The road to Cancun

Op dinsdag 26 november vond in Leuven het ‘Tweede Internationaal Congres rond Globalisering’ plaats. Aanvankelijk gunde gastheer Guy Verhofstadt geen enkele vertegenwoordiger van de Belgische andersglobalisten of ngo’s spreektijd. Na luid protest mocht uiteindelijk Xavier Declercq van Oxfam aan het woord. Op de officiële persconferentie na afloop viel echter het hoge neoliberale gehalte van het panel weer op: Verhofstadt, geflankeerd door EU Commissaris voor handel Pascal Lamy en directeur-generaal van de Wereldhandelsorganisatie Supachai Panitchpakdi. Wat hier volgt, is de andere kant van het verhaal: de speech van Xavier Declercq.
INLEIDING

Deze conferentie is geen dialoog, is niet opgesteld in samenwerking met de stakeholders en we zijn enkel op de uitnodiging ingegaan omdat ons beloofd werd dat na de conferentie een dialoog op gang zou komen. We vinden ook niet dat onze aanwezigheid een legitimatie kan zijn voor de inspanningen en standpunten van onze premier op het internationale toneel. Wij zijn van mening dat onze meningen daarvoor te ver uit elkaar liggen. Dat er een te grote kloof bestaat tussen woord en daad van de Europese beleidsmakers. We zullen het hier niet hebben over de wapenleveringen aan Nepal, noch over de oorlogsdreiging tegen Irak die alle internationale krachtsverhoudingen dreigt te wijzigen. We hebben een coalitie tegen terreur, maar wanneer komt er een coalitie tegen armoede? Wij zien hier ook te weinig stakeholders: er zijn hier vooral mensen van de uitvoerende macht en dat is ook het geval in de gehele werking van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Waar zijn de sprekers van de wetgevende macht, het parlement? Als ngo’s schakelen wij ons in in een breder perspectief van maatschappelijke keuzes. Nu dan: The Road to Cancun:

Kan vrijhandel de motor voor duurzame ontwikkeling zijn?

Is dit geen theologische discussie, tussen believers en non believers? Deze vraag leidt ons af van de praktijk in de WTO, die er meer een lijkt te zijn van hoe verdedigen we allen tegen elkaar onze economische belangen. Waarom is het anders zo moeilijk voor de geïndustrialiseerde wereld om diezelfde religie van vrijhandel te respecteren? Waarom kan of wil men geen multilaterale afspraken maken die een handelsbeleid beogen die de ontwikkelingslanden nodig hebben?

Maar ik wil de vraag niet uit de weg gaan: recente studies in het kader van de Wereldbank hebben aangetoond dat liberalisering – zowel van de handel als van financiële investeringen – de inkomensongelijkheid in ontwikkelingslanden nog verder accentueert. Ongetwijfeld zijn er bepaalde omstandigheden waar vrijhandel zou kunnen leiden tot ontwikkeling, maar de vraag blijft dan nog of dit de beste manier is.

Deze vraag leidt ons ook af van de vraag waarom de geïndustrialiseerde landen er niet in slagen om geld op tafel te leggen om de millenniumdoelstellingen te bereiken waar allen toch zo op gebrand zijn? Ontbreekt de echte politieke wil?

Ik wil hier een aantal voorbeelden geven die illustreren dat de globalisering die de WTO voorstelt weinig te maken heeft met de vervulling van de sociaal-economische rechten of duurzame ontwikkeling.

1. LANDBOUWHERVORMING

Het Frans-Duitse akkoord over de landbouwhervorming op de laatste Europese top toont aan dat de EU een status quo voorstaat op dit vlak. Dit laat toe dat de dumping van de EU op de internationale markt verder gaat, zonder dat landen in het Zuiden zich mogen verdedigen tegen deze praktijken door middel van quota of tarieven. Het EBA initiatief, als het al politiek haalbaar zou zijn, is evenmin een wondermiddel (EBA: ‘Everything but Arms’, Europees initiatief voor vrijere toegang tot de Europese markt van tal van producten uit ontwikkelingslanden). Landen in het Zuiden zijn meer geïnteresseerd in regionale handel, kunnen onze kwaliteitseisen veelal niet aan, en als we morgen een prijsdaling tegemoet gaan voor landbouwproducten (zoals wordt voorgesteld voor rijst), wat zal dan nog het voordeel zijn voor landen uit het Zuiden om hier hun producten af te zetten? Landbouwmarkten moeten gereguleerd worden zowel in Noord als Zuid. Nochtans is de situatie dringend: duizenden mensen leven in een toestand van volledige voedselONzekerheid.

2. TRIPS (‘Trade Related aspects of Intellectual Property Rights’)

In tegenstelling tot wat onder andere het Belgische parlement had gevraagd, ttz. het recht te voorzien voor een land in staat van sanitaire crisis (vb. AIDS) om generische medicijnen te importeren en aldus de twintig jaar lange patentregeling te ontwijken (artikel 30), heeft de EU voorgesteld om een amendement op artikel 31 voor te stellen dat deze parallelle import aanzienlijk zal limiteren en de administratieve rompslomp zal verhogen. Opnieuw is de enige toezegging in Doha verwaterd. Het wordt een onwerkbaar systeem. De Europese bevolkingen hebben zich allen uitgesproken voor deze regeling, honderdduizenden mensen worden vandaag onmiddellijk bedreigd. Waar wacht de Commissie op om dit te regelen? Is de druk van de farmaceutische industrie zo groot?

3. GATS (‘General Agreement on Trade in Services’)

Waarom geen transparantie naar de bevolking en wel naar de grote leveranciers van diensten? Het is absurd en hypocriet onze steun te vragen voor iets dat we niet mogen zien. De samenvattingen zijn niet genoeg, noch voor de requests, noch voor de offers (request: aanvraag van een land aan een ander land om bepaalde diensten te liberaliseren, zodat vb. een Belgisch bedrijf op pakweg de Boliviaanse markt kan competeren). Offers: het gaat hier om een maatschappelijke keuze: wat willen we dat de staat als fundamenteel recht garandeert aan zijn bevolking? Eis voor parlementair debat, overleg met de betrokken sectoren alvorens te beslissen wat er hier geprivatiseerd gaat worden. Requests: bijvoorbeeld water. Waarom worden ESF (‘European Services Forum’, Europese bedrijfslobbygroep met oa. Vivendi, Suez) uitdrukkelijk gevraagd hun input te geven over de drafts? Hebben ze die dan?

NOOT: Op 14 juni stuurde het Directoraat-Generaal voor de handel van de Europese Commissie de volgende e-mail naar het bedrijf AquaMundo: ‘om jullie input in onze onderhandelingen te kunnen integreren, zou het zeer behulpzaam zijn als we jullie informatie tegen het einde van deze maand konden ontvangen’. Het Directoraat-Generaal voor de handel leidt de vragenlijst in met volgende woorden: ‘Eén van de voornaamste objectieven van de EU bij de nieuwe onderhandelingsronde is echte en betekenisvolle markttoegang te krijgen voor export van milieudiensten door Europese dienstenleveranciers. Daarom appreciëren we jullie inbreng, om onze pogingen tot onderhandeling goed te kunnen focussen op milieudiensten’. Waarom wordt aan andere stakeholders niet hetzelfde gevraagd? Bolivië en Peru bijvoorbeeld zijn overduidelijk. Hoe zit het met Zuid-Afrika? Contradictie met prioriteit duurzaam waterbeheer ingeschreven in officiële ontwikkelingssamenwerking. Bij gebrek aan politieke wil om een maatschappelijk debat te organiseren zullen wij dus in de toekomst actie voeren in samenwerking met alle stakeholders tegen deze onderhandelingen. Waarom zijn ‘onderhandelingsdocumenten uiteraard confidentieel’ (quote Annemie Neyts) ‘zelfs voor de private sector’. We hebben hier toch wel de erg overtuigende indruk dat we op een andere manier worden behandeld… Economische belangen versus grondrechten… Hoe beoordeelt de Commissie het feit dat de EU 109 requests heeft uitgestuurd en slechts 25 aanvragen heeft ontvangen? Wat verstaat men onder publieke diensten? Heeft iemand daar een definitie of een lijst van opgemaakt? Consensus in de EU daarover?

4. NO NEW ISSUES

Investeringen, competitie, transparantie in overheidsbestedingen en handelsfacilitatie.

Wij steunen de interpretatie van de voorzitter van de Doha declaratie, die zegt dat er in Cancun consensus moet zijn om over de ‘new issues’ te praten. Bij gevolg kunnen wij niet akkoord gaan met de besprekingen die vandaag reeds gevoerd worden in een beperkte kring in het kader van de WTO over deze thema’s. Verwijzing naar investeringen en MAI (‘Multilateral Agreement on Investment’, voorloper van GATS). Er zijn nog steeds geen antwoorden op de kritiek op MAI.

Conclusie: ‘Doha Development Agenda’ klinkt mooi, maar de lading die deze titel dekt, lijkt meer te maken te hebben met factoren van interne Europese belangen of contradicties en op het ter wille zijn van de economische doelstellingen van Europese industriële groepen.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.