Haviken in Washington overvleugeld

2007 zal de Amerikaanse geschiedenis ingaan als het jaar dat de ‘haviken’ in de buitenlandse politiek van de VS werden overvleugeld door de ‘realisten’. De figuur die de haviken een toontje lager deed zingen is Defensieminister Robert Gates, die eind 2006 Donald Rumsfeld afloste en ervoor zorgde dat Washington met de “schurkenstaten” aan de onderhandelingstafel gingen zitten
De neergang van de haviken is voor een stuk het gevolg van de mislukking van de politiek die ze hadden uitgestippeld: in Irak, in het Midden-Oosten en in Noord-Korea. Maar ook individuen spelen een doorslaggevende rol. De situatie kantelde toen Defensieminister Donald Rumsfeld, de grote pleitbezorger van de oorlog in Irak, zich zo onmogelijk had gemaakt dat president George Bush hem moest laten vallen na tegenvallende verkiezingsresultaten voor de republikeinen.

In de plaats kwam voormalig CIA-directeur Robert Gates, een vriend van vader Bush en diens veiligheidsadviseur Brent Scowcroft, de aartsvijand van de neoconservatieven. Gates zette de voorzichtige terugkeer naar een meer ‘realistische’ buitenlandse politiek na het mislukte avontuur in Irak in een hogere versnelling.

Hij begon met de administratie van het Pentagon te zuiveren van elementen die actief hadden meegewerkt om de neoconservatieve agenda van Rumsfeld en vicepresident Dick Cheney uit te voeren. In de plaats kwamen meer onafhankelijke officieren, met name de huidige voorzitter van de gezamenlijke chefs van staven, admiraal Michael Mullen, en de baas van het Centrale Commando (CENTCOM) van het VS-leger, admiraal William Fallon.

Tot grote frustratie van de neoconservatieven spraken de twee bevelhebbers zich dit jaar uit tegen een mogelijk militair optreden in Iran. In september noemde Fallon het “constante oorlogsgetrommel” van de haviken “weinig nuttig.” Toen Cheney enkele weken later beweerde dat Teheran rechtstreeks verantwoordelijk was voor aanvallen door sjiitische milities op Amerikaanse soldaten, waren de hoge officieren de eerste om die stelling te ontkrachten.

Gates had ook de hand in enkele strategische benoemingen bij de CIA en op het ministerie van Buitenlandse Zaken. Een van zijn mannetjes is admiraal Mike McConnell, die in januari benoemd werd tot Directeur van de Nationale Inlichtingendiensten en zo aan het hoofd kwam van de zestien inlichtingendiensten die de VS rijk zijn. Het waren McConnell en Gates die ervoor zorgden dat in november het interne rapport werd gepubliceerd waaruit blijkt dat Iran niet zo’n acute nucleaire bedreiging vormt als de haviken altijd hebben beweerd.

Steun voor Rice

De komst van Gates heeft ook de positie versterkt van minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice. Tijdens de oorlog tussen Israël en de Hezbollah in 2006 moest Rice haar bedenkingen over de diplomatieke kost van een aanslepend conflict nog inslikken onder druk van de tandem Cheney-Rumsfeld. Met Gates in de plaats van Rumsfeld slaagde ze er in februari 2007 in de presidentiële zegen te krijgen voor een nucleair akkoord met Noord-Korea.

De invloed van Gates werd nog duidelijker in de Midden-Oostenpolitiek, waar Rice twee voorstellen kon overnemen die waren geformuleerd door de Irak Study Group (ISG), een groep van wijzen onder leiding van James Baker, de voormalige Buitenlandminister van Bush senior, waar Gates zelf deel van had uitgemaakt. De ISG riep de regering op om directe gesprekken aan te knopen met Teheran en om het vredesproces in Israël opnieuw op het spoor te zetten, wat in 2007 gebeurde met de top in Annapolis.

Een derde aanbeveling, de terugtrekking van Amerikaanse troepen tegen het voorjaar van 2008, werd door Bush afgewezen ten voordele van de strategie van de ‘surge’, de versterking van de Amerikaanse troepenmacht in Irak met 30.000 soldaten. Gates heeft intussen wel aangekondigd dat hij de Amerikaanse aanwezigheid in Irak tot eind 2008 wil afbouwen met 5.000 soldaten per maand. Dat zou betekenen dat er, bij het aantreden van een nieuwe president in januari 2009, nog maar een relatief klein contingent gevechtstroepen zou overblijven.

Onder Gates zijn de VS ook een meer diplomatische koers beginnen varen tegenover China en Rusland. De Defensieminister werkt daarbij nauw samen met zijn collega Rice op Buitenlandse Zaken. Vorige maand nog vroeg hij om meer geld voor Buitenlandse Zaken, omdat er in de strijd tegen de terreur niet genoeg gebruik was gemaakt van “soft power”.

In de oren van de neoconservatieven klonk dat als een vloek en Gates deed er vorige week nog een schepje bovenop in de Washington Post. “We leven in een multipolaire wereld”, zei hij tegen journalist Jim Hoagland. Die stelling gaat lijnrecht in tegen de neoconservatieven, die vinden dat er voor de VS een unieke leidersrol is weggelegd.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.