François Houtart over menselijk falen en de kracht van utopieën

Het nieuws over kindermisbruik door François Houtart zorgt voor veel terechte verontwaardiging en onbegrip. Als bijdrage tot het debat over idealen en falen, en over het nemen van verantwoordelijkheid, herpubliceert MO.be een gesprek met Houtart dat Gie Goris in 1999 voor Wereldwijd had met de kannunik. ‘Als socioloog wéét ik dat de kloof tussen de utopie en de menselijke realiteit zal bestaan zolang de mensheid menselijk is.’ Het was toen niet bedoeld als een slap excuus voor wat niet door de beugel kan, en het wordt ook vandaag best niet op die manier gelezen.

‘De utopie als tegengif voor de erfzonde.’ Dat was de titel van het interview dat in mei 1999 verscheen, in een tweeluik met een uitgebreid gesprek met Hans Achterhuis, die net De erfenis van de utopie gepubliceerd had. Beide auteurs kwamen daarna naar Antwerpen om live in gesprek te gaan met elkaar en met het publiek. De tekst hieronder is ongewijzigd tegenover elf jaar geleden.

***

Priester-socioloog François Houtart heeft er straks een halve eeuw engagement opzitten. Het verwerpen van de utopie als motor voor maatschappelijke veranderingen ziet hij als een intellectuele knieval voor een oppermachtig economisch systeem. Toch weet hij dat een utopie maar nuttig is als ze niet gerealiseerd wordt.

De biografie van François Houtart leest als een catalogus van politieke dromen en grote maatschappelijke omwentelingen. Hij wou eigenlijk missionaris worden. De wereld intrekken, de armen dienen. Maar zijn vader wou dat hij dichter bij huis bleef en dus werd hij seminarist in Mechelen. Enkele jaren later brak de Tweede Wereldoorlog uit en geraakte hij betrokken bij het verzet. ‘We deden bruggen springen in de omgeving van Brussel.’

Maar zijn echte doop kreeg hij in de KAJ. In 1953 woonde hij een internationaal congres bij in Havana en kardinaal Cardijn vroeg hem om aalmoezenier te worden van de internationale KAJ. Zijn eigen kardinaal, Van Roey, weigerde. Als socioloog bestudeerde hij de vervreemding tussen kerk en arbeiders, die in Europa pijnlijk zichtbaar werd. Het was ook als socioloog dat hij meer en meer betrokken geraakte bij de sociale problemen van Latijns-Amerika. Op vraag van onder andere Dom Helder Câmara werd hij vier jaar lang raadgever van de Latijns-Amerikaanse bisschoppen op het Tweede Vaticaans Concilie.

In het zog van het enthousiasme dat daar ontstond voor de rol van de leken in de kerk en voor de rol van de kerk in de samenleving bleef hij ondersteunend werk leveren voor de Latijns-Amerikaanse kerk. Het ontstaan en het opbloeien van bevrijdingstheologie en basisgemeenschappen: hij was erbij. De volksbewegingen en de revoluties in Midden-Amerika: hij volgde ze op de voet. Boerenbewegingen en indiaanse opstanden, syndicaten en catechisten: hij kent ze bij naam en toenaam.

Wie zoveel jaren gestreden heeft, zag meer idealen teloor gaan dan hij er oorspronkelijk had. Toch tref je bij Houtart geen diepe twijfel aan over de mens of over de utopie. ‘Als socioloog wéét ik dat de kloof tussen de utopie en de menselijke realiteit zal bestaan zolang de mensheid menselijk is. Anderzijds ben ik er van overtuigd dat mensen de tegenstelling tussen droom en werkelijkheid altijd weer proberen te verkleinen. Als gelovige zie ik mislukkingen dan ook niet als uitingen van menselijk falen, maar als uitingen van menselijk pogen. De religieuze ervaring daagt een mens immers uit om méér te doen dan het haalbare, om méér te verwachten dan het gewone en vooral om menselijker te worden dan hij op eigen krachten kan.’

Toch weegt de mislukking van een zeer aardse utopie -die van het socialisme- zwaar op de motivatie van mensen om zich politiek te engageren.

Je moet een onderscheid maken tussen enerzijds de -juiste- vaststelling dat het marxisme als analyse-instrument en het socialisme als utopie niet meer de aantrekkingskracht hebben van vroeger en anderzijds de -vaak miskende- vaststelling dat de realiteit niet fundamenteel veranderd is. De klassenstructuur van de samenleving is niet verdwenen, integendeel, op veel plaatsen in de wereld is die de afgelopen jaren alleen maar scherper geworden.

De werkelijkheid blijft bestaan, ook als het bewustzijn verdwijnt. Sterker nog: het is de realiteit met haar steeds verder schrijdende, economische individualisering en met haar toegenomen onzekerheid voor mensen die onderaan de sociale ladder staan, die verantwoordelijk is voor het verdwijnen van een meer sociaal bewustzijn.

Mensen zien zich vandaag minder als een deel van een sociale groep dan als een individu of als een deel van een kleine familie. Het is niet meer zo duidelijk waartégen men moet vechten. En het is nog minder klaar waarvóór men zou vechten. Ik denk dat het verdwijnen van de utopie verklaard kan worden door het feit dat de utopieën van de jaren zestig of zeventig té utopisch waren.

Ze waren te mooi om waar te zijn?

Ze waren vooral te haastig. Men dacht dat de Grote Droom gerealiseerd kon worden op korte termijn, terwijl een echt fundamentele verandering van een maatschappij verschillende generaties duurt. In de jaren negentig heeft men dan het kind met het badwater weggegooid. Elke globale toekomstvisie werd verdacht gemaakt.

‘De utopie is dood, leve het pragmatisme’ werd de slogan. Ik ben het daarmee niet eens. Er is namelijk één grote, wereldomvattende beweging bezig haar ideaal op een succesvolle manier te verwezenlijken: het kapitalisme. Met alle nieuwe technologieën en communicatiemiddelen slaagt het kapitalisme erin om een mondiaal systeem te worden.

“Als gelovige zie ik mislukkingen dan ook niet als uitingen van menselijk falen, maar als uitingen van menselijk pogen”

Niet dat er daartegen geen verzet is: over de hele wereld zie je sociale strijd. Maar die strijd is volkomen gefragmenteerd. Dat komt het zich ontwikkelende wereldkapitalisme mooi uit, natuurlijk. Die verbrokkeling wordt bovendien filosofisch onderbouwd door het postmodernisme in de sociale wetenschappen. Dat postmodernisme stelt dat er geen globale systemen bestaan en dat het gevaarlijk is om een sociale utopie na te streven. Daarmee ontneemt men de mensen die lijden onder het reëel bestaande kapitalisme één van de belangrijkste instrumenten om zich te ontdoen van hun verdrukking.

Niet de utopieën zijn gevaarlijk, maar het verdwijnen ervan?

Een utopie kan wel degelijk gevaarlijk zijn. Zodra men denkt dat ze hier, op aarde gerealiseerd kan worden, gaat het fout. Dat geldt niet alleen voor de sociale utopieën van de laatste eeuwen, maar ook voor veel religieuze bewegingen sinds de dertiende eeuw. Telkens mensen het Nieuwe Jeruzalem op aarde wilden installeren, is dat in een catastrofe geëindigd. Wie gelooft het patent te hebben op een perfect maatschappelijk systeem, die zal altijd weer een inquisitie nodig hebben om halsstarrige zondaars, ketters of ongelovigen te berechten.

Ik benader een utopie niet als een gestolde en voor eeuwig vastgelegde waarheid, maar als een dynamisch gegeven. Als het enige tegengif dat echt werkt tegen de erfzonde van onverschilligheid en onrechtvaardigheid. Een utopie is echter enkel geloofwaardig als ze opgebouwd wordt en dus ook bijgesteld kan worden. Als ze verstart tot een dogma, heeft ze geen betekenis meer. Er wordt momenteel een nieuwe, levende utopie opgebouwd door het uitbouwen van netwerken waarin basisbewegingen uit Noord en Zuid, uit Oost en West elkaar vinden en tot onderlinge uitwisseling kunnen komen.

Maken de culturele verschillen het niet onmogelijk om één, globale utopie uit werken?

De beweging die momenteel aandacht vraagt voor de culturele verschillen tussen mensen en volkeren brengt inderdaad een zeer terechte kritiek uit op het feit dat wij te uitsluitend westers geïnspireerde modellen voor ogen hadden. Verschillende volkeren hebben nu eenmaal verschillende visies op de manier waarop mensen met elkaar verbonden zijn en op hun relatie met natuur en bovennatuur. Die diversiteit moet een plaats krijgen bij het opbouwen van een wereldwijde utopie.

Maar er zijn ook gevaren aan het benadrukken van de culturele verschillen. Op de eerste plaats mag men niet de fout maken om van cultuur een vastgelegd gegeven te maken. Een cultuur is altijd een dynamisch geheel van ontwikkelingen. Wie dat ontkent, voedt het fundamentalisme -dat is ook een utopie, maar dan een averechtse.

Ten tweede mag de aandacht voor culturele diversiteit geen scherm zijn waarachter de economische én culturele overheersing door een globaliserend kapitalisme zich kan verschuilen. Ook de Haïtiaanse voodoocultuur bevindt zich in een wereld vol kapitalistische verhoudingen en producten. Daarmee onvoldoende rekening houden, ondermijnt juist de kansen van de Haïtianen om een eigen toekomstproject op te zetten.

Speelt religie een rol in de opbouw van een nieuwe utopie?

De Mexicaanse staatsuniversiteit -een zéér gelaïciseerd instituut- heeft daarover vorig jaar een seminarie georganiseerd. Het was een zeer interessante ontmoeting tussen gelovigen van allerlei afkomst. De gemeenschappelijke visie van de deelnemers was dat de godsdiensten een onvervangbare aanbreng zullen hebben in de volgende eeuw, op de eerste plaats op het vlak van de ethiek.

Ook het herstellen van de symbolen leek ons een belangrijke taak voor de godsdiensten. Want het bestaan van authentieke, menselijke symbolen wordt vandaag bedreigd door het feit dat ze binnen een commerciële context geplaatst worden. Zo worden symbolen uitgehold, opgebruikt en weggeworpen.

Religie zal in de toekomst zeer belangrijk zijn, tenminste als ze weerstaat aan de verleiding van de spirituele terugtrekkingsbeweging. De wereld wordt door heel veel mensen ervaren als een ontmenselijkende plek waaraan ze zelf niet kunnen ontsnappen en dus kiezen ze voor een godsdienst die daar helemaal buiten gaat staan. Maar op die manier verliest die zogenaamde ‘pure religie’ haar humaniserende kracht.

De mooiste symbolen uit onze christelijke traditie verwijzen juist naar de mogelijkheid om de wereld mooier te maken. Een plek waar de leeuw en het lam samenliggen. Een plek waar de heersers van hun troon gestoten worden. Een plek waar mensen in staat zijn om zelfs hun vijanden lief te hebben. Zolang de religieuze ervaring en de symbolische weergave ervan niet gedogmatiseerd worden, blijven ze de krachtigste utopie. Een geloof dat doden tot leven kan wekken.

Andere gesprekken die MO* had met François Houtart:

* Over tolerantie en geweldloosheid naar aanleiding van de Unesco Prijs eind 2009

* over de rol van de VN in het aanpakken van de financieel-economische crisis in 2009

* over een Green New Deal als antwoord op de crisis

 

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.