Tibetaanse protestmars hervat ondanks verbod

Een honderdtal Tibetaanse vluchtelingen zijn maandag begonnen aan een protestmars tegen China. De protestmars viel op de negenveertigste verjaardag van de vlucht van de Dalai Lama, die in 1959 moest vluchten na een mislukte opstand tegen de Chinese bezetter. Het duurde echter niet lang voor de Indiase autoriteiten de optocht tegenhielden. De Tibetaanse betogers mochten het Indiase Kangragebied gisteren niet meer meer verlaten.
De protestmars is echter onverwacht hervat , met vastberaden betogers die bereid zijn iedere autoritaire macht te negeren. “Het leuke begint nu pas.” zegt Tzendin Tsundue, één van de marsleiders. “We zijn klaar voor elke hindernis. Wij zullen erg vredevol zijn. Als echter zo veel mensen vastberaden zijn om hun leven op te offeren, dan kan geen enkele politiemacht ons stoppen.”
Wereldwijde aandacht
De Tibetaanse deelnemers zijn bannelingen die hun toevlucht hebben gezocht aan de grens met India. Zij willen via de symbolische mars de wereld attent maken op de Tibetaanse crisis in de aanloop van de Olympische Spelen in Peking.
Soortgelijke acties  in andere delen van de wereld lokten soortgelijke overheidsinterventies uit. De Nepalese politie heeft gisteren tachtig betogers opgepakt in de hoofdstad Kathmandu.
In de Griekse hoofdstad Athene heeft de politie de weg versperd voor Tibetaanse actievoerders die de Olympia wilden betreden.