Salif Keita: 'Klasseer mij alfabetisch'

Salif Keita is een buitenbeentje op veel vlakken: een albino op een zwart continent, een aristocraat die een beroep koos dat door zijn eigen kaste geminacht wordt, een superster die mikt op waarachtigheid in plaats van op snelle winst. Salif Keita komt deze maand zijn nieuwe cd voorstellen in Brussel, Turnhout en Brugge. MO* had alvast een gesprek met de zingende prins.
‘M’Bemba is de eerste cd die ik in Bamako opgenomen heb. Misschien is dat een van de redenen waarom het een akoestische cd geworden is. Want zonder versterkers kan ik veel gevoeliger zijn, veel meer open voor wat mensen echt raakt en beweegt. In Mali houden mensen van akoestische muziek, omdat ze heel erg op luisteren ingesteld zijn. De zuiverheid van een unplugged cd ligt daarom veel dichter bij de culturele verwachting van de meeste Malinezen dan het geweld en het tumult van elektrische muziek -al sluit ik helemaal niet uit dat ik bij een volgend project terugkeer naar elektrische gitaren en versterkers. Maar ik heb het gevoel dat iedereen de elektronische toestanden beu is, ook in Europa. We hebben genoeg snufjes en trucjes gehad, we willen nu terug naar de dingen die echt zijn. Dat merk je ook aan de bereidheid van mensen om rekening te houden met de natuur. Dat is een hoopgevende evolutie.’
‘Er zit in mijn nieuwe cd maar één centrale idee: de liefde. Er zijn momenteel te veel problemen die de mensheid in het ogen staren. Er zijn de oorlogen, de ziekten, de honger. Zet de tv tien minuten aan en iemand zal je vertellen hoeveel mensen er ergens gestorven zijn aan één van die drie oorzaken. Daarover ook nog eens zingen, dat zou er echt over zijn. Ik geloof dat mensen recht hebben op dromen, op liefdesdromen. Want de liefde maakt de ziekte draaglijk, kan honger oplossen en oorlogen onmogelijk maken. De liefde is een tegengif voor de alledaagse actualiteit. De liefde overstijgt de culturele verschillen. Je hebt maar twee mogelijkheden: je houdt van iemand of je houdt niet van hem of haar. Taal, cultuur of traditie moeten wijken voor die simpele logica.’
‘Maak ik wereldmuziek? Ik weet niet welke muziek niet van de wereld is. Ik bevind me liever niet in een aparte platenbak met etiketten als “Afrikaanse Muziek” of “Wereldmuziek”, waar de meerderheid van de mensen in een grote bocht omheen loopt. Salif Keita hoort toch gewoon onder K thuis. Klasseer mij maar alfabetisch. De labels die op muzikanten en hun muziek gekleefd worden, dienen enkel om getto’s te creëren, niet om ons te helpen. Een goede raad voor de concertorganisatoren: kondig mijn concerten niet aan met verwijzingen naar Afrikaanse ritmes, droge savannes of diepe wortels. Zeg gewoon: ‘De nieuwe Salif Keita is er.’ En voor wie de vorige Salif niet kent, kan men er aan toevoegen: ‘Doe je voordeel: ontdek muziek die je tot nu niet kende’. Meer uitleg is niet nodig, want muziek is universeel. Ik heb onlangs een Chinese zangeres leren kennen, en ik kan je verzekeren dat ze onvoorstelbaar mooi kon zingen. Heel mooi. Het is vaak het persoonlijke contact met mensen dat de deur opent naar het begrijpen en appreciëren van een onbekende artistieke taal.’
‘Ik weet niet of ik nog wel een boodschap heb voor de politici. Ik heb me vroeger al zo veel tot die wereld gericht en ik heb niet de indruk dat het veel geholpen heeft. Maar als er iemand luistert, dan wil ik toch dit kwijt: het volstaat niet om wat schulden kwijt te schelden. De politieke verantwoordelijken uit het Westen moeten vooral zorgen dat Afrika uit het zwarte gat geraakt waarin het nu gevangen zit. Wij moeten de kans krijgen echt te ontwikkelen. We moeten tot een situatie komen dat we niet meer moeten lenen, dan hebben we ook geen schuldenbergen meer. Maar daarvoor is het nodig dat het Westen ernstige prijzen betaalt voor de grondstoffen die Afrika levert. Dat zou een eerlijk en waarachtig partnerschap met Afrika zijn. Vandaag kan je ondergrond vol zitten met olie, terwijl je land en de meerderheid van de bevolking alleen maar armer worden van de exploitatie en handel. Als twee mensen in de rivier gegooid worden en eentje kan niet zwemmen, dan dreigt de andere ook te verdrinken als hij die last moet meenemen naar de oever. Het is beter dat Afrika op eigen kracht leert zwemmen, ook voor Europa.’
‘Het Westen moet ook nauwer toekijken op wat er met het hulpgeld gebeurt. Als daar geen controle op is, dan zit er geen rem op het misbruik dat van die fondsen gemaakt wordt. Het uitgangspunt is dat je niet louter op blind vertrouwen mag werken, ook niet in ontwikkelingshulp. Vraag het maar aan de sociologen: als je de mens aan zichzelf overlaat, riskeert hij in een ravijn van misbruik te sukkelen. Het controleren van het juiste gebruik van de schaarse middelen is ook een verantwoordelijkheid van de Afrikaanse leiders, al zijn dat grotendeels marionetten die afhankelijk zijn van de poppenspeler die in het Westen zit. Mali heeft wat dat betreft geluk. Amadou Touré, de president, is intelligent en bovendien een echte patriot. Maar over het algemeen lijkt het een bijna onmogelijke opdracht te zijn om in Afrika verantwoordelijke leiders te vinden.’
‘Kunst kan Afrika helpen, natuurlijk. In Mali heeft de minister van Cultuur het voorbije jaar heel wat festivals opzet. Dat heeft honderden banen gecreëerd. Kunst is voor Afrika een belangrijke artistieke sector, dus als er in België een organisatie bestaat als Africalia, die artistieke projecten en de opbouw van een artistieke infrastructuur in Afrika steunt, dan heeft dat niet alleen een positief effect op de geesten, maar ook op de bankrekening van duizenden mensen. Onderschat het belang daarvan niet. Als er meer en professionelere studio’s zijn in Afrika, goed gerunde platenmaatschappijen, meer kansen om op festival of andere podia op te treden, dan zullen ook meer artiesten terugkeren uit Parijs en Londen. Malinezen houden van hun land, dus als de omstandigheden het toelaten, zullen ze zeker thuis willen leven en werken.’
‘Vroeger werden muzikanten geminacht. Maar door de aandacht en de economische waardering die mensen zoals Youssou N’Dour en ik krijgen, beseft men nu dat muzikanten niet zomaar een stelletje ongeregeld zijn. Wij verdienen vaak meer dan de ministers in onze landen. Onze mening telt, en dat maakt de machthebbers behoorlijk nerveus. Jong en oud profiteren van die extra ruimte voor debat. In die zin veranderen kunstenaars de wereld.’
Reageer op dit artikel

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2793   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2793  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.