‘Politiek proces’ tegen Koerdische journalisten in Turkije

Twaalf journalisten die terechtstaan tijdens het proces werken voor de krant Özgür Gündem of hebben hiervoor gewerkt. Deze krant kreeg de Internationale Persvrijheidsprijs van het Comité ter Bescherming van Journalisten voor een rapport over de ‘vervolging van Koerden in Turkije’. De krant rapporteert al sinds het begin van de jaren negentig over het conflict en wordt sindsdien geconfronteerd met verschillende arrestaties, aanklachten en zelfs aanvallen.

Volgens mensenrechtengroepen probeert de Turkse overheid met het proces de media en pers te intimideren en pro-Koerdische activisten te straffen, zo meldt The Guardian. ‘Dit proces is duidelijk politiek’, zegt journalist Ertugrul Mavioglu. Hij werd aangeklaagd voor een interview met Murat Karayilan, de facto leider van PKK, maar deze aanklacht verviel in december vorig jaar. ‘De overheid wil een voorbeeld stellen. Men wil aan journalisten duidelijk maken dat er limieten zijn op wat ze mogen zeggen’, aldus Mavioglu. Het gaat om het grootste mediaproces ooit in de geschiedenis van Turkije.

‘Geen verschil tussen kogels en artikels’

In een speech vergeleek Minister van Binnenlandse Zaken Idris Naim Sahin schrijvers en journalisten met rebellen van PKK. Hij vond dat er ‘geen verschil was tussen de kogels afgevuurd in Hakkari en de artikels geschreven in Ankara’. Andrew Gardner van Amnesty International wijst erop dat kritische geschriften, politieke speeches en participatie aan vredevolle demonstraties vaker gebruikt worden als “bewijs” voor terrorisme. Amnesty International zal in oktober een rapport publiceren over de vrijheid van meningsuiting in Turkije.

Meer dan honderd journalisten zitten in de gevangenis in Turkije. Dat is meer dan in Iran of in China. De meesten ervan werken voor de Koerdische media. Daarnaast worden achthonderd journalisten aangeklaagd en talloze journalisten werden reeds ontslagen of moesten onder druk van de Turkse overheid hun job verlaten.

Gewapend verzet

Het proces komt er tijdens een periode van escalatie van het conflict tussen Koerden en de Turkse overheid. Gedurende de afgelopen week werden 75 Koerdische rebellen van PKK gedood bij missies van Turkse veiligheidstroepen. De mededeling komt van de lokale gouverneur van Hakkari, vlakbij de grens met Irak. Hier vonden ook de gevechten plaats. De dag voor de mededeling hadden de Turkse strijdkrachten nog een grote operatie aangekondigd tegen de PKK in het district.

De laatste maanden wordt het conflict gekenmerkt door de nagenoeg zwaarste gevechten sinds de PKK de wapens opnam in 1984 met als doel het oprichten van een eigen Koerdische staat. De Koerdische Arbeiderspartij wordt bestempeld als een terroristische organisatie door Turkije, de Verenigde Staten en de Europese Unie. Volgens International Crisis Group (ICG) zijn al meer dan 700 mensen gedood tijdens de parlementsverkiezingen in juni vorig jaar. In totaal heeft het conflict al aan meer dan 40.000 mensen het leven gekost.