Honger tegen 2015 niet gehalveerd

Gezien de toenemende voedselonveiligheid ziet het er niet naar uit dat Latijns-Amerika en de Caraïben erin zullen slagen het aantal mensen met honger te halveren tegen 2015. Daarvoor gaat er te weinig ontwikkelingsgeld naar mensen op het platteland. “Aan dit tempo bereiken we het hongerdoel in nog geen 150 jaar”, stelt Alfredo Puig, de ambassadeur van de VN-voedselorganisatie FAO in Cuba.

Ministers van 33 Caraïbische, Centraal- en Latijns-Amerikaanse landen maakten vorige week in Guatemala-stad een ontnuchterende balans op. In 1996 beloofden de wereldleiders op een FAO-top in Rome het aantal mensen met honger, 842 miljoen in de hele wereld, te halveren. Voor de bijna zestig miljoen hongerigen in Latijns-Amerika en de Caraïben betekent dat een reductie met 30 miljoen.

De statistieken geven echter aan dat er in 2015 nog altijd 49 miljoen niet genoeg te eten zullen hebben. De problemen zijn het grootst in Centraal-Amerika. Het aantal ondervoede mensen steeg er in de jaren negentig van vijf tot zevenenhalf miljoen.

Een belangrijk aspect van het hongerprobleem is volgens Puig het feit dat 70 procent van de hongerigen op het platteland woont. De regeringen en internationale donors investeren hun ontwikkelingsgeld vooral in de steden. Gustavo Gordillo, de FAO-directeur voor Latijns-Amerika, moet vaststellen dat de financiële middelen voor het platteland in de voorbije tien jaar gestaag gedaald zijn”.

Het ongenoegen van de plattelandsbewoners was buiten de conferentieruimte duidelijk merkbaar. De katholieke bisschop Alvaro Ramazzini van het noordelijke departement San Marcos voerde een betoging van duizenden boeren aan. “De FAO wordt gedomineerd door bureaucraten die veel geld spenderen aan nutteloze reisjes en vergaderingen”, zei Ramazzini.

De katholieke bisschop verweet de FAO een landbouwmodel te steunen dat eenzijdig is gericht op export en niets onderneemt tegen grootgrondbezit: “In Guatemala maakt dat systeem een handvol mensen heel rijk en de meerderheid straatarm”. Ramazzini prees de Noord-Europese landen die hun engagement nakomen om 0,7 procent van het bruto binnenlands product te spenderen aan ontwikkelingshulp.

FAO-directeur-generaal Jacques Diouf bevestigt de negatieve trend in de financiering van de strijd tegen de honger. Openbare geldbronnen als ontwikkelingssteun zijn in de jaren negentig bijna gehalveerd. Toch zijn er landen met bijzondere belangstelling voor het platteland die daarvoor op de steun kunnen rekenen van de FAO. Voorbeelden zijn het “Nulhonger”-programma in Brazilië en het Guatemalteekse “anti-hongerfront”. De FAO steunt ook programma’s van boeren voor irrigatie en diversificatie van landbouwgewassen. (mc)

Jorge A. Grochembake

Xml=7

Ref: la ca if dv if

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.