Greenpeace-activisten vervolgd in walvis-case
Het verzamelen van overtuigend bewijsmateriaal van illegale handel in walvisvlees dreigt erg nare gevolgen te hebben voor twee medewerkers van Greenpeace. Junichi Sato en Toru Suzuki onderschepten in 2008 in een bedrijfsloods een doos met gesmokkeld walvisvlees, en bezorgden ze aan het gerecht.
Dirk Voorhoof . 26 augustus 2009
Maar in plaats van de smokkel te onderzoeken, werden de twee zelf aangehouden en 26 dagen in voorarrest opgesloten. Nu worden ze vervolgd wegens diefstal en het betreden van privaat domein. De zaak is bekend als de ‘Tokyo Two case’ en lokte al heel wat internationaal protest uit.
Er waren al jaren duidelijke aanwijzingen dat een Japans onderzoeksinstituut, vooral gefinancierd door de overheid, op illegale wijze walvissen ving, in strijd met internationale verdragen. Een voormalig bemanningslid van het schip Nisshin Maru lekte informatie omtrent de wijze waarop het walvisvlees op de zwarte markt terecht kwam.
Greenpeace probeerde al lange tijd bewijzen te vinden voor die walvissmokkel. De officiële weg via openbaarheid van bestuur leverde echter niets op en de overheden bleven elke informatie in verband met de organisatie van de “wetenschappelijke” walvisvangst weigeren.
De vervolging van Sato en Suziki toont aan dat de Japanse autoriteiten de walvissmokkel in de doofpot willen stoppen. Door van een kleine overtreding door twee milieuactivisten een ernstig misdrijf te maken riskeert Japan fundamentele mensenrechten te schenden.
In deze zaak gaat het immers om het recht op een eerlijk proces en vooral ook om het recht van ngo’s om zaken van maatschappelijk belang onder de aandacht van het publiek en de overheid te brengen. Netwerken door ngo’s en anderen is nodig om het chilling effect in deze zaak te voorkomen en om in mondiaal perspectief mensenrechten in de praktijk, en niet enkel op papier, beschermd te zien.
Recent gaven Dirk Voorhoof (professor mediarecht Ugent) en Inger Høedt Rasmussen (Legal Human Academy) naar aanleiding van deze zaak in Japan enkele presentaties over de rol van ngo’s en expressievrijheid, openbaarheid van bestuur en de grenzen van onderzoeksjournalistiek.
Er waren al jaren duidelijke aanwijzingen dat een Japans onderzoeksinstituut, vooral gefinancierd door de overheid, op illegale wijze walvissen ving, in strijd met internationale verdragen. Een voormalig bemanningslid van het schip Nisshin Maru lekte informatie omtrent de wijze waarop het walvisvlees op de zwarte markt terecht kwam.
Greenpeace probeerde al lange tijd bewijzen te vinden voor die walvissmokkel. De officiële weg via openbaarheid van bestuur leverde echter niets op en de overheden bleven elke informatie in verband met de organisatie van de “wetenschappelijke” walvisvangst weigeren.
Doofpot
De vervolging van Sato en Suziki toont aan dat de Japanse autoriteiten de walvissmokkel in de doofpot willen stoppen. Door van een kleine overtreding door twee milieuactivisten een ernstig misdrijf te maken riskeert Japan fundamentele mensenrechten te schenden.
In deze zaak gaat het immers om het recht op een eerlijk proces en vooral ook om het recht van ngo’s om zaken van maatschappelijk belang onder de aandacht van het publiek en de overheid te brengen. Netwerken door ngo’s en anderen is nodig om het chilling effect in deze zaak te voorkomen en om in mondiaal perspectief mensenrechten in de praktijk, en niet enkel op papier, beschermd te zien.
Recent gaven Dirk Voorhoof (professor mediarecht Ugent) en Inger Høedt Rasmussen (Legal Human Academy) naar aanleiding van deze zaak in Japan enkele presentaties over de rol van ngo’s en expressievrijheid, openbaarheid van bestuur en de grenzen van onderzoeksjournalistiek.
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2790 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Nieuws
-
Nieuws
-
De Ontwikkelaars
-
Reportage
-
Nieuws
-
Nieuws