Nieuwe biobrandstoffenwet wordt donderdag 20 juni gestemd

Nu donderdag 20 juni stemt het federale parlement over een nieuwe wet omtrent biobrandstoffen.  In het wetsvoorstel wordt het percentage voor bijmenging van biobrandstof opgetrokken. De nieuwe wet moet ook de toepassing van biobrandstoffen van de tweede generatie stimuleren. Opvallend is dat dit voorstel er komt op een moment dat het debat binnen Europa nog volop aan de gang is en er een voorstel klaar ligt voor een verlaging van de percentages. Diverse milieuorganisaties en NGO’s zijn verbaasd over deze gang van zaken. Ook 11.11.11. uit zijn bezorgdheid.

In een spoedprocedure is er vorige week  in de parlementaire commissie Bedrijfsleven een wetsvoorstel ter herziening van de huidige wet ingediend, waarover nu donderdag in plenaire zitting zal gestemd worden.  Opmerkelijk aan de nieuwe wet is dat die de norm voor bijmenging optrekt, van de huidige 4,4 procent naar 9 procent voor benzine en naar 6 procent voor diesel. Een bijkomend element in de nieuwe wet is dat die de toepassing van tweede generatiebiobrandstoffen uit reststromen moet stimuleren. Ook de definities van “duurzame biobrandstoffen” werden aangepast.  

Een nieuwe wet was nodig, omdat de huidige wet afloopt  op 30 juni. De eerste Belgische biobrandstoffenwet zag het licht in juli 2009, als gevolg van het Europese klimaatpakket om tegen 2020 de CO2 emissies met 20 procent te verminderen. Om dit te bereiken, moet de transportsector tegen 2020 10 procent van het huidige verbruik van fossiele brandstoffen vervangen door biobrandstoffen.  Op 1 juli 2011 is die wet al eens verlengd.

Biobrandstoffen, geen goed idee 

Jan Van de Poel van de Noord-Zuid koepel 11 11 11 is verbaasd over dit wetsvoorstel en over de spoedprocedure waarmee het dossier wordt behandeld, terwijl men al lang de datum kende waarop de wet moest vervangen worden. Van de Poel wijst op de veelheid van rapporten over de negatieve impact van biobrandstoffen op het vlak van mensenrechten, toegang tot land, water en voedsel, vooral in het Zuiden. Hoewel de meeste Belgische biobrandstof van Europese bodem is, treden er toch allerlei vervangingseffecten op die de druk op het land in het Zuiden verhoogt. 11.11 vraagt een coherent beleid en een debat ten gronde.

Het geëigende platform voor zo’n debat  zou de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling (FRDO) zijn, maar daar is geen advies gevraagd voor het huidige wetsontwerp, zo bevestigt ook directeur Jan De Smet formeel. Op de raad van energieministers van 22 februari 2013 engageerde staatssecretaris Wathelet zich voor een regelgeving die streng is ten aanzien van de impact op het landgebruik en biobrandstoffen uit voedingsgewassen. Hij liet aan het middenveld ook verstaan dat er een advies zou gevraagd worden van de FRDO. In een bestaand advies van de FRDO, gevraagd door minister Magnette in 2011, werden reeds twijfels geuit over de bestaande mandaten voor biobrandstoffen in motorbrandstoffen.

Van de Poel: ‘Door te kiezen voor de spoedprocedure via het parlement, omzeilt de minister dergelijk advies dat een belangrijke waarborg vormt voor de coherentie van het beleid met de principes van duurzame ontwikkeling. Het betrokken wetsvoorstel getuigt op die manier van een incoherentie met de voorstellen van de Europese Commissie en met de standpunten die België binnen de Europese Raad over dit onderwerp inneemt. Dat voorstel van de Commissie wordt gesteund door een meerderheid van lidstaten, waaronder België bij monde van de Staatssecretaris.’

Het actuele wetsvoorstel staat diametraal tegenover de ambities van het Belgisch ontwikkelingsbeleid. De huidige biobrandstofmandaten vormen een rechtstreekse bedreiging voor de voedselzekerheid in heel wat ontwikkelingslanden; weet Van de Poel. 

Het Europese debat

Ook de verhoging van het percentage is opmerkelijk omdat er tegelijk bij de Europese instanties een debat loopt over het verlagen van de norm omwille van de impact op de voedselvoorraden, het landgebruik en de mensenrechten, en de eindbalans van de CO2 reductie.  In oktober vorig jaar heeft de Europese Commissie een voorstel gedaan om de eerste generatie biobrandstoffen (uit voedingsgewassen) te beperken tot maximaal 5 procent. Als de huidige maatregel van kracht blijft, verwacht men dat tegen 2020 8,5 procent van de 10 procent zal komen uit voedingsgewassen, wat een bedreiging is voor de voedselstocks.  

Donderdag, 20 juni, stemmen vijf commissies van het Europese Parlement over die 5 procent, op 10 juli stemt de commissie Leefmilieu, en op 10 september vindt de plenaire stemming plaats.  Maar het is alles behalve zeker dat het commissievoorstel het haalt.
Onder meer de Belgische Bioethanol Associatie is niet gelukkig met het 5 procent voorstel van Europa omdat dit ingaat tegen de vooruitzichten van de bioethanolproducenten die in de sector geïnvesteerd hebben. Zij willen dat de traditionele energiegewassen van de eerste generatie minstens 8 procent mogen vertegenwoordigen. 

‘Het wordt een moeilijke strijd omwille van een heel intense lobby van boeren, de biobrandstoffenindustrie, de suikerlobby, de commodity traders, de brandstofleveranciers, en alle mogelijk belangengroepen,’ zegt Marc-Olivier Herman van Oxfam-EU. ‘Een Europees Parlementslid vertelde me in Straatsburg dat die op één dag 18 afspraken had met lobbyisten over dit dossier waarvan slechts twee met NGO’s.’  Herman vreest dat het wetsvoorstel van staatssecretaris Wathelet  de al moeilijke discussies nog lastiger zal maken. Normaal hoort België bij de groep van progressieve lidstaten, maar zo’n voorstel zal onze credibiliteit ondermijnen, denkt Herman. 

Op de Milieucommissie van de Europese Raad van 7 juni had België zich immers positief opgesteld ten aanzien van het voorstel voor herziening van de Europese Commissie.

Biotechnologie van eigen bodem

Het wetsvoorstel heeft ook tot doel om  geavanceerde biobrandstoffen (van de tweede generatie, uit reststromen) te stimuleren. Professor Wim Soetaert van UGent en bezieler van het innovatiecentrum Bio Base Pilot Plant in Gent, is daar heel blij mee. ‘Er dreigde een hiaat te vallen in de wetgeving, waarmee we de productie van biobrandstoffen van de tweede generatie hier in België voorgoed zouden kunnen vergeten. In de VS zijn er momenteel al tien proefbedrijven operationeel of in opbouw, in Europa zijn er de laatste drie jaar geen bijgekomen. Dat heeft alles te maken met het feit dat biobrandstoffen hier in de verdomhoek zijn geraakt. Ook bij Europa heerste er de perceptie van een ontradend beleid.’ Als België met het nieuwe wetsvoorstel laat zien dat we doorgaan op de ingeslagen weg, is dat een signaal en een stimulans voor de tweede generatie en voor de positie van België in de biogebaseerde economie, vindt Soetaert. 

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Latijns-Amerika & ecologie
    Alma De Walsche schrijft over ecologische thema’s, van klimaat- en energiebeleid, over landbouw- en voedsel tot transitie-initiatieven en baanbrekers. Ze volgt al enkele decennia Latijns-Amerika, met een speciale focus op de Andeslanden.

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.