Militarisering Amerikaanse grens verdeelt migrantenbeweging

De Amerikaanse regering “heeft elk recht troepen naar de grens te sturen”, vindt de Salvadoraanse president Antonio Saca. Rubén Aguilar, de woordvoerder van de Mexicaanse president Vicente Fox, zegt zelfs dat de VS Mexico “verzekerd hebben” dat er geen sprake is van een “militarisering” van de grens. Daarom is Mexico ook niet van plan verzet aan te tekenen tegen de beslissing. Mexico zal wel gerechtelijke actie ondernemen als de National Guard illegale migranten begint vast te houden. Veruit de meeste Amerikaanse migranten komen uit Mexico.

“Dit is wel degelijk militarisering”, antwoordt Enrique Morones, de stichter van de Border Angels, een Amerikaanse hulporganisatie die het opneemt voor Mexicanen die via een gevaarlijke tocht door de woestijn bij San Diego de oversteek naar de VS wagen. “Dit vertrekt van de idee dat migranten vijanden, zijn, en dat is niet aanvaardbaar. We gaan opnieuw de straat op als de conservatieven verder gaan met hun pogingen om ons de criminaliseren.”

Migrantenorganisaties in de VS betoogden de voorbije weken massaal voor een betere behandeling van mensen zonder papieren in de VS. Ze kregen daarbij steun van de Latijns-Amerikaanse herkomstlanden van het merendeel van die inwijkelingen.

In januari beslisten de regeringen van Colombia, de Dominicaanse Republiek, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua en Panama samen op te komen voor een versoepeling van de Amerikaanse migratiewetgeving. Hun standpunten komen grotendeels overeen met de eisen van migrantenwegingen en progressieve politici in de VS.

Maar nu scheiden de geesten zich. “We kunnen geen front vormen met landen die zich niet uitspreken tegen de oorlog die (de Amerikanen) willen ontketenen tegen migranten”, zegt Morones van de Border Angels.

Politici van de oppositie in Mexico spreken ook harde taal. De Amerikaanse beslissing om soldaten naar de grens te sturen, “is te vergelijken met het racisme dat de Nazi’s aan de dag legden tegenover de joden”, vindt Guadalupe Acosta, de secretaris van de linkse partij PRD die de volgende Mexicaanse president zou kunnen leveren.

Het is 86 jaar geleden dat de Amerikaanse regering nog troepen van de National Guard naar de Mexicaanse grens stuurde. In 1916 en 1920 moesten die de infiltratie van Mexicaanse revolutionairen tegengaan. De National Guard is een korps van reservisten die door de deelstaten worden gerekruteerd; de federale overheid staan in voor hun uitrusting. Beide overheden kunnen een beroep doen op de eenheden van het korps.

President George W. Bush preciseerde maandagavond dat de reservisten enkel de 12.000 leden van de grenswacht zullen bijstaan en zelf geen wapens gaan dragen. Voor een periode van één jaar zullen de manschappen van de National Guard bewakingssystemen bedienen die verdachte bewegingen langs de 3.200 kilometer lange grens melden, hekken oprichten en andere barrières opwerpen, wegen aanleggen voor grenspatrouilles en grenswachters opleiden.

Bush zei ook dat hij zal blijven aandringen op hervormingen van de migratiewetgeving die vreemdelingen vlotter voor een beperkte tijd in het land zouden laten. De Amerikaanse senaat heeft intussen de behandeling weer opgenomen van een wetsvoorstel dat de meeste migranten zonder papieren uitzicht biedt op een tijdelijke verblijfsvergunning en zelfs op inburgering. Maar in december keurde het Huis van Afgevaardigden een ander voorstel goed dat illegale migranten en de mensen die hen helpen criminaliseert. Beide wetsvoorstellen hebben ook als bedoeling de grens hermetischer af te sluiten. Nu raken elk jaar 400.000 migranten de VS heimelijk binnen.

Volgens cijfers die de Amerikaanse overheid deze maand bekend maakte, leven er 42,7 miljoen mensen van Latijns-Amerikaanse afkomst in de VS. Tussen juli 2004 en juli 2005 steeg dat aantal met 1,3 miljoen. Dat was de helft van de totale bevolkingsgroei in de VS. (PD)