Hernieuwbare energiebronnen nog lang geen werkelijkheid

Op de Wereldtop over Duurzame Ontwikkeling die
eind augustus in Zuid-Afrika begint, gaan de Latijns-Amerikaanse landen het
engagement verdedigen om tegen 2010 10 procent schone energie te
verbruiken. Ze worden daarbij blijkbaar niet afgeschrikt door het feit dat
in Latijns-Amerika nu nog niet eens één procent van zijn energie uit
hernieuwbare bronnen haalt.


Net als 30 jaar geleden gebruikt het continent vooral fossiele
brandstoffen. In landen als Brazilië en Venezuela speelt waterkracht wel
een belangrijke rol bij de opwekking van stroom. Maar wanneer het de
regeringen menens is met de tienprocentnorm, wacht hen nog een bijzonder
lastige taak, zo waarschuwen experts. Traditie en infrastructuur
bevoordelen fossiele brandstoffen, zo blijkt uit een studie van de
Organisatie van Amerikaanse Staten. Bij de verbranding van olie, steenkool
en gas komt koolstofdioxide vrij, een van de gassen die bijdraagt tot de
opwarming van de aarde.

In 2000 steeg het verbruik van petroleum in Latijns-Amerika en de Caraïben
met 1,75 procent. De natuur heeft een miljoen jaar nodig gehad om de
hoeveelheid brandstof te maken die de mensheid op één dag verstookt.
Bovendien is de consumptie in de twintigste eeuw 1.500 keer toegenomen,
waarschuwt Claudia Sheinbaun, milieuminister van Mexico-stad.

Toch is duurzame energie niet helemaal onbestaande in Latijns-Amerika.
Waterkracht is goed ingeburgerd, maar niet onomstreden milieugroepen
vinden dat er zoveel natuur en mensen voor de stuwmeren moeten wijken, dat
de stroom uit waterkrachtventrales niet als “proper” kan gelden. Maar er
zijn alternatieven. In El Salvador zet de elektriciteitsmaatschappij
Empressa Eléctrica del Norte een gemiddelde van 27 miljoen ton
suikerrietafval om in genoeg stroom voor 30.000 gebruikers. In de
Argentijnse stad Comodoro Rivadavia levert windenergie een derde van de
energie voor 150.000 inwoners. Ook in Chili, Brazilië, Ecuador en Guatemala
staan er windmolens en in Brazilië, Costa Rica, Honduras en Guatemala
werden wetten goedgekeurd om de ontwikkeling van alternatieve
energiebronnen te stimuleren.

Het grootste probleem in de regio blijft de economische kwetsbaarheid.
Argentinië had een sterk wetgevend kader, maar de toestand nu is
hopeloos, getuigt Greenpeace-activist Juan Carlos Villalonga. Een wet van
vorig jaar bepaalde dat een deel van de elektriciteitsopbrengst naar de
ontwikkeling van windenergie moest gaan. Tot de economie instortte en het
geld naar de aflossing van buitenlandse schulden ging.

In Mexico is het aandeel van alternatieve energie, 0,004 procent, vrijwel
onbestaande. Tot woede van milieuorganisaties opende de regering van
president Vincente Fox in 2001 zes bijkomende centrales die op petroleum
werken. Wetsvoorstellen om investeringen in de energiesector aan te
moedigen, bevatten geen stimulansen om schone energiebronnen te ontwikkelen.

Ook in Venezuela, een groot voorstander van de tienprocentnorm, zijn er
geen plannen in die zin. Het land voert aan dat 60 procent van zijn
stroomproductie afkomstig is van hydro-elektrische centrales en dus
schoon is. Milieugroepen delen die visie niet omdat de aanleg van
stuwdammen gepaard gaat met ernstige ingrepen in de omgeving. Andere vormen
van alternatieve energie komen, net als in Chili, zelfs niet in de
statistieken voor.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.