Peruaans “patattenpark”: waar aardappelen thuis zijn (FOTO)

Zo’n achtduizend jaar geleden slaagden boeren in de Andes erin een eetbare variant van de aardappel te kweken, en begon een succesverhaal in de eetbare geschiedenis van de mensheid. Diezelfde boeren in de vallei van de Inca’s nabij Cuzco in het zuiden van Peru staan nu de wetenschappers bij die waken over de grootste verzameling aardappelsoorten van de wereld.
Het Internationale Aardappelcentrum (CIP) in Lima begon in 1971 aardappelsoorten te verzamelen en heeft nu plantaardig materiaal van meer dan 5000 variëteiten. De helft van de soorten zijn oorspronkelijk afkomstig uit Peru. Volgens de Amerikaanse plantkundige David Spooner van de universiteit van Wisconsin zijn alle moderne aardappelsoorten verre nazaten van een enkel knolgewas uit de streek ten zuiden van Cuzco, nabij de hoogvlakte die doorloopt tot in Bolivia.

De biologen, genetici en landbouwingenieurs werken samen met een zestal inheemse boerendorpen die samen een oppervlakte van 10.000 hectare bewerken. In het zogenaamde “Aardappelpark” wonen 1200 families, samen zo’n 6700 mensen. Sinds 2004 werken de indianen en het Aardappelcentrum samen om aardappelsoorten te testen en de traditionele kennis over de aardappel niet verloren te laten gaan.

Het ‘park’ is dus eigenlijk een reusachtig openluchtmuseum. Op een hoogte van 3950 tot 4400 meter boven zeeniveau zijn tussen 620 en 640 aardappelsoorten aangeplant. 410 daarvan zijn traditionele soorten die door gentechnologen van het het CIP werden ontdaan van ziekten en virussen. De ‘verbeterde’ aardappelrassen leveren tot 18 ton per hectare op, tegenover slechts 6 ton per hectare voor de niet behandelde gewassen.

In Peru ligt de gemiddelde opbrengst voor aardappelen op 12 ton per hectare. Volgens cijfers van de VN-landbouw- en voedselorganisatie FAO zijn er in Peru 600.000 kleine boerderijen met samen 260.000 hectare aardappelveld.

“Hoeders van biodiversiteit”



“Het idee is dat we de aardappelsoorten, de schat van de mensen hier, teruggeven zodat zij kunnen waken over de biodiversiteit van de aardappel”, zegt CIP-directrice Pamela Anderson, die met name de Italiaanse regering bedankt voor haar steun. In de voorbije vijf jaar heeft het CIP meer dan een kwart van de inheemse soorten in een dertigtal indianengemeenschappen ontdaan van ziekten en teruggegeven aan de boeren.

Een bescheiden staal uit de kluizen van het aardappelinstituut geeft een idee van de enorme variatie aan aardappelen, waarvan slechts een fractie in westerse warenhuisrekken belandt. Er zijn blauwe, paarse, gele, rode, gouden en rosse aardappelen, aardappelen met spikkels, ronde, peervormige en ovale aardappelen. Naast een wetenschappelijke naam hebben ze ook een traditionele naam in het Aymara of Quechua.

“Deze hier heet ‘pusi qachun waqachi’, of ‘breng de schoondochter aan het huilen’”, zegt biologe Ana Panta, terwijl ze wijst naar een aardappel met een bijzonder grillige vorm. “Als een moeder haar aanstaande schoondochter wilde testen, gaf ze haar vroeger een van deze aardappelen te schillen. Als ze de klus kon klaren zonder het vlees te beschadigen, wilde dat zeggen dat ze goed kon koken en dus goed voor haar echtgenoot zou zorgen.”

Internationaal kookboek



De Peruaanse aardappel met zijn negen verschillende kleuren was vorig jaar eregast op MadridFusion07, een gastronomisch salon in de Spaanse hoofdstad. De FAO heeft chefs uit heel Latijns-Amerika gevraagd hun beste aardappelrecept bij te dragen tot een internationaal kookboek. Dat verschijnt later in 2008, het jaar dat de VN hebben uitgeroepen tot internationaal jaar van de aardappel.

Met een jaarlijkse productie van 323 miljoen ton zijn aardappelen het vierde belangrijkste basisvoedingsmiddel, na maïs, tarwe en rijst. Aardappelen zijn bovendien rijk aan vitamines C, B1, B3 en B6 en aan mineralen als kalium, magnesium en fosfor.

In de verarmde hooglanden van Peru is aardappel nog altijd het voornaamste voedingsmiddel, maar in de rest van het land is de consumptie in dertig jaar gedaald van 120 kilo per jaar en per persoon tot 65 kilo. De regering streeft ernaar opnieuw 100 kilo per jaar te bereiken, onder meer door aardappelbloem te promoten om brood te bakken.

Klimaatverandering



De aardappelboeren beginnen intussen te klagen over de gevolgen van klimaatverandering. Dit jaar zorgden ongewone droogte en sneeuwval voor een lagere productie. “Naarmate het warmer wordt krijgen we meer last van ziekten”, zegt Paco Gallegos, vicevoorzitter van de indianengemeenschappen van het aardappelpark, “de boeren planten de aardappelen tegenwoordig steeds hoger.”

Indianenhoofdman of ‘varayoc’ Justino Zuta haalt enkele door de wormen aangevreten kleine aardappelen uit een hoop die hij na een twaalfurige werkdag samen met zijn vierjarige zoontje heeft opgegraven. “Bij deze aardappelen ligt de productie duidelijk te laag”, zucht hij.

“De levensomstandigheden van deze kleine aardappelboeren moeten verbeteren”, zegt de FAO-vertegenwoordiger in Peru, Jean-François Ghyoot. “De grootste begunstigden zijn de 820 miljoen mensen die honger hebben in de wereld. Alleen al in Latijns-Amerika hebben 52 miljoen mensen niet genoeg te eten. Aardappelen hebben een enorm potentieel om de voedselveiligheid in de wereld te verbeteren.”

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.