Irakees parlement moet immuniteit huurlingen opheffen

Op 30 oktober 2007 ontving het Irakees parlement het wetsvoorstel dat de immuniteit van buitenlandse privémilities ongedaan maakt. Deze wet zou decreet 17 opheffen dat tot stand kwam onder de Amerikaanse Coalition Provisional Authority (CPA), die Irak van 12 mei 2003 tot 28 juni 2004 bestuurde.
Volgens de internationale mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch kan de goedkeuring van het parlement de straffeloosheid van private militaire bedrijven beëindigen. Het wetsvoorstel is een van de talrijke omstreden kwesties waarvoor het Irakees parlement moeilijk een meerderheid vindt. Human Rights Watch spoort de Irakese wetgevers aan om het voorstel zo snel mogelijk goed te keuren.
“Het Amerikaanse bewind heeft een wettelijk vacuüm gecreëerd dat buitenlandse contractanten toelaat om zich in Irak aan ernstige misdaden schuldig te maken zonder angst voor een straf”, zo zegt Sarah Leah Whitson, verantwoordelijke voor het Midden-Oosten bij Human Rights Watch.

Internationale aandacht

Op 16 september 2007 kwamen zeventien Irakese burgers om toen de Amerikaanse veiligheidsfirma Blackwater het vuur opende in Bagdad. Door het tragische incident kwam de straffeloosheid van de privémilities onder internationale aandacht.
Human Rights Watch eist dat de Amerikaanse regering de mensen vervolgt die misdaden gepleegd hebben tegen Irakese burgers. Volgens de Amerikaanse wetgeving kunnen werknemers van het Departement van Defensie (DOD) hiervoor veroordeeld worden. Ondanks de talrijke rapporten van schietpartijen zonder enige aanleiding in Irak, heeft de Amerikaanse regering tot op vandaag geen enkele huurling verantwoordelijk gesteld.
Onder de meer dan 100.000 contractanten in Irak zijn er 48.000 werknemers van private militaire bedrijven.
zie ook het artikel over Private Military Companies in MO*49.