Europese impact op ontbossing groter dan gedacht

Ondanks het voornemen van de EU om de tropische ontbossing met de helft terug te dringen tegen 2020, blijft de unie veel meer goederen importeren die met de ontbossing verband houden dan verwacht was. Het gaat niet alleen om hout of papier, maar ook bijvoorbeeld palmolie uit plantages waarvoor bossen zijn gerooid.

Drie maal België

Tussen 1990 en 2008 consumeerde Europa meer dan 9 miljoen hectare woud, vergelijkbaar met drie keer de oppervlakte van België. De cijfers zijn bovendien conservatief, want er is in de studie geen rekening gehouden met de groeiende vraag naar biobrandstoffen, op zich een belangrijke motor voor ontbossing.

EU doet het daarmee een pak minder goed dan andere geïndustrialiseerde gebieden: Oost-Azië, met Japan en China, importeerde 4,5 miljoen hectare en Noord-Amerika maar 1,9 miljoen in dezelfde periode. De studie, “The impact of EU consumption on deforestation”, toont aan dat vooral palmolie en soja belangrijke drijfveren van ontbossing zijn.

Tijd voor actie

“Als we ons aandeel in dit wereldwijde probleem ernstig willen aanpakken, dan moeten de Europese commissie, de lidstaten en het parlement nu in actie schieten en het beleid aanpassen dat rond de consumptie van grondstoffen uit tropische wouden”, zegt Anke Schulmeister van het Wereldnatuurfonds (WWF). Het is niet voldoende dat de beleidsmakers hun hoofd in het zand steken en het probleem negeren.”

“Het is een spijtige waarheid dat grote delen van de Europese landbouwgrondstoffen afkomstig zijn uit de exploitatie van ontbost gebied”, zegt ze. “Het is duidelijk dat onze echte bijdrage tot de klimaatverandering en het wereldwijde verlies aan biodiversiteit veel groter is dan we tot nog toe dachten. We moeten onze ecologische voetafdruk verminderen en kijken hoe onze consumptie die landen schaadt. We moeten ook de standaarden opleggen die nodig zijn om te verzekeren dat landbouwgewassen en vee in de EU efficiënt en duurzaam gekweekt worden.”