Indiase oppositie vormt front tegen Wal-Mart

De Indiase regering besliste eerder deze week dat Wal-Mart, de grootste supermarktketen ter wereld, actief mag worden in India. India laat buitenlandse ondernemingen niet toe op eigen houtje supermarkten of andere directe verkooppunten te openen, maar groothandelsactiviteiten of joint ventures met Indiase distributeurs kunnen wel. Wal-Mart ging een joint venture aan met Bharti Enterprises, een Indiaas concern dat vooral sterk staat in de telecommunicatiesector.

De twee Indiase communistische partijen die onmisbaar zijn om de Indiase minderheidsregering overeind te houden, vinden dat Wal-Mart een achterpoortje gebruikt om voet aan de grond te krijgen in de Indiase detailhandel.

“Wal-Mart gebruikt zijn Indiase partner gewoon als façade,” zegt D. Raja, algemeen secretaris van de Communistische Partij van India (CPI). Raja zegt dat zijn partij er bij de regering op heeft aangedrongen Wal-Mart niet binnen te laten.

De nog wat grotere Marxistische Communistische Partij van India (CPI-M) gelooft dat de regering niet lang meer nee zal blijven zeggen tegen directe buitenlandse investeringen in de detailhandel. Dat ziet de partij niet zitten. “De expansie van Wal-Mart heeft zelfs in de VS geleid tot de sluiting van kleine winkels en de verpaupering van arme gemeenschappen”, zegt de partij in een verklaring. “Gelet op de massale werkloosheid in dit land zijn investeringen als die van Wal-Mart het laatste wat de Indiase economie nodig heeft.”

De Bharatiya Janata-partij (BJP), de grootste oppositieformatie, tekent ook verzet aan. Zij wil de belangen verdedigen van kleine Indiase handelaars, een belangrijk deel van haar achterban.

Indiase kranten schrijven dat Bharti en Wal-Mart de komende jaren meer dan een miljard euro willen investeren in honderden nieuwe winkels. De Indiase detailhandel zet ruim 166 miljard euro om, maar 96 procent van dat bedrag is nog voor rekening van kleine winkeliers. In al die kleine winkeltjes om de hoek werken meer dan 40 miljoen mensen.

Wal-Mart is niet de eerste distributiemultinational die opduikt in India. Het Duitse Metro en ShopRite uit de VS hebben geïnvesteerd in groothandelsvestigingen. Dairy Farm and Marks en Spencer zijn samengegaan met Indiase bedrijven. En de Indiase textielbedrijven Arvind Mills en Madura Garments werken samen met de eigenaars van internationale merken als Tommy Hilfiger and Esprit.

De Indiase zakenwereld is verdeeld over de zaak. Kleinhandelaars vrezen voor hun toekomst, maar ondernemersverbanden wijzen op de schitterende perspectieven in de sector. De Indiase consumentenmarkt groeit als kool, zegt Vivek Bharati, een adviseur van de Federatie van Indiase Kamers van Koophandel en Industrie. Kleine bedrijven hebben volgens hem ook voordelen door hun inplanting dicht bij de mensen. Bharati gelooft niet dat er veel kruideniers over kop zullen gaan.

Ook Indiase producenten kunnen wel varen bij de komst van de supermarktgigant. Wal-Mart koopt tegenwoordig in India al voor 1,1 miljard euro goederen in, en dat cijfer de komende jaren kunnen stijgen tot 7,5 miljard.

De regering hoopt dat de Indiase consumenten door de komst van de moderne supermarktketens zullen kunnen profiteren van lagere prijzen en de keuze krijgen tussen meer en betere producten. Tegenstanders zeggen dat de ervaringen in andere landen op dat vlak niet veel hoop bieden.