Neushoorn ook in musea niet langer veilig

Begin deze week waarschuwde het Wereldnatuurfonds (WWF) dat 2011 een recordjaar dreigt te worden voor de stroperij op de neushoorn, gevoed door een stijgende vraag naar de hoorn in Azië.

Ook in de Europese musea blijken de dieren niet langer veilig: dinsdag hebben drie mannen in het Museum voor Natuurwetenschappen in Brussel de kop van een zwarte neushoorn (Diceros Bicornis), uit de zoogdierenzaal gestolen. Een handlanger wachtte het drietal op in een wagen aan de achterkant van het Museum.

Een suppoost had drie verdachte individuen opgemerkt en verwittigde zijn collega’s, maar de dieven handelden zeer snel en konden ontsnappen met de klaarstaande wagen.  Het museum schat de wetenschappelijke waarde van het stuk op 15.000 tot 17.000 euro, maar volgens Isabelle Van Loo van het museum is het de dieven om de hoorn te doen. “Er zijn de voorbije maanden meer diefstallen geweest in verschillende Europese musea”, zegt ze. “Het gaat telkens om neushoorns.”

Vorige maand gingen dieven aan de haal met de kop van een neushoorn uit het Zoölogisch Museum van de Universiteit van Luik. De dieven werden later door de politie onderschept.

Stroperij

Het stijgende aantal diefstallen is analoog met de groeiende stroperij, met name in Zuid-Afrika. In de eerste helft van dit jaar zijn al 193 neushoorns in het wild gedood in Zuid-Afrika. Daarmee dreigt 2011 nog erger te worden dan vorig jaar, zegt het WWF.

Zuid-Afrika telt het grootste aantal neushoorns ter wereld. De dieren zijn erg gewild om hun hoorn, die gebruikt wordt in de traditionele Aziatische geneeskunde als afrodisiacum. Als de stroperij in de tweede helft van dit jaar hetzelfde tempo aanhoudt, wordt het record van 333 gedode neushoorns van vorig jaar gebroken, voorspelt het WWF.

Ondanks strengere wetten heeft de stroperij zich ontwikkeld tot echte georganiseerde misdaad, inclusief het gebruik van automatische wapens en zelfs helikopters.