Liberia krijgt schuldverlichting, Congo moet wachten

Voor de Democratische Republiek Congo (DRC) was er minder rooskleurig nieuws. Nadat de beslissing dinsdag een dag was uitgesteld, gebeurde dat woensdag opnieuw. De president van DRC, Joseph Kabila, had gehoopt op een positief besluit voorafgaand aan de viering van de vijftigste verjaardag van de onafhankelijkheid van België, gisteren (woensdag).
Op verzoek van Canada werd de beslissing over de schuldverlichting van 8 miljard dollar echter vooruitgeschoven. Koper en kobalt gooiden roet in het eten.  Een juridisch geschil tussen het Canadese First Quantum Minerals en de Congolese regering over het eigendom van  delfstoffen zou de belangrijkste reden zijn voor het Canadese verzoek om uitstel.
Critici vinden dat schuldverlichting niet afhankelijk mag zijn van een commerciële deal. Maar Canada beweert dat het zijn investeringen in Congo moet beschermen en toont zich bezorgd over het bestuur en de wetshandhaving in DRC.
Het koper- en kobaltproject zou naar verluidt in september stilgelegd zijn door DRC. Vorige maand trok het Congolese Hooggerechtshof de rechten van First Quantum op twee andere mijnen in.

Excessieve schulden

In Liberia liep het anders. Het land heeft volgens de Wereldbank en het IMF de armoedereductiestrategie die wordt opgelegd aan de armste landen volgens het HIPC (Heavily Indebted Poor Countries Inititiative)  “succesvol geïmplementeerd en wist een stabiele macro-economische omgeving te handhaven, ondanks de wereldwijde economische crisis.”
Door de schuldverlichting komt er naar verwachting geld vrij om sociale diensten weer op te bouwen na een jarenlange burgeroorlog.
“Liberia kan nu extra bronnen aanboren om het wegen- en elektriciteitsnetwerk weer op te bouwen. Die infrastructuur is nodig voor economische groei. Tegelijkertijd kan verder gewerkt worden aan het uitbreiden van de gezondheidszorg en het onderwijs”, zei Chris Lane van het IMF over het besluit. “Liberia zal ook in staat zijn zijn eigen financiële markt verder te ontwikkelen en particulier spaargeld te gebruiken voor productieve doeleinden.”
Het HIPC-programma werd in 1996 gelanceerd omdat excessieve schulden van arme landen de ontwikkeling ondermijnden. Critici stellen echter dat landen die voordeel willen hebben van het HIPC, aan teveel eisen moeten voldoen en dat er tot nu toe weinig schulden werden kwijtgescholden.
Liberia heeft volgens het IMF en de Wereldbank het “voltooiingspunt” bereikt en komt daardoor in aanmerking voor verdere schuldvermindering door de Wereldbank, het IMF, de Afrikaanse Ontwikkelingsbank en het EU Special Debt Relief Initiative.