Maystadt, die vorig jaar gedurende een half jaar voorzitter was van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Latijns-Amerika & ecologie
    Alma De Walsche schrijft over ecologische thema’s, van klimaat- en energiebeleid, over landbouw- en voedsel tot transitie-initiatieven en baanbrekers. Ze volgt al enkele decennia Latijns-Amerika, met een speciale focus op de Andeslanden.

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.