Irak: de tol van vijf jaar oorlog

De oorlog in Irak eist nog elke dag slachtoffers. De armoede die het gevolg is van oorlog, bezetting en verzet blijft meestal onzichtbaar, maar treft veel meer mensen. Volgens Oxfam International leven vier miljoen Iraki’s met voedselonzekerheid, en de twee miljoen ontheemden binnen Irak horen daar zeker bij aangezien zij meestal niet in aanmerking komen voor het rantsoensysteem. Caritas meldt bovendien dat het aantal ondervoede kinderen de jongste jaren sterk is toegenomen: van 19 procent voor de invasie –toen een gevolg van de jarenlange economische blokkade– tot 28 procent in 2007. Meer dan 11 procent van de pasgeboren baby’s wogen te weinig vorig jaar, terwijl dat in 2003 hooguit 4 procent was.
Het Iraakse ministerie voor Planning deed een jaar geleden een onderzoek naar armoede en stelde daarbij vast dat 43 procent van de Iraki’s in absolute armoede leven. De Verenigde Naties berekenden intussen dat 70 procent van de Iraki’s verstoken zijn van zuiver drinkwater en dat 80 procent geen betrouwbare sanitaire voorzieningen meer heeft. Wie door dit alles in het ziekenhuis belandt, heeft ook al geen geluk. Volgens de VN mankeren de basisvoorzieningen voor medische en heelkundige ingrepen in 90 procent van de 180 ziekenhuizen.
Oxfam publiceerde in januari ook een rapport over de toestand in Afghanistan, waar de oorlog en de aanwezigheid van internationale troepen al hun zevende jaar zijn ingegaan. Sinds 2001 kreeg Afghanistan zo’n 15 miljard dollar buitenlandse steun –een peulschil in vergelijking met de kosten van militaire operaties die in 2007 voor de VS alleen 35 miljard dollar bedroegen. De hulp is bovendien niet erg effectief, schrijft Oxfam, omdat de programma’s te veel van bovenuit gedirigeerd worden én omdat tot 40 procent van de hulp het land opnieuw verlaat als lonen voor dure buitenlandse consultants. De landbouw, waar zowat 80 procent van de bevolking van afhangt, ontvangt gemiddeld 4 procent van de buitenlandse hulp. (gg)
www.oxfam.org
zie ook: www.geenoorlog.be