"Ik ben het beu als 'Marokkaanse' schrijver behandeld te worden"

“Het voelt uitstekend om allochtoon te zijn. Het is altijd goed een stukje grond in je te dragen dat uit andere streken komt.” Dat zei de Nederlands-Marokkaanse schrijver Hafid Bouazza in het Amsterdamse café waar Saddie Choua hem midden oktober opzocht. Op de vraag waarom Bouazza schrijver wilde worden, antwoordde hij - zoals steeds - nogal laconiek: “Het is een juiste bewering dat je roeping jou uitkiest en niet jij je roeping.”
Hafid Bouazza schreef zijn eerste verhaal op zijn elfde. Hij debuteerde op zijn 26ste, nu zes jaar geleden, met de roman ‘De voeten van Abdullah’. Met schrijven blijkt Bouazza overigens geen enkel probleem te hebben – zijn productie is zowel kwantitatief als kwalitatief behoorlijk indrukwekkend. Om erkenning zit hij ook al niet verlegen. Hoe de allochtone gemeenschap reageert, interesseert hem overigens niet: “Ik onderken alleen maar lezers.” Al zegt Bouazza zelf: “Ik heb het makkelijker gehad omdat ik debuteerde in een tijd dat Nederland meer keek naar achtergrond van de schrijver dan naar zijn talent.”

Je produceert een breed gamma: romans, po’zie, theater…

Hafid Bouazza: Poëzie schrijf ik niet, maar ik vertaal ze wel. Theater doe ik in opdracht en ik ben nu ook met een opera libretto bezig. Het woord is gevarieerder dan je zou denken en ik heb het woord de totale liefde verklaard.

Je hebt Arabisch geleerd en gedoceerd. Maar je schrijft je boeken in het Nederlands … In hoeverre drukt de Arabische taal haar stempel op jouw manier van schrijven?

In het Arabisch zijn de flexibele woordspelingen die in het Nederlands mogelijk zijn, niet mogelijk. Ik denk dat elke kunstenaar zich bewust is van de beperkingen van zijn medium en dat het onderdeel is van het kunstenaarschap om die beperkingen te doorbreken. Ik wil dat mensen niet alleen horen, maar ook zien. Richard Strauss stond erop dat je in een van zijn muziekstukken kon horen dat een klank ‘rood’ is. Men zegt ook dat ik moeilijke, barokke taal gebruik. Dat is niet zo, ik gebruik woorden om precies weer te geven wat ik wil zeggen. Men kleeft nogal gemakkelijk de term ‘barok’ op iets wanneer je gewoon aandacht schenkt aan je taal.

Beschouw jij jezelf als een Nederlands, een Marokkaans of een allochtoon schrijver? Bestaat er volgens jou iets als fusion-literatuur?

Ik ben het beu dat ik als Marokkaans schrijver word behandeld. Ik ben liever een goede schrijver dan een Marokkaanse schrijver. Voor mij bestaat er enkel literatuur. Punt. Sommigen verweten me dat er in ‘Solomon’ geen allochtoon voorkomt. Ik ben daar niet mee bezig. Anderen vonden mijn debuutroman ‘De voeten van Abdullah’ veel leuker, veel zondiger en exotischer ook, maar ik doe daar niet aan mee. Mijn leesvoorkeur wordt niet ingegeven door de afkomst van de schrijver, maar via de muziek die mij tegemoet komt als ik een boek open. Literatuur is literatuur. Voor maatschappelijke problemen moeten maatschappelijke oplossingen komen, laten we daar a.u.b. de literatuur niet voor misbruiken. Literatuur moet niet de democratie weerspiegelen, literatuur weerspiegelt alleen individuele geesten. Fusion-literatuur? Die zou alleen kunnen bestaan als men specifieke zaken van verschillende soorten literatuur zou kunnen vermengen en dat is allang gebeurd. Science fiction, thriller, detective – elk genre is wel door een groot schrijver (Nabokov, James Joyce, Borges …) gebruikt voor eigen literaire doeleinden. In de literatuur bestaan geen nationaliteiten, alleen talent. Je werk is in grote mate taboedoorbrekend. Men zegt dat mijn werk taboedoorbrekend is. Dat is niet speciaal de bedoeling, ik schrijf gewoon over een aantal dingen en probeer dat met humor te doen. Anderen vinden dan dat ik dingen aan de kaak stel. Voor mij bestaan er geen taboes en daarom voel ik mij geen taboedoorbreker. Men zegt ook altijd: “Wat moedig dat je over zulke dingen durft te schrijven”. Waarom zou je over een aantal dingen niet mogen schrijven? Schaamte? Daar hoef je je als schrijver toch niets van aan te trekken. Maar als je gevangen zit in een gemeenschap – in dit geval de moslimgemeenschap – kan ik mij voorstellen dat je met taboes te maken hebt. De islam is voor mij een veel te klein gebied om mij mee bezig te houden.

Eén taboe behandel je nauwelijks: racisme … Hoe komt dat? Denk je dat er een toenemende afwijzing is van ‘migranten’?

In Nederland wil men de termen allochtoon-autochtoon veranderen, die zouden een te negatieve betekenis hebben. Ondertussen zijn ze allemaal de revue gepasseerd: gastarbeider, nieuwe Nederlander, medelander en nu: etnische Nederlander. Alsof dat iets gaat veranderen, men blijft het verschil maken en de echte problemen blijven onaangeroerd. Wanneer komt het moment dat het gewoon Nederlanders zijn? Op zich vind ik die benaming ook niet zo belangrijk, hoe je het ook noemt – de problemen blijven dezelfde. Maar ik denk niet dat er een toenemende mate van afwijzing is. Ik geloof dat mensen enkel wakker worden en zich niet meer laten begoochelen door het slachtofferschap dat migranten lange tijd tot handelskenmerk hebben genomen. Er bestaat maar één remedie tegen racisme: bewijs dat je het land van de racisten liefhebt en dat dat land meer aan jou heeft dan aan de racisten. Als je gediscrimineerd wordt, moet je laten zien dat het ook je land is. Er waren tijden dat je met zogenaamde ‘exotische’ verhalen makkelijk het noordelijk hart en het onopgemaakte bed van een Nederlandse vrouw kon winnen, maar we weten nu dat wij komen uit een land van cactus en droogte, niet van vliegende tapijten en wonderlampen. Met het creëren van dat soort verleden, van dat Marokko, kom je geen stap vooruit. Een cultuur ontstaat nog altijd in contact met andere culturen. De derdegeneratiecultuur in Nederland moet nog beginnen.

Hafid Bouazza heeft liever geen identiteit. “Als je zegt: dit is mijn identiteit, houdt dat in dat een identiteit iets statisch is. Maar voor mij verandert een identiteit door omstandigheden, een persoon blijft nooit dezelfde.” Aan het feit dat men overal exotisme in zijn werk ziet, heeft hij een gloeiende hekel. “Waarom spreekt men niet over exotisme wanneer Nederlanders over het katholicisme schrijven? In ‘De voeten van Abdullah’ wordt de spot gedreven met imams die seks hebben met jongetjes. Iemand vergeleek dit met priesters, maar westerlingen denken dan graag dat het iets met de islam zelf te maken heeft. Dat zijn sjablonen die je overal terugvindt, het is universeels. Nederlanders zijn niet meer in staat het exotisme in hun eigen kunst te vinden.”

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.