Opheffing VN-sancties nog niet voor morgen

De Liberiaanse overgangsregering is begonnen met het opstellen van een plan voor de exploitatie van de aanzienlijke natuurlijke rijkdommen in Liberia. Het kapotgeschoten land zou de inkomsten goed kunnen gebruiken, maar toch blijft het voorlopig een hypothetische oefening.




In de bosgebieden en rond de meeste mijnen zijn nog altijd rebellen en gewapende bendes de baas, die zich blijven verrijken met de smokkel van diamant en tropisch hout. Om die reden heeft de VN-Veiligheidsraad afgelopen week beslist een embargo op de export van ruwe diamant uit Liberia niet op te heffen. Dat embargo werd in 2001 ingesteld om te verhinderen dat de toenmalige Liberiaanse president, Charles Taylor, met de opbrengst van de diamanthandel rebellengroepen in Sierra Leone zou blijven financieren. Ook het in mei van dit jaar afgekondigde verbod op de uitvoer van tropisch hout, een andere sanctie waarmee de VN de stroom van geld en wapens naar rebellen uit Liberia en de buurlanden wilden doen opdrogen, blijft voorlopig van kracht. De VN hebben de overgangsregering van Gyude Bryant wel gevraagd ervoor te zorgen dat de sancties zo snel mogelijk kunnen worden opgeheven.

De 3,5 miljoen Liberianen leven in een land van overvloed: naast tropisch hout en diamanten produceerde Liberia in het verleden ook veel rubber, goud en ijzererts. Maar sinds Liberia in 1989 in een burgeroorlog verzeilde, worden die rijkdommen niet meer of helemaal verkeerd gebruikt. De winning van ijzererts - ooit goed voor een kwart van het BBP en 25.000 arbeidsplaatsen - is helemaal stilgevallen. De diamantvoorraden en het tropisch hout worden vooral aangesproken door de talrijke krijgsheren in het land, die zich niets aantrekken van het VN-embargo.

Sinds de regering en de twee grote rebellenlegers op 18 augustus op 18 augustus een vredesovereenkomst hebben ondertekend en de VN de stationering van een internationale vredesmacht heeft goedgekeurd, lijkt de burgeroorlog in Liberia bezworen. Maar dat wil niet zeggen dat de voor twee jaar aangestelde overgangsregering het overal in het land voor het zeggen heeft.

De regering heeft nauwelijks geld: alleen haventaksen en een inkomstenbelasting die in en rond de hoofdstad Monrovia wordt geheven, brengen geld in het laatje. In februari komt er een donorconferentie in New York om te bekijken wat er nodig is voor de heropbouw van Liberia. Het is nu al duidelijk dat wat noodhulp niet volstaat. De aanslepende burgeroorlog heeft de economie in elkaar doen stuiken; essentiële investeringen in de transportinfrastructuur, de havens en het elektriciteitsnet zijn jarenlang uitgebleven en de hevige gevechten van juni en juli in Monrovia hebben nog veel bijkomende schade aangericht aan regeringsgebouwen, scholen en ziekenhuizen.

Een adviseur van regeringsleider Gyude Bryant vindt dat de internationale gemeenschap zou kunnen beginnen met de opheffing van het verbod op de uitvoer van tropisch hout uit Liberia. Door het VN-embargo zijn volgens hem talrijke relatief goed betaalde arbeiders in de houtsector hun werk kwijtgespeeld - samen met hun familieleden gaat het om een groep van bijna 200.000 mensen. De Liberiaanse regering loopt door het embargo jaarlijks ongeveer 8,75 miljoen euro mis aan belastingen en royalty’s.

Maar de voorstellen om het embargo meteen weer op te heffen, krijgen kritiek. Volgens mensenrechtenveteraan Samuel Kofi Woods wordt er sinds september volop Liberiaans hout uitgevoerd via de havens in het zuidoosten van het land - een regio die onder de controle staat van de Movement for Democracy in Liberia (MODEL), één van de twee grote rebellengroepen. Charles Brumskine, een kandidaat voor de voor 2005 geplande presidentsverkiezingen vindt dat de opheffing van het uitvoerverbod de rebellen een vergunning zou geven zich nog meer te verrijken dan Charles Taylor. Ook Jacques Klein, de speciale gezant van de VN in Liberia, gelooft dat de kans te groot is dat de illegale handel in wapens, diamanten en hout zal blijven doorgaan zolang er tienduizenden strijders in het land hun wapens niet hebben neergelegd.

Uiteindelijk staat of valt de heropbouw van Liberia met het herstel van de orde in het land. Een internationale vredesmacht waarvan al 8.000 manschappen ter plaatse zijn, zorgt er nu al voor dat het geweld op de strategische plaatsen niet opnieuw oplaait. Volgend jaar zou de troepensterkte moeten worden opgedreven tot 15.000 soldaten, en dan kan de vredeshandhaving in principe over heel het land worden uitgebreid. Cruciaal is de ontwapening en de reïntegratie van de naar schatting 40.000 rebellen. Dat proces lijkt op kruissnelheid gekomen, maar zal nog lang duren.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.