Egyptisch leger krijgt respect van bedoeïenen

Nu het Moebarak-regime weg is, kan Abu Mustafa Al Matriah kritisch over politiek praten in de kroeg. Decennialang was dat onmogelijk. Hij kan het nu met zijn vrienden over de corruptie hebben, over mensen die voor alles die een deel van het geld willen, ook om sneller officiële documenten te krijgen.

“Als je niet betaalt, dan krijg je niets gedaan”, zegt Al Matriah. Hij vervoert al dertig jaar zand van de woestijn naar bouwterreinen. Hij herinnert zich hoe hij een politieagent 50 Egyptische pond betaalde om een kleine overtreding met zijn vrachtwagen door de vingers te zien. “Hij wilde mij niet op de bon zetten, hij bleef gewoon wachten, als chantage, tot ik hem cash betaalde.”

Leger

Nu is de politie opvallend afwezig. “Ze zijn er niet meer, ze zijn vertrokken”, lacht Al Matriah.

In de hele Sinaï is geen staatsveiligheid of politie te bespeuren. Het is het leger dat de controleert.

Op de 400 kilometer van Rafah naar Caïro zijn er nog maar negentien militaire controleposten. Tot voor kort waren er nog veertig controleposten, bemand door de politie. Bedoeïenen, die het vroeger vaak aan de stok kregen met de politie, werken nu mee: ze openen hun auto en staan de militairen toe hun werk te doen.

Nadat president Moebarak was afgetreden, kondigde vicepresident Omar Suleiman aan dat het leger de controle zou overnemen tijdens de overgangsperiode. Vooral de bedoeïenen juichen dat toe. Ze respecteren militairen omdat ze eerlijker zijn, minder vatbaar zijn voor corruptie, de mensen minder lastig vallen.

Voorbeeldig

Ook een andere bedoeïen, Abdelhadi Abu Hujazzi, vindt dat het Egyptisch leger zich voorbeeldig gedraagt. “Ze zullen de mensen absoluut niet chanteren. Ze zijn Egyptenaren, ze zijn eerlijk, geen fooien meer na vandaag.” Hij noemt hun eerlijkheid “een groot succes voor de revolutie.”

Maar het idee van verkiezingen blijft vreemd voor hem, en voor vele anderen. “Als je dertig kaar lang onder één regime leeft, dan word je onzeker over wat verkiezingen kunnen betekenen. We hebben nieuwe gezichten nodig die een nieuwe weg uitstippelen voor Egypte en alle Egyptenaren.”